Tecomec Sharp Master Manuel D'utilisation page 39

INHOUDSOPGAVE
1. ALGEMENE VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
BETREFFENDE HET ELEKTRISCHE APPARAAT ..... 37
2. ALGEMENE INFORMATIE .......................................... 38
3. GARANTIE ................................................................... 38
4. GEBRUIK EN BEWAREN VAN DE
GEBRUIKSAANWIJZING ............................................ 38
5. DEFINITIES ................................................................. 38
6. SYMBOLEN ................................................................. 39
7. TECHNISCHE GEGEVENS ........................................ 39
8. BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN (FIG. 1) ..... 39
9. VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN ................................ 39
10. GEBRUIKSBESTEMMING .......................................... 39
11. UITPAKKEN ................................................................. 39
12. BASISUITRUSTING (FIG. 2) ....................................... 39
13. INSTALLATIE ............................................................... 40
14. INFORMATIE OVER DE KETTING ............................. 40
15. IDENTIFICATIE VAN DE KETTING ............................. 40
16. MONTAGE VAN DE SLIJPSTEEN .............................. 40
17. BEVESTIGING VAN DE
SLIJPSTEENBESCHERMING ..................................... 41
18. ELEKTRISCHE AANSLUITING ................................... 41
19. INWERKINGSTELLING ............................................... 41
20. CONTROLE VAN DE MONTAGE VAN DE
SLIJPSTEEN ............................................................... 41
21. AFSTELLING VAN DE SLIJPMACHINE ...................... 41
22. WAARSCHUWINGEN VOOR HET SLIJPEN ............. 41
23. SLIJPEN VAN DE KETTING (FIG. 18) ........................ 42
24. SLIJPEN VAN DE DIEPTEBEGRENZER (FIG. 19)..... 42
25. UITSCHAKELEN EN OPBERGEN .............................. 42
26. STORINGEN, OORZAKEN EN OPLOSSINGEN ........ 42
1. ALGEMENE VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
BETREFFENDE HET ELEKTRISCHE APPARAAT
WAARSCHUWING: lees alle informatie over
de veiligheid door, evenals de instructies, de
afbeeldingen en de specificaties die bij dit apparaat
worden geleverd. Het niet respecteren van
alle ondervermelde instructies kan elektrische
ontladingen, brand en/of ernstige letsels veroorzaken.
Bewaar alle waarschuwingen en de instructies voor
toekomstig gebruik. De term "elektrisch apparaat" in de
waarschuwingen verwijst naar het apparaat gevoed met
stroom (via kabel) of gevoed met batterij (zonder kabel).
1) Veiligheid van het werkgebied
a) Zorg er voor dat het werkgebied schoon is en goed
is verlicht. In wanordelijke of donkere werkgebieden
komen vaker ongevallen voor.
b) Gebruik geen elektrische apparaten in explosieve
omgevingen, bijvoorbeeld in aanwezigheid van
ontvlambare vloeistoffen, gassen of stoffen. Elektrische
apparaten veroorzaken vonken die het stof of vluchtige
ontwasemingen veroorzaken.
NL
c) Houd kinderen en personen uit de buurt wanneer
het elektrische apparaat wordt gebruikt. Eventuele
afleidingen kunnen controleverlies veroorzaken.
2) Elektrische veiligheid
a) De stekkers van de apparaten moeten geschikt zijn
voor de stopcontacten. Wijzig nooit de stekker. Gebruik
geen adapters voor stekkers met elektrische apparaten
voorzien van aarding. Ongewijzigde stekkers en
geschikte stopcontacten verminderen het risico voor
elektrische schokken.
b) Vermijd contact van het lichaam met oppervlakken
voorzien van aarding zoals bijv. leidingen, radiatoren,
fornuizen, koelkasten. Als het lichaam in aanraking komt
met oppervlakken voorzien van aarding, is er een groter
risico aanwezig voor elektrische schokken.
c) Stel het elektrische apparaat niet bloot aan regen
of vochtigheid. Het binnendringen van water in het
apparaat vergroot het risico voor elektrische schokken.
d) Behandel de kabel op correcte wijze. Gebruik de kabel
nooit om het elektrische apparaat te transporteren, los
te koppelen of er aan te trekken. Houd de kabel uit
de buurt van warmtebronnen, olie, scherpe randen of
bewegende delen. Beschadigde of verwarde draden
vergroten het risico voor elektrische schokken.
e) Wanneer het elektrische apparaat buiten wordt gebruikt,
moet een verlengdraad gebruikt worden die geschikt
is voor gebruik buitenshuis. Het gebruik van een kabel
die geschikt is voor gebruik buitenshuis vermindert het
risico voor elektrische schokken.
f) Als het gebruik van het toestel in een vochtige omgeving
onvermijdbaar is, moet een voeding gebruikt worden
die wordt beschermd door een reststroomapparaat
(RCD - Residual current device). Het gebruik van
een reststroomapparaat vermindert het risico voor
elektrische schokken.
OPMERKING: de term "reststroomapparaat
(RCD)" kan vervangen worden door de term
"verliesstroomschakelaar (GFCI)" of "aardlekschakelaar
(ELCB)".
3) Persoonlijke veiligheid
a) Blijf alert, let altijd op voor wat u aan het doen bent, en
gebruik uw gezond verstand wanneer het elektrische
apparaat wordt gebruikt. Gebruik het apparaat niet
wanneer u moe bent of onder invloed bent van drugs,
alcohol of geneesmiddelen. Een moment van afleiding
tijdens het gebruik van het apparaat kan leiden tot
ernstige persoonlijke letsels.
b) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen. Draag
altijd een veiligheidsbril. Beschermingsmiddelen
zoals stofmaskers, veiligheidsschoenen met
antislipbescherming, helmen of gehoorbeschermingen
die in geschikte omstandigheden worden gebruikt,
verminderen het risico voor persoonlijke letsels.
c) Vermijd onvrijwillige start. Controleer dat de schakelaar
in positie staat voordat het apparaat wordt aangesloten
op de elektrische voeding en/of op de batterij, voordat
het wordt getransporteerd of verplaatst. Het apparaat
verplaatsen terwijl de vinger op de schakelaar wordt
gehouden of een apparaat voeden met de schakelaar
in positie "on" vergroot het risico voor ongevallen.
d) Verwijder alle sleutels voor de afstelling voordat het
apparaat wordt ingeschakeld. Een sleutel die aan een
draaiend deel van het apparaat is gehaakt, kan ersntige
persoonlijke letsels veroorzaken.
e) Verlies uw evenwicht niet. Behoud altijd een veilige en
evenwichtige positie. Op deze manier is een betere
37