Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
nl
Gebruik
4.2.1 Controleren of het volgelaatsmasker
dicht is
1. Maskeraansluitingen met blinde stekkers of
persluchtsets, waarvan de gastoevoer niet geopend
is, afsluiten. Ook de aansluiting voor de
mechanische restdrukwaarschuwing moet worden
afgesloten.
2. Inademen tot er onderdruk ontstaat.
3. Houd de adem kort in. De onderdruk moet
gehandhaafd blijven, anders de banden natrekken.
4. Herhaal de dichtheidstest twee keer herhalen.
Duiksessie alleen starten wanneer het
volgelaatsmasker dicht aansluit!
4.2.2 Werking van de neusdrukkers
controleren
1. Beide hendels aan de buitenkant van het vizier naar
binnen duwen.
2. De twee rubberen drukkers binnen in het
volgelaatsmasker moeten zo tegen uw neusvleugels
drukken, dat u bij uitademen door de neus overdruk
in het middenoor voelt.
3. De rubberen drukkers in het volgelaatsmasker
kunnen worden ingesteld door ze vooruit en teruguit
te schuiven.
4. Als deze instelling onvoldoende is, moet het
volledige volgelaatsmasker wat hoger of lager op
het gezicht worden geplaatst.
5. Duiktoestel omdoen, zie gebruiksaanwijzing van het
duiktoestel.
4.2.3 Restdrukwaarschuwing aansluiten
1. Zuigereenheid van de mechanische
restdrukwaarschuwing in de stekkeraansluiting aan
de zijkant tot de aanslag in het vizier steken.
2. Controleren of de eenheid goed vastzit (zo mogelijk
door een tweede persoon) door aan de
zuigereenheid te trekken. De ontgrendelingsring
moet vrij kunnen bewegen.
4.2.4 Ademsystemen aansluiten
1. Zo nodig tweede persluchtset aansluiten, d.w.z. erin
steken tot de veer in de stekkeraansluiting hoorbaar
vastklikt. Controleren of de stekkeraansluiting goed
vastzit, door tegen de insteekrichting in aan de
persluchtset te trekken. Dit dient zo mogelijk door
een tweede persoon te worden gecontroleerd.
Door de aansluiting in het midden kan nog
omgevingslucht worden ingeademd, bijvoorbeeld
om naar het water of de rand van de boot te lopen.
2. Gastoevoer van het hoofdademsysteem openen (zie
bijbehorende gebruiksaanwijzing).
Hoofdademsysteem direct vóór gebruik (aan land of
aan boord) in de middelste aansluiting van het
volgelaatsmasker steken.
3. Controleren of het goed is aangesloten door tegen
de insteekrichting in aan de stekkeraansluiting te
trekken en meermaals in en uit te ademen.
4. Werking van het tweede ademsysteem controleren,
indien aanwezig (zie bijbehorende
gebruiksaanwijzing).
5. Pas duiken wanneer alle aangesloten
ademsystemen foutloos werken!
De hier genoemde volgorde van aandoen van
duiktoestel en volgelaatsmasker is een voorbeeld.
Iedereen mag dit uitproberen en zelf beslissen.
Belangrijk is echter dat de manier van aandoen en
controleren altijd correct zoals hier beschreven gebeurt.
4.3 Tijdens gebruik
4.3.1 Op lekkages controleren
Op de aansluitingen en de afdichtlijn mogen geen
luchtbellen zichtbaar zijn. Dit moet door uw duikpartner
of de signaalman vóór elke duiksessie beslist in ondiep
water worden gecontroleerd.
Wanneer er meerdere ademsystemen tegelijkertijd op
het volgelaatsmasker zijn aangesloten, waarvan er ten
minste één als onafhankelijk noodademsysteem is
voorzien, adviseren wij met klem om te controleren dat
u nooit onbedoeld gas uit uw onafhankelijke
noodvoorraad ademt. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren
door gesloten houden van de gasvoorraad, indien u de
gasvoorraad onder water te allen tijde opnieuw kunt
Publicité
