Roller Robot Notice D'utilisation page 22

nld
in het snelspan-slagsysteem zit. Het snelspan-slagsysteem sluiten, tot de
spanbekken tegen de 3 vlakken van de aandrijfas liggen. Met de spanring (9)
na een korte openingsbeweging met één of twee rukken de aandrijfas vast-
klemmen.
2.3. ROLLER'S rolgroefvoorziening op ROLLER'S Robot 2 L, ROLLER'S Robot
3 L en ROLLER'S Robot 4 L
Zie handleiding ROLLER'S Robot. De pijpsnijder en binnenontbramer naar
binnen draaien. De vleugelschroef aan de klemring losdraaien, de olie- en
spanenbak verwijderen. De mechanische smeermiddelpomp kortsluiten door
het van de gereedschapdrager afgetrokken slangeinde met de aanzuigzijde
van de pomp te verbinden. Er moet een circulatie van smeermiddel in de pomp
zijn, anders wordt de pomp beschadigd. De gereedschapset verwijderen. De
machine in ieder geval waterpas opstellen.
Het rolgroefapparaat op de geleidingsstang (8) schuiven, tot de aandrijfas van
het rolgroefapparaat met zijn 3 vlakken in het snelspan-slagsysteem zit. Het
snelspan-slagsysteem sluiten, tot de spanbekken tegen de 3 vlakken van de
aandrijfas liggen. Met de spanring (9) na een korte openingsbeweging met één
of twee rukken de aandrijfas vastklemmen.
2.4. ROLLER'S rolgroefvoorziening op ROLLER'S Robot 2, ROLLER'S Robot
3 en ROLLER'S Robot 4
Zie handleiding ROLLER'S Robot. De pijpsnijder en binnenontbramer naar
binnen draaien. De vleugelschroef aan de klemring losdraaien, de spanenbak
verwijderen. Het slangeinde van de gereedschapdrager trekken en in het gat
van de koelmiddelbak steken, zodat het smeermiddel i van de koelmiddelbak steken, zodat het smeermiddel in de pomp kan circuleren, van de koelmiddelbak steken, zodat het smeermiddel in de pomp kan circuleren,
omdat deze anders wordt beschadigd. De gereedschapset verwijderen. De
machine in elk geval waterpas op het verrijdbare onderstel plaatsen. De wielen
verwijderen of de beide standbuizen eronder leggen.
Het rolgroefapparaat op de geleidingsstang (8) schuiven, tot de aandrijfas van
het rolgroefapparaat met zijn 3 vlakken in het snelspan-slagsysteem zit. Het
snelspan-slagsysteem sluiten, tot de spanbekken tegen de 3 vlakken van de
aandrijfas liggen. Met de spanring (9) na een korte openingsbeweging met één
of twee rukken de aandrijfas vastklemmen.
2.5. ROLLER'S Rotor RG, ROLLER'S Rotor RG 2 (fi g. 2)
Zie handleiding ROLLER'S King 1¼, ROLLER'S King 2. De ROLLER'S rolgroef-
voorziening op een werkbank of onderstel (toebehoren, art.nr. 849315) beves-
tigen. De ondersteuning (21) met de 2 bijgeleverde cilinderkopschroeven M 8
× 25 aan het zijpaneel van de ROLLER'S rolgroefvoorziening bevestigen. Het
elektrische draadsnij-ijzer met ingezette adapter (22) op de aandrijfas schuiven
tot aan de aanslag van de rolgroefvoorziening. De motor (23) moet zich tussen
de tanden van de ondersteuning (21) bevinden. De borgschijf (24) met cilin-
derkopschroef M 8 × 16 (25) aan de aandrijfas van de rolgroefvoorziening
bevestigen. De draairichtingsring van het elektrische draadsnij-ijzer op 'R'
zetten.
2.6. Ondersteuning van het materiaal
VOORZICHTIG
Buizen en langere buisstukken altijd met de in hoogte verstelbare materiaalsteun
ROLLER'S Assistent 3B, ROLLER'S Assistent XL 12" (toebehoren, art.nr.
120120, 120125) ondersteunen. Hierbij dient erop te worden gelet dat de mate- , 120125 , 120125) ondersteunen. Hierbij dient erop te worden gelet dat de mate-
riaalsteun de buis asparallel met de rolgroefmachine geleidt resp. ondersteunt.
3. Bedrijf
3.1. Gereedschappen
Voor het gehele werkgebied van de stalen en roestvrijstalen buizen zijn telkens
3 sets groefrollen benodigd. Voor het werkgebied van de koperbuizen is slechts
één set groefrollen Cu benodigd. Iedere set groefrollen bestaat uit een boven-
liggende drukrol (11) en onderliggende tegendrukrol (13).
Vervangen van de groefrollen
De aandrijfmachine ROLLER'S Rotor RG, ROLLER'S Rotor RG 2 met de
veiligheidstipschakelaar (27), de aandrijfmachine ROLLER'S Robot RG met
de voetschakelaar (4) in tipbedrijf bedienen, tot de bevestigingsschroef van de
tegendrukrol (13) naar beneden gericht is. De bevestigingsschroef losdraaien
en de tegendrukrol (13) uittrekken. De drukrol (11) draaien, totdat de markering
op de steekas (12) naar beneden gericht is. De bevestigingsschroef losdraaien,
de steekas (12) langzaam uittrekken, de drukrol naar beneden verwijderen.
VOORZICHTIG
Vóór het uittrekken van de steekas (12) een hand onder de drukrol (11) houden,
anders valt deze op de grond!
De gekozen drukrol onderaan weer aanbrengen en de steekas inschuiven. De
markering op de steekas (12) moet naar beneden gericht zijn. De bevestigings-
schroef van de drukrol in de richting van de markering van de as vastschroeven.
De gekozen tegendrukrol aanbrengen, op de positie van de meenemer (vlakke
kant) aan het achterste uiteinde van de tegendrukrol letten. De bevestigings-
schroef aandraaien.
22
, ROLLER'S Assistent XL 12" , ROLLER'S Assistent XL 12" (toebehoren, art.nr.
3.2. Werkproces
De buiseinden moeten haaks afgekort zijn. Lasnaden of lasresten (lasparels)
in de buis op een afstand van ca. 50 mm van het buiseinde afschuren. De
buiseinden aan de binnen- en buitenzijde van vuil en ijzerslag reinigen.
Het drukbegrenzingsventiel (16) sluiten. De buis op de tegendrukrol leggen en
tegen de machine drukken. De buis asparallel uitlijnen, eventueel met ROLLER'S
Assistent 3B, ROLLER'S Assistent XL 12" (toebehoren, art.nr. 120120 , ROLLER'S Assistent XL 12" (toebehoren, art.nr. 120120 , ROLLER'S Assistent XL 12"
ondersteunen. De aandrukhendel (15) van de handmatige hydrauliekpomp
meermaals bedienen en de drukrol (11) aandrukken, tot deze tegen de buis
ligt. De aanslag voor de groefdiepte (17) instellen. Hiervoor de instelschijf voor
de groefdiepte (18) met de voor het buisformaat passende stand tussen kast
en aanslagplaat draaien en de aanslag aanzetten, tot deze op de instelschijf
ligt. De aanslagplaat met een contramoer borgen. De instelschijf weer in de
vergrendelde positie draaien, zodat de aanslagplaat zich naar beneden kan
bewegen. Alle aandrijfmachines altijd op het maximale toerental gebruiken. De
aandrijfmachine met de veiligheidstipschakelaar (27) resp. voetschakelaar (4)
inschakelen. De aandrukhendel (15) meermaals bedienen en de drukrol (11)
bij de lopende aandrijfmachine langzaam in de buis drukken, tot de aanslagplaat
de kast aanraakt. De machine zonder aandrukken nog ca. 10 omwentelingen
laten doorlopen. De machine stilzetten, het drukbegrenzingsventiel (16) openen,
de buis wegnemen en de gemaakte groef controleren. Hiervoor het diameter-
meetlint gebruiken of met een schuifmaat 90° gedraaid meten. Indien nodig de
aanslag (17) verstellen en de bewerking herhalen. 1 schaalstreep op de
aanslagplaat komt overeen met een diepte van ca. 0,4 mm, een hele omwen-
teling met 1,5 mm.
3.3. Ondersteuning van het materiaal
VOORZICHTIG
Buizen en langere buisstukken altijd met de in hoogte verstelbare materiaalsteun
ROLLER'S Assistent 3B, ROLLER'S Assistent XL 12" (toebehoren, art.nr. , ROLLER'S Assistent XL 12" , ROLLER'S Assistent XL 12" (toebehoren, art.nr.
120120, 120125) ondersteunen. Hierbij dient erop te worden gelet dat de , 120125) ondersteunen. Hierbij dient erop te worden gelet dat de , 120125
materiaalsteun de buis asparallel met de rolgroefmachine geleidt resp. onder-
steunt.
4. Onderhoud
Ongeacht het hieronder beschreven onderhoud wordt aanbevolen om het
elektrische apparaat ten minste één keer per jaar naar een geautoriseerde
ROLLER klantenservice te brengen voor een inspectie en herhaalde controle
van het elektrische apparaat. In Duitsland is zo'n herhaalde controle van
elektrische apparaten volgens DIN VDE 0701-0702 verplicht en volgens het
ongevalpreventievoorschrift DGUV-voorschrift 3 'Elektrische installaties en
bedrijfsmiddelen' ook voor mobiele elektrische bedrijfsmiddelen voorgeschreven.
Daarnaast dienen de voor de plaats van inzet geldende nationale veiligheids-
bepalingen, regels en voorschriften in acht genomen en gevolgd te worden.
4.1. Onderhoud
WAARSCHUWING
Vóór onderhoudswerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken! Zie ook Vóór onderhoudswerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken! Zie ook Vóór onderhoudswerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken!
handleiding van de betreffende aandrijfmachine ROLLER'S King 1¼, ROLLER'S
King 2, ROLLER'S Robot.
Reinig de ROLLER'S rolgroefvoorziening regelmatig, vooral ook als hij langere
tijd niet wordt gebruikt. Reinig kunststof onderdelen (bijv. de kast) uitsluitend
met de machinereiniger (art.-nr. 140119) of met milde zeep en een vochtige
doek. Gebruik geen huishoudelijke reinigingsmiddelen. Deze bevatten allerlei
chemicaliën die kunststof onderdelen kunnen beschadigen. Gebruik voor de
reiniging in geen geval benzine, terpentijnolie, thinner of dergelijke producten.
Smeer de ROLLER'S rolgroefvoorziening om de 40 bedrijfsuren aan de smeer-
nippel (19). Gebruik hiervoor transmissievet, art.nr. 091012.
Controleer regelmatig het peil van de hydraulische olie. Hiervoor de handma-
tige hydrauliekpomp openschroeven en met het achterste einde verticaal naar
boven houden. Het drukbegrenzingsventiel (16) openen, de oliepeilstok (20)
in het deksel van het reservoir uitschroeven, het peil controleren, indien nodig
bijvullen met hydraulische olie, art.nr. 091026. Op de markeringen aan de
oliepeilstok letten, niet overvullen!
4.2. Inspectie/reparatie
WAARSCHUWING
Vóór reparatiewerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken! Deze werk- Vóór reparatiewerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken! Deze werk- Vóór reparatiewerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken!
zaamheden mogen uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel worden
uitgevoerd.
Zie ook handleiding van de betreffende aandrijfmachine ROLLER'S King 1¼,
ROLLER'S King 2, ROLLER'S Robot.
Ten minste om de 12 maanden de hydraulische olie compleet verversen.
Hiervoor het reservoir kantelen en de gebruikte olie afl aten. De gebruikte olie
in overeenstemming met de voorschriften afvoeren.
nld
, 120125) , 120125 , 120125)