Christopeit Sport RUNNER PRO MAGNETIC Mode D'emploi page 33

Computerhandleiding voor 9829
De bijgeleverde computer biedt het grootst mogelijke trainingscomfort.
Iedere voor de training relevante waarde wordt in het inspectievenster
aangegeven.
Vanaf het begin van de training worden de benodigde tijd, de actuele
snelheid, het globale calorieverbruik, de afgelegde afstand en de actuele
polsslag aangegeven. Alle waarden worden beginnend van nul opwaarts
tellend geregistreerd.
De computer wordt ingeschakeld door de toets „F" even in te drukken
of gewoon door met de training van start te gaan.
Om de computer te starten, gewoon met de training beginnen. De
computer begint alle waarden te registreren en weer te geven.
Om de computer te stoppen, gewoon de training beëindigen. De computer
stopt alle metingen en registreert de voor het laatst bereikte waarden.
De voor het laatst bereikte waarden bij de functies TIJD, CALORIEËN
en KM worden opgeslagen en, wanneer er opnieuw met de training
begonnen wordt, kan er uitgaande van deze waarden verder getraind
worden.
De computer wordt circa 4 minuten na beëindiging van de training
automatisch uitgeschakeld. Alle tot op dat moment bereikte waarden
worden gewist.
Displays:
Door middel van de toets „F" kunnen de individuele functies geselecteerd
worden en worden de overeenkomstige gegevens in het inspectievenster
weergegeven.
Welke functie geselecteerd werd, wordt door een symbool in het
inspectievenster naast de opgedrukte functienaam aangegeven.
1. Display „POLSSLAG":
De actuele polsslag wordt in slagen per minuten weergegeven.
Een voorafgaande bepaling van bepaalde waarden is niet mogelijk. Een
opslag van de voor het laatst bereikte waarden bij deze functie gebeurt
niet.
(Limiet van de displays 240 polsslagen per minuut.)
Opgelet:
Voor een meting van de polsslag moeten de beide aanrakingsvlakken
van de polsslagmetende eenheid (35) met beide handen tegelijkertijd
vastgegrepen worden.
Daarbij dienen de aanrakingsvlakken zich in het midden in de handpalmen
te bevinden.
2. Display „TIJD":
De actueel benodigde tijd wordt in minuten en seconden weergegeven.
Een voorafgaande bepaling van een bepaalde waarde door middel van
de toets „E" is mogelijk.
Indien er een bepaalde tijdspanne vooraf bepaald is, wordt de nog af te
leggen tijdspanne weergegeven. Indien de vooraf bepaalde waarde
bereikt wordt, wordt deze door een akoestisch signaal aangegeven.
Een opslag van de voor het laatst bereikte waarden bij deze functie
gebeurt niet.
(Limiet van het display 99,59 minuten.)
3. Display „km/h":
De actuele snelheid wordt in kilometer per uur weergegeven.
Een voorafgaande bepaling van een bepaalde waarde is niet mogelijk.
Een opslag van de voor het laatst bereikte waarden bij deze functie
gebeurt niet.
(Limiet van het display 99,9 km/h.)
4. Display „CALORIEËN":
De actuele stand van de verbruikte calorieën wordt weergegeven. Een
voorafgaande bepaling van een bepaalde waarde door middel van de
toets „E" is mogelijk.
Indien er een bepaalde waarde vooraf bepaald is, wordt deze tegen nul
geteld aangegeven. Indien de vooraf bepaalde waarde bereikt wordt,
wordt deze door een akoestisch signaal aangegeven.
Een opslag van de voor het laatst bereikte waarden bij deze functie
gebeurt niet.
(Limiet van het display 999,9 calorieën.)
5. Display „km":
De actuele stand van de afgelegde kilometers wordt weergegeven. Een
voorafgaande bepaling van een bepaalde waarde door middel van de
toets „E" is mogelijk.
Indien een bepaalde afstand vooraf bepaald is, wordt de nog af te
leggen afstand weergegeven. Indien de vooraf bepaalde waarde bereikt
wordt, wordt deze door een akoestisch signaal aangegeven.
Een opslag van de voor het laatst bereikte waarden bij deze functie
gebeurt niet.
(Limiet van het display 999,9 km.)
6. Functie „SCAN":
Indien deze functie geselecteerd wordt, worden continu afwisselend,
telkens na circa 5 seconden, de actuele waarden van alle functies na
elkaar weergegeven.
Functie van de toetsen:
1. Toets „F"
Door de toets „F" even één keer in te drukken, kan er van de ene naar
de andere functie overgegaan worden. De overeenkomstige waarde
wordt dan telkens in het inspectievenster aangegeven. Door de toets
(circa 3 seconden) langer in te drukken, worden alle voor het laatst
bereikte waarden van alle displays gewist. Evenzeer kan het akoestische
signaal bij het bereiken van de ingestelde waarden beëindigd worden
door deze toets één keer in te drukken.
2. Toets „E"
Door de toets „E" één keer in te drukken, is een trapsgewijze bepaling
vooraf van waarden bij de individuele functies mogelijk. Daarvoor moet
vooraf de gewenste functie met de toets „F" geselecteerd worden.
Door deze toets langer (3 seconden) in te drukken, wordt een snelle
voorloop geactiveerd, die gestopt kan worden door deze nogmaals in te
drukken. Bij het begin van de training worden dan tegen nul geteld en dit
vanaf de vooraf bepaalde waarden.
3. Toets „TEST"
Door middel van deze toets wordt er een test ter beoordeling van de
fitness doorgevoerd. Daarbij worden de cijfers F1 (hoogste cijfer = hoge
fitness) tot F6 (laagste cijfer = geringe fitness) toegekend.
Om deze test te kunnen doorvoeren, moet de training met de handen
aan de aanrakingsvlakken (35) beëindigd zijn. Daarna de toets „F" voor
de terugstelling van het akoestische signaal één keer indrukken en de
toets „TEST" om het testprogramma te starten één keer indrukken alsook
de aanrakingsvlakken van de polsslagmetende eenheid (35) met beide
handen tijdens het testprogramma (display geeft achteruit tellend „1
minuut" aan) vasthouden. Na de toewijzing van het fitnesscijfer of tijdens
het testprogramma kan er terug naar het hoofdmenu gegaan worden en
dit door de toets „Test" in te druk
33