Uitsluiting Van Aansprakelijkheid; Veiligheid; Aanwijzingen En Veiligheidsvoorschriften; Veiligheid Algemeen - Wilo Easy Control MS-L 1x4kW Notice De Montage Et De Mise En Service

VEILIGHEID

voorschriften, door het daarvoor opgeleide perso-
neel verholpen worden. Het schakeltoestel mag
enkel in een technisch correcte toestand worden
gebruikt. Tijdens de overeengekomen garantie-
periode mag de reparatie van het schakeltoestel
alleen door de fabrikant en/of een geautoriseerde
servicewerkplaats worden uitgevoerd! De fabri-
kant behoudt zich hier ook het recht voor om het
beschadigde schakeltoestel door de gebruiker ter
controle naar de fabriek te laten sturen!

1.6.6. Uitsluiting van aansprakelijkheid

Voor schade aan het schakeltoestel geldt geen
garantie of aansprakelijkheid indien een of meer-
dere van de volgende punten van toepassing is/
zijn:
• verkeerde interpretatie van de fabrikant door het
verstrekken van onvoldoende en/of verkeerde
gegevens door de gebruiker resp. opdrachtgever
• het niet in acht nemen van de veiligheidsvoor-
schriften en de voorschriften en bepalingen
die volgens de Duitse en/of lokale wet en deze
gebruiks- en onderhoudsvoorschriften gelden
• niet-beoogd gebruik
• foutieve opslag en transport
• montage/demontage die in strijd is met de voor-
schriften
• slecht onderhoud
• foutieve reparatie
• slechte bouwgrond, resp. bouwwerkzaamheden
• chemische, elektrochemische en elektrische
invloeden
• slijtage
De aansprakelijkheid van de fabrikant sluit dus
ook elke aansprakelijkheid voor letsel, materiële
en/of vermogensschade uit.
2. Veiligheid
In dit hoofdstuk zijn alle algemeen geldende vei-
ligheidsvoorschriften en technische aanwijzingen
opgesomd. Bovendien staan in alle andere hoofd-
stukken specifieke veiligheidsvoorschriften en
technische aanwijzingen. Tijdens de verschillende
levensfasen (opstelling, gebruik, onderhoud,
transport, enz.) van het schakeltoestel moeten
alle voorschriften en aanwijzingen in acht worden
genomen en worden nageleefd! De gebruiker is
ervoor verantwoordelijk dat het volledige perso-
neel zich aan deze aanwijzingen en voorschriften
houdt.

2.1. Aanwijzingen en veiligheidsvoorschriften

In deze handleiding worden aanwijzingen en
veiligheidsvoorschriften gegeven ter voorkoming
van materiële schade en lichamelijk letsel. Om dit
eenduidig kenbaar te maken voor het personeel
worden de aanwijzingen en veiligheidsvoorschrif-
ten onderscheiden zoals hieronder beschreven.
2.1.1. Aanwijzingen
Een aanwijzing is dikgedrukt. Aanwijzingen be-
vatten tekst die korte aanwijzingen benadrukt, of
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Easy Control MS-L 1x4kW
die naar de voorafgaande tekst of naar bepaalde
alinea's verwijst.
2.1.2. Veiligheidsvoorschriften
Veiligheidsvoorschriften springen licht in en zijn
dikgedrukt. Ze beginnen altijd met een signaal-
woord.
Voorschriften die alleen op materiële schade wij-
zen, zijn in grijze letters gedrukt en bevatten geen
veiligheidstekens.
Voorschriften die op lichamelijk letsel wijzen, zijn
in zwarte letters gedrukt en zijn altijd voorzien
van een veiligheidsteken. Als veiligheidstekens
worden waarschuwings-, verbods- of gebodste-
kens gebruikt.
Voorbeeld:
Gevarensymbool: algemeen gevaar
Gevarensymbool, bijv. gevaarlijke elektrische
spanning
Symbool voor een verbod, bijv. verboden toe-
gang!
Symbool voor een gebod, bijv. veiligheidskle-
ding dragen
De gebruikte tekens komen overeen met de
algemeen geldende richtlijnen en voorschriften,
bijv. DIN, ANSI.
Ieder veiligheidsvoorschrift begint met een van de
volgende signaalwoorden:
• Gevaar
Gevaar voor ernstig letsel of de dood!
• Waarschuwing
Gevaar voor ernstig letsel!
• Voorzichtig
Gevaar voor letsel!
• Voorzichtig (aanwijzing zonder symbool)
Gevaar voor aanzienlijke materiële schade. Volle-
dige vernietiging is niet uitgesloten!
Veiligheidsvoorschriften beginnen met het
signaalwoord en het benoemen van het gevaar,
gevolgd door de oorzaak van het gevaar en de
mogelijke gevolgen en eindigen met een aanwij-
zing ter voorkoming van het gevaar.

2.2. Veiligheid algemeen

• Alle werkzaamheden (installatie, demonta-
ge, onderhoud), mogen uitsluitend uitgevoerd
worden als het elektriciteitsnet is uitgeschakeld.
Het schakeltoestel moet van het elektriciteitsnet
gescheiden en de stroomtoevoer tegen opnieuw
inschakelen beveiligd worden.
• De bediener moet elke storing of onregelmatig-
heid onmiddellijk aan zijn leidinggevende melden.
Nederlands
105