Husqvarna 535LK Manuel D'utilisation page 33

De geluiddemper is bedoeld om geluidsniveaus zo laag
mogelijk te houden en om de uitlaatgassen weg te
voeren van de gebruiker. Voor geluiddempers is het erg
belangrijk dat de instructies voor controle, onderhoud en
service van uw product gevolgd worden.
• Voer een visuele controle uit op beschadiging en
vervorming.
Let op:
Verwijder de geluiddemper niet van het
product.
• Zorg ervoor dat de geluiddemper correct aan het
product is bevestigd.
• Voer een visuele controle uit als de geluiddemper
op uw product uitgerust is met een vonkenscherm.
Vervang het vonkenscherm als het beschadigd is.
a) Reinig het vonkenscherm als het verstopt is.
Een verstopt gaas zal ertoe leiden dat de motor
oververhit raakt en dat kan ernstige schade
veroorzaken.
331 - 012 - 25.09.2023
b) Zorg ervoor dat het vonkenscherm correct is
bevestigd.
Brandstofveiligheid
WAARSCHUWING:
volgende waarschuwingen voordat u het
product gaat gebruiken.
• Start het product nooit wanneer u er brandstof op
hebt gemorst. Veeg alle gemorste brandstof af en
laat de resterende brandstof verdampen.
• Start het nooit product wanneer u brandstof hebt
gemorst op uzelf of op uw kleding. Trek schone
kleding aan en was uw lichaamsdelen die in contact
zijn gekomen met brandstof. Gebruik water en zeep.
• Start het product nooit als het product brandstof
lekt. Controleer de tankdop en de brandstofleidingen
regelmatig op lekkage.
• Plaats het product altijd op een vlakke ondergrond
en zorg ervoor dat de snijuitrusting niet in contact
komt met een object terwijl u brandstof bijvult.
• Wees voorzichtig bij het hanteren van brandstof.
Houd rekening met het risico van brand, explosie en
het inademen van dampen.
• Wees voorzichtig wanneer u met brandstof werkt
en zorg voor goede ventilatie. Brandstof en
brandstofdampen zijn zeer brandgevaarlijk en
kunnen leiden tot ernstig letsel bij inademing en
contact met de huid.
• Brandstof moet u buitenshuis mengen en bijvullen,
uit de buurt van vonken of vlammen.
• Rook niet of plaats geen warme voorwerpen in de
buurt van de brandstof.
• Stop de motor en laat hem vóór het tanken enkele
minuten afkoelen.
• Open de dop van de tank voorzichtig wanneer u
wilt tanken, zodat eventuele overdruk langzaam kan
ontsnappen.
• Draai de dop van de tank goed vast na het tanken.
• Maak de dop van de tank en de directe omgeving
goed schoon. Maak de omgeving rond de tankdop
schoon.
• Haal het product altijd 3 m (10 ft) of verder weg
van de tankplaats en brandstofopslagplaats voordat
u het start.
Lees de
33