EINHELL BT-TS 150 0 U Mode D'emploi D'origine page 42

Anleitung_BT_TS_1500_U_SPK2_Anleitung TKS 15-250 UV SPK 1 17.10.13 12:52 Seite 42
NL
7.3.3. Aanslaglengte instellen (fig. 9)
Om te voorkommen dat het te snijden goed
n
vastklemt kan de aanslagrail (23) in
lengterichting worden verschoven.
Vuistregel : Het achterste uiteinde van de
n
aanslag sluit aan bij een imaginaire lijn die
ongeveer bij het centrum van het zaagblad
begint en met 45° naar achteren verloopt.
Nodige snijbreedte afstellen
n
- Kartelschroeven (26) losdraaien en aanslagrail
(23) naar voren schuiven tot de imaginaire 45°
lijn wordt geraakt.
- Kartelschroeven (26) weer aanhalen.
7.4. Dwarsaanslag (fig. 8)
Dwarsaanslag (14) de gleuf (21) van de
n
zaagtafel in schuiven.
Kartelschroef (20) losdraaien.
n
Dwarsaanslag (14) draaien tot de pijl naar de
n
gewenste hoekmaat wijst.
Kartelschroef (20) weer aanhalen.
n
Let op!
Aanslagrail (23) niet te ver naar het zaagblad toe
n
schuiven.
De afstand tussen aanslagrail (23) en zaagblad
n
(4) moet ca. 2 cm bedragen.
7.5. Hoekafstelling (fig. 14)
Vastzetgreep (9) losdraaien
n
Door draaien van de handgreep de gewenste
n
hoekmaat op de schaal instellen.
Vastzetgreep in de gewenste hoekpositie
n
arrêteren.
8. Bedrijf
Let op !!
Na elke nieuwe afstelling is het aan te raden een
n
proefsnede uit te voeren om de afgestelde
afmetingen te controleren.
Na het aanzetten van de zaag wachten tot het
n
zaagblad zijn maximumtoerental heeft bereikt
voordat u de snede uitvoert.
Let op bij het insnijden !
n
Gebruik het toestel alleen met afzuiging.
n
Controleer en reinig regelmatig de afzuigkanalen.
8.1. Uitvoeren van langssneden (fig. 18)
Hierbij wordt een werkstuk in lengterichting doorge-
sneden. Eén kant van het werkstuk wordt tegen de
parallelaanslag (7) geduwd terwijl de vlakke zijde op
de zaagtafel (1) ligt. De zaagbladafdekking (2) moet
altijd op het werkstuk worden neergelaten. De werk-
stand tijdens het snijden in lengterichting mag nooit
42
in één lijn met de verloop van de snede zijn.
Parallelaanslag (7) afstellen naargelang van de
n
hoogte van het werkstuk en de gewenste
breedte. (zie 7.3)
Zaag aanzetten
n
Handen met gesloten vingers plat op het
n
werkstuk leggen en het werkstuk langs de
parallelaanslag (7) het zaagblad (4) in schuiven.
Zijdelings geleiding met de linker of rechter hand
n
(naargelang de positie van de parallelaanslag)
enkel tot de voorkant van de beschermkap
leiden.
Het werkstuk altijd doorschuiven tot aan het
n
einde van de spleetspie (5).
De snijafval blijft op de zaagtafel (1) liggen tot
n
het zaagblad (4) opnieuw tot stilstand is
gekomen.
Lange werkstukken aan het einde van het
n
snijden beveiligen tegen neerkantelen! (b.v.
afrolstandaard etc.)
8.1.2. Snijden van smalle werkstukken (fig. 19)
Langssneden van werkstukken met een breedte
n
van minder dan 120 mm moeten absoluut met
gebruikmaking van een schuifstok (3) worden
uitgevoerd. Schuifstok is niet bij de levering
begrepen.
Versleten of beschadigde schuifstok
n
onverwijld vervangen.
8.1.3. Snijden van zeer smalle werkstukken
(fig. 20)
Voor langssneden van zeer smalle werkstukken
n
met een breedte van 30 mm en minder moet
absoluut een schuifstok worden gebruikt.
Daarbij gebruikt u best het laag geleidevlak van
n
de parallelaanslag.
Schuifhout niet bij de levering begrepen !
n
(Verkrijgbaar in de gespecialiseerde handel)
Versleten schuifhout tijdig vervangen.
8.1.4. Uitvoeren van schuine sneden
(fig. 14/21)
Schuine sneden worden principieel met
gebruikmaking van de parallelaanslag (7) uitgevoerd.
Zaagblad (4) op de gewenste hoekmaat
n
afstellen. (zie 7.5)
Parallelaanslag (7) afstellen naargelang van de
n
breedte en de hoogte van het werkstuk (zie
7.3.1).
Snede conform de werkstukbreedte uitvoeren
n
(zie 8.1.1 en 8.1.2. en 8.1.3)