Hach PAH500 Manuel De L'utilisateur page 199

Hoofdstuk 5 Onderhoud
Demonteer de sensor of de digitale gateway niet voor onderhoud. Als er inwendige componenten moeten worden
gecontroleerd of gerepareerd, neem dan contact op met de fabrikant.
De sensor en de digitale gateway zijn als paar geprogrammeerd. Vervang de sensor of de digitale
gateway niet afzonderlijk.
5.1 Onderhoudsschema
Tabel 1 toont het aanbevolen schema voor onderhoudstaken. Voorschriften van de installatie en
bedrijfscondities kunnen de frequentie van sommige taken verhogen.
Taak
De sensor reinigen op pagina 199
Een controle van de kalibratie uitvoeren
De sensor moet om de twee jaar worden geïnspecteerd en gekalibreerd door de serviceafdeling van
de fabrikant of een gecertificeerde partner (interval van één jaar voor Amerikaanse wateren). Er
wordt een kalibratiecertificaat verstrekt wanneer alle servicewerkzaamheden zijn voltooid. Als de
service niet wordt uitgevoerd, kan dit een nadelig effect hebben op de nauwkeurigheid of werking
van de sensor.
Opmerking: Het is belangrijk dat u de meest recente vereisten voor kalibratie en verificatie van uw lokale
regelgevende instantie begrijpt.
5.2 De sensor reinigen
Gebruik geen organische oplosmiddelen (zoals aceton of methanol), sterke zuren of sterke basen voor reiniging
van de sensor om schade aan de sensor te voorkomen.
Voorwaarde: Bereid een milde zeepoplossing met een niet schurend vaatwasmiddel zonder
lanoline. Lanoline laat een dun laagje achter op het optische oppervlak. Controleer de sensor
regelmatig (en wanneer de PAK-metingen ongewoon hoog zijn) op vuil en afzettingen. Reinig de
sensor als er sprake is van afzettingen.
1. Stop de waterflow naar de sensor.
2. Koppel de monsterslang en fittingen los van de sensor.
3. Gebruik het meegeleverde wattenstaafje en een milde zeepoplossing om de binnenste
kwartsbuis van de sensor te reinigen. De binnenste kwartsbuis verbindt de monsterinlaat en -
uitlaat. Reinig het wattenstaafje regelmatig.
4. Reinig de binnenste kwartsbuis totdat er geen materiaal meer wordt verwijderd met het
wattenstaafje.
5. Spoel de binnenste kwartsbuis af met schoon, warm water.
6. Reinig de sensor indien nodig met isopropylalcohol (90 % of hoger) en een wattenstaafje.
7. Gebruik indien nodig 5 % zwavelzuur en een wattenstaafje om afzettingen te verwijderen.
8. Neem contact op met de technische ondersteuning als een stof niet kan worden verwijderd.
9. Zorg ervoor dat er geen materiaal in de monsterinlaat- en -uitlaatslangen zit.
10. Sluit de monsterinlaat- en -uitlaatslangen aan op de sensor.
11. Start de waterflow naar de sensor.
12. Selecteer SENSOR SETUP (SONDE SETUP) > [selecteer sensor] > DIAG/TEST > COUNTERS
(tellers) > CLEAN SENSOR (SENSOR REINIGEN) om de teller voor CLEAN DAYS (REINIGING
DAGEN) op nul te zetten.
L E T O P
Tabel 1 Onderhoudsschema
op pagina 193
L E T O P
1 jaar Indien nodig
X
X X
Nederlands 199