ABB TSP341-N Note De Mise En Exploitation page 114

10 – NL TSP341-N SENSOR VOOR NIET-INVASIEVE TEMPERATUURMETING | CI/TSP341-N-X1 REV. D
... 2 Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden conform ATEX en IECEx
... Installatie Instructies
Explosieveiligheidsklasse Ex i - intrinsieke veiligheid
WAARSCHUWING
Explosiegevaar
Explosiegevaar door ondeskundige montage van apparaten
met een behuizing van aluminium.
• Bij toepassing in gebieden waarvoor
apparaatbeveiligingsniveau EPL "Ga" is vereist (zone 0),
moeten de apparaten met een aluminium behuizing met
een bescherming tegen sterke mechanische stoten of
wrijving worden geïnstalleerd.
Aanwijzing
Bij het gebruik van het complete apparaat in zone 0 (EPL "Ga")
moet worden gecontroleerd of de materialen van het apparaat
bestand zijn tegen de omringende atmosfeer.
Gietmateriaal dat is gebruikt voor de meetomvormer:
Polyurethaan (PUR), WEVO PU-417
Daarnaast zijn er geen verdere bijzonderheden die bij de
mechanische montage in acht moeten worden genomen.
Montageaanwijzingen voor explosieveiligheidsklasse
"Ex d – Drukvaste behuizing"
Als de omgevingstemperatuur ter plaats ven de kabelinvoeren
hoger is dan 70 °C (158 °C), moeten geschikte
temperatuurbestendige toevoerleidingen worden gebruikt.
Kabelwartels voor explosieveiligheidsklasse "Ex d"
Apparaten in explosieveiligheidsklasse "Ex d" zonder
bijgeleverde kabelwartel
Voor apparaten met explosieveiligheidsklasse "Ex d - drukvaste
behuizing" die zonder kabelwartel worden geleverd, moeten de
instructies Explosieveiligheidsklasse Ex d – drukvaste behuizing
op pagina 9 in acht worden genomen.
Bij montage van door de gebruiker zelf geleverde kabelwartels
het gegevensblad, de handleiding en de aanwijzingen voor de
goedkeuring van de kabelwartel in acht nemen.
114
Apparaten in explosieveiligheidsklasse "Ex d" met
kabelwartel
Als apparaten met explosieveiligheidsklasse "Ex d – drukvaste
behuizing" met kabelwartels worden besteld, dan wordt af
fabriek een Ex d-gecertificeerde kabelwartel gemonteerd.
Dat is het geval als de kabelwartel bij het bestellen niet door het
vermelden van bestelcode "Opties kabelinvoer – U1 of U2" wordt
gedeselecteerd.
Gegevens voor de in de fabriek gemonteerde Ex d-kabelwartel
• Schroefdraad: M20 × 1,5
• Temperatuurbereik: −40 tot 85 °C (−40 tot 185 °F)
• Kabelbuitendiameter: 3,2 tot 8,7 mm (0,13 tot 0,34 in)
• Materiaal: messing vernikkeld
Aanwijzing
Op het aanvullende plaatje voor tegen explosies beveiligde
apparaten wordt in dit geval in de typeaanduiding conform de
goedkeuring de waarde "U1" (schroefdraad: M20 × 1,5) vermeld.
De kabelwartel is alleen geschikt voor vaste installaties en niet-
gewapende kabels met ronde en gladde mantel van kunststof
met een passende buitendiameter. De kabels moeten goed
worden vastgezet om te voorkomen dat ze worden losgetrokken
of verdraaid.
De bijgeleverde handleiding en goedkeuringen van de
kabelwartel evenals de relevante eisen van EN 60079-14 moeten
in acht worden genomen.
Montage-instructies
Bij lage temperaturen worden de afdichtringen van de
kabelwartels hard.
• Voorafgaand aan de montage moeten de afdichtringen
gedurende 24 uur op een temperatuur van minimaal 20 °C
(68 °F) worden gebracht.
• Voordat de afdichtringen in de kabelwartels worden
geplaatst en vastgedraaid, moeten ze worden gekneed tot ze
zacht en flexibel zijn.
De beschermingsgraad IP 66 / 67 wordt uitsluitend bereikt door
montage van de zwarte neopreen afdichtring tussen de
kabelwartel en de behuizing alsmede door aanhouden van een
aandraaikoppel voor de kabelwartel van 3,6 Nm (Afbeelding 2,
pos.
2 ).
Kabel tegen extreme mechanische belasting beschermen
(trekkracht, torsie, beklemming, etc.). Ook onder
bedrijfsomstandigheden moet de hermetische afdichting van de
kabelinvoer in stand blijven. Ter plekke moet voor een
trekontlasting van de kabel worden gezorgd.