Bosch GRL 250 HV Professional Notice Originale page 82

Masquer les pouces Voir aussi pour GRL 250 HV Professional:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 30
82 | Nederlands
16 cm verschuiven. Draai hiervoor de schroef (43) op de uit-
lijneenheid los, verschuif het meetgereedschap in de ge-
wenste positie en draai de schroef (43) weer vast.
Werken met de laserontvanger (accessoire)
Bij ongunstige lichtomstandigheden (lichte omgeving, direc-
te zonnestralen) en op grotere afstanden kunt u de
laserontvanger (36) gebruiken om de laserlijnen beter te
kunnen vinden.
Bij rotatielasers met meerdere gebruiksmodi kiest u horizon-
tale of verticale modus met de hoogste rotatiesnelheid.
Voor het werken met de laserontvanger leest en volgt u de in-
structies in de gebruiksaanwijzing ervan.
Werken met de afstandsbediening
Bij het indrukken van de bedieningstoetsen kan het meetge-
reedschap uit de nivelleermodus worden gehaald, zodat de
rotatie even stopt. Door het gebruik van de afstandsbedie-
ning wordt dit effect vermeden.
Sensors (7) voor de afstandsbediening bevinden zich aan
drie kanten van het meetgereedschap, o.a. boven het bedie-
ningspaneel aan de voorkant.
Werken met de meetlat (accessoire) (zie afbeelding E)
Voor het controleren van effenheden of het toepassen van
verval wordt het gebruik van de meetlat (37) samen met de
laserontvanger aangeraden.
Op de meetlat (37) is boven een relatieve verdeelschaal aan-
gebracht. De nulhoogte daarvan kunt u onder op het uittrek-
bare gedeelte vooraf instellen. Daarmee kunnen afwijkingen
van de gewenste hoogte rechtstreeks worden afgelezen.
Laserbril (accessoire)
De laserbril filtert het omgevingslicht uit. Daardoor lijkt het
licht van de laser voor het oog helderder.
Gebruik de laserbril (accessoire) niet als veiligheids-
u
bril. De laserbril dient voor het beter herkennen van de
laserstraal; deze beschermt echter niet tegen de laser-
straling.
Gebruik de laserbril (accessoire) niet als zonnebril of
u
in het verkeer. De laserbril biedt geen volledige UV-be-
scherming en vermindert het waarnemen van kleuren.
Toepassingsvoorbeelden
Hoogtes overbrengen/controleren (zie afbeelding F)
Zet het meetgereedschap in horizontale positie op een stevi-
ge ondergrond of monteer het op een statief (38) (accessoi-
re).
Werkzaamheden met statief: lijn de laserstraal op de ge-
wenste hoogte uit. Breng de hoogte naar de plaats van be-
stemming over of controleer de hoogte.
Werken zonder statief: bepaal met behulp van het
laserrichtbord (47) het hoogteverschil tussen laserstraal en
hoogte op het referentiepunt. Breng het gemeten hoogtever-
schil naar de plaats van bestemming over of controleer het
gemeten hoogteverschil.
1 609 92A 5S1 | (09.09.2020)
Loodpunt naar boven parallel uitlijnen/rechte hoek
toepassen (zie afbeelding G)
Als rechte hoeken toegepast of tussenmuren uitgelijnd moe-
ten worden, dan moet u de loodpunt naar boven (9) parallel,
d.w.z. op dezelfde afstand tot een referentielijn (bijv. muur),
uitlijnen.
Zet hiervoor het meetgereedschap in verticale positie en
plaats het zodanig dat de loodpunt naar boven ongeveer pa-
rallel met de referentielijn loopt.
Meet voor het nauwkeurig in juiste positie plaatsen de af-
stand tussen het loodpunt naar boven en de referentielijn di-
rect bij het meetgereedschap met behulp van het
laserrichtbord (47). Meet de afstand tussen het loodpunt
naar boven en de referentielijn opnieuw op een zo groot mo-
gelijke afstand van het meetgereedschap. Lijn het loodpunt
naar boven zodanig uit dat het dezelfde afstand tot de refe-
rentielijn heeft als bij de meting direct bij het meetgereed-
schap.
De rechte hoek t.o.v. het loodpunt naar boven (9) wordt
aangegeven door de variabele laserstraal (6).
Loodlijn/verticaal vlak weergeven (zie afbeelding H)
Voor het aangeven van een loodlijn of een verticaal vlak zet u
het meetgereedschap in de verticale positie. Als het vertica-
le vlak in een rechte hoek met een referentielijn (bijv. muur)
moet lopen, lijn dan de loodpunt naar boven (9) op deze re-
ferentielijn uit.
De loodlijn wordt door de variabele laserstraal (6) aangege-
ven.
Loodlijn/verticaal vlak uitlijnen (zie afbeelding I)
Om de verticale laserlijn of het rotatievlak op een referentie-
punt op een muur uit te lijnen, plaatst u het meetgereed-
schap in de verticale positie en lijnt u de laserlijn of het rota-
tievlak grof op het referentiepunt uit. Voor het nauwkeurig
uitlijnen op het referentiepunt draait u het rotatievlak om de
verticale as (zie „
 Rotatievlak bij verticale positie
draaien (zie afbeelding B)", Pagina 80).
Werken zonder laserontvanger (zie afbeelding J)
Bij gunstige lichtomstandigheden (donkere omgeving) en op
korte afstanden kunt u zonder laserontvanger werken. Voor
een betere zichtbaarheid van de laserstraal kiest u de lijnmo-
dus of u kiest puntmodus en draait de laserstraal naar de
plaats van bestemming.
Werken met laserontvanger (zie afbeelding K)
Bij ongunstige lichtomstandigheden (lichte omgeving, direct
zonlicht) en op grotere afstanden kunt u de laserontvanger
(36) gebruiken om de laserstraal beter te kunnen vinden.
Kies bij werkzaamheden met de laserontvanger de rotatie-
modus met de hoogste rotatiesnelheid.
Meten over grote afstanden (zie afbeelding L)
Bij het meten over grote afstanden moet de
laserontvanger (36) worden gebruikt om de laserstraal te
vinden. Om storingsinvloeden te verminderen, moet u het
meetgereedschap altijd in het midden van het werkvlak en
op een statief plaatsen.
Bosch Power Tools

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières