Dometic Marine Climate System MCS6 Instructions De Montage page 151

MCS6, MCS12, MSC16
Onderdeel Beschrijving
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
Bij het aansluiten van het maritieme aircosysteem moeten de volgende
aanwijzingen worden gevolgd:
 Er moet een stroomonderbreker worden gebruikt met de juiste afme-
ting om het systeem te beveiligen, zoals vermeld is op het gegevens-
plaatje van de airco-eenheid.
 Installeer en aard een AC-stroombron die voldoet aan de elektrische
normen voor boten.
 Gebruik minimaal 3,5 mm² bootkabel
– om de airco-eenheid te voeden
– om de zeewaterpomp te voeden
– om de draden op de pomp te verlengen
 Voor elektrische verbindingen in het onderruim onder de waterspiegel
moeten thermisch krimpende isolatiedraden worden gebruikt.
 Alle verbindingen naar de aansluitstrook moeten worden gemaakt met
voldoende grote kabelschoenen (niet meegeleverd).
 Voor iedere airco-eenheid is een eigen stroomonderbreker vereist.
– Als er slechts één airco-eenheid is geïnstalleerd, heeft de zeewa-
terpomp geen stroomonderbreker nodig. De bedrading van de
zeewaterpomp is aangesloten op de aansluitstrook van de eenheid
(zie schakelschema, afb. 8, pag. 7).
– Als er twee of meer airco-eenheden dezelfde zeewaterpomp ge-
bruiken worden de draden van de pomp op een pomprelaispaneel
(PRP) aangesloten die een eigen stroomonderbreker heeft (zie het
schakelschema, bekleed met de PRP).
➤ Sluit de airco-eenheid aan op het aardingsysteem van de boot om
corrosie door lekstroom te voorkomen.
➤ Zorg ervoor dat de AC-aarde van de airco-eenheid goed wordt
aangesloten op de AC-aarde van de boot.
Bedieningspaneel
Optionele alternatieve luchtsensor
Optionele buitenlucht-sensor
Compressor
Pomp- of relaispaneel
Terugslagklep
Ventilator
Hogedruk-schakelaar
Stroomvoorziening
Aardpunt van het systeem
Aansluitingen ingangsstroom en uitgangsstroom pomp
Het Marine Climate System aansluiten
151