Publicité
Mise en route / Inbedrijfstelling / Inbetriebsetzung
D
A
TTELAGE
La machine est équipée d'un attelage 3 points catégories II et III
avec chape inférieure.
La rotule utilisée pour le 3 points côté machine doit être
compatible catégories II et III.
La position de la rotule sur les 2 points de fi xation < de l'attelage
3 points ne doit jamais être positionnée à l'extérieur de la
chappe.
La postion de la rotule sur les 2 points de fi xation < de l'attelage
3 points doit obligatoirement être située au milieu de la chappe.
L'axe du 3 points sur la machine est en catégorie II.
• La position de la machine au travail est horizontale et (A) à
70 cm
- Utiliser la fl èche de niveau
- Respecter la charge maximum du distributeur ainsi que celle
du tracteur.
- Utiliser la position
ou
ou
aux conditions de travail (voir chapitre
D
A
ANKOPPELING
De machine is uitgerust met een 3-punts koppeling categorieën
II en III met onderste balk.
Het voor de 3 punten aan de machinezijde gebruikte
kogelgewricht moet compatibel zijn met de categorieën II en III.
Het kogelgewricht op de 2 bevestigingspunten < van de 3-punts
koppeling mag nooit aan de buitenkant van de balk geplaatst
zijn.
Het kogelgewricht op de 2 bevestigingspunten < van de 3-punts
koppeling moet altijd in het midden van de balk geplaatst zijn.
De as van de 3 punten van de machine is van categorie II.
• De werkpositie van de machine is horizontaal en (A) op 70 cm
- Gebruik de waterpas-indicator
te regelen.
- Let op de maximumbelasting van strooier en trekker.
- Gebruik stand
,
of , de stand die het meest geschikt is
voor de tractor en de werkomstandigheden. (zie hoofdstuk
«Laatbemesting»).
D
A
NBAU
Die Maschine ist mit einer Dreipunktkupplung der Kategorie II
und III mit Unterlenkern ausgerüstet.
Die
Unterlenkerkugeln
Dreipunktkupplung müssen der Kategorie II und III entsprechen.
Die Kugel an den Unterlenkern der Dreipunktkupplung darf
niemals außerhalb der Anbaulasche positioniert sein.
Die Kugel an den Unterlenkern der Dreipunktkupplung muss
unbedingt in der Mitte der Anbaulasche positioniert sein.
Die Bolzen der maschinenseitigen Dreipunktkupplung müssen
der Kategorie II entsprechen.
• Die Arbeitsstellung der Maschine ist waagerecht und (A) 70 cm
vom Boden entfernt.
- Den Kontrollpfeil
benutzen, um die Senkrechtstellung zu
regeln.
- Maximalbelastung des Düngerstreuers sowie die des
Schleppers beachten.
- Unter den Positionen ,
die Arbeitsverhältnisse günstigste wählen (siehe Kapitel
«spätdüngung»).
pour régler l'aplomb.
la plus adaptée au tracteur et
«Epandage tardif»).
2
om deze horizontale stand
der
maschinenseitigen
oder
die für den Schlepper und
2
2
1
FR
NL
DE
23
Publicité
