Gegevens Betreffende Het Product; Belangrijke Adviezen Voor Het Gebruik; Functiebeschrijving/Regelstrategieën; Seriële Standaard Cascade - Bosch EMS 2 Notice D'installation

Masquer les pouces Voir aussi pour EMS 2:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 38

30 | Gegevens betreffende het product

– Schakel de netspanning (over alle polen) vrij en borg deze tegen
herinschakelen.
– Controleer de spanningsloosheid.
▶ Het product heeft verschillende spanningen nodig. Sluit de laagspan-
ningszijde niet aan op de netspanning en omgekeerd.
▶ Respecteer de aansluitschema's van de overige installatiedelen ook.
Overdracht aan de eigenaar
Instrueer de eigenaar bij de overdracht in de bediening en bedrijfsom-
standigheden van de cv-installatie.
▶ Leg de bediening uit – ga daarbij in het bijzonder in op alle veilig-
heidsrelevante handelingen.
▶ Wijs erop, dat ombouw of herstellingen alleen door een erkend instal-
lateur mogen worden uitgevoerd.
▶ Wijs op de noodzaak tot inspectie en onderhoud voor een veilig en
milieuvriendelijk bedrijf.
▶ Geef de installatie- en bedieningshandleidingen aan de eigenaar in
bewaring.
Schade door vorst
Wanneer de installatie niet in bedrijf is, kan deze bevriezen:
▶ Respecteer de instructies voor vorstbeveiliging.
▶ Laat de installatie altijd ingeschakeld, vanwege extra functies zoals
bijvoorbeeld warmwatervoorziening of blokkeerbeveiliging.
▶ Eventueel optredende storing direct oplossen.
2
Gegevens betreffende het product
De module is bedoeld voor het regelen van cascadesystemen. Een cas-
cadesysteem is een verwarmingssysteem, waarin meerdere warmtepro-
ducenten worden gebruikt, om een groter verwarmingsvermogen te
bereiken. Zie als voorbeeld het schakelschema op pagina 86.
• De module is bedoeld voor aansturing van de warmteproducent.
• De module is bedoeld voor het registreren van de buiten-, aanvoer-
en retourtemperatuur.
• Configuratie van het cascadesysteem met een bedieningseenheid
met BUS-interface EMS 2 / EMS plus (niet met alle bedieningseenhe-
den mogelijk).
De combinatiemogelijkheden van de module zijn te vinden in de aansluit-
schema's.
2.1

Belangrijke adviezen voor het gebruik

De module communiceert via een EMS 2/EMS plus interface met andere
EMS 2/EMS plus compatibel BUS-deelnemers.
Wanneer bij warmtebronnen met toerentalgeregelde pomp
bij de branderstart het toerental te laag is, kunnen hoge tem-
peraturen en te veel branderschakelingen optreden.
▶ Indien mogelijk, pomp op aan/uit-bedrijf met 100 %
vermogen configureren, anders minimale pompver-
mogen op de hoogst mogelijke waarde instellen.
• De module kan op bedieningseenheden met BUS-interface EMS 2/
EMS plus (Energie-Management-Systeem) worden aangesloten. Als
alternatief kan via de 0-10 V-interface op de module een externe ver-
mogens- of temperatuurvraag worden aangesloten.
• De module communiceert alleen met warmtebronnen met EMS,
EMS 2, EMS Plus en 2-draads-BUS (HTIII) (behalve warmtebronnen
uit de series GB112, GB132, GB135, GB142, GB152).
• Alleen warmteproducenten van dezelfde fabrikant in de installatie
aansluiten.
• Alleen warmteproducenten met energiedrager gas of alleen warmte-
producenten met energiedrager olie in één installatie gebruiken
(geen warmtepompen met BUS-interface EMS 2/EMS plus toege-
staan).
6 720 816 739 (2015/05)
• De installatieruimte moet voor de beschermingklasse conform de
technische gegevens van de module geschikt zijn.
• Wanneer een boiler direct op een warmteproducent is aangesloten:
– De systeemregelaar of de 0-10 V regelaar geeft geen informatie
over het warmwatersysteem aan en heeft geen invloed op de
warmwaterbereiding.
– Geadviseerd wordt, bij directe warmwaterbereiding een boiler
kleiner dan 400 l te gebruiken.
– Warm water inclusief de thermische desinfectie wordt direct door
de warmteproducent gestuurd.
– Thermische desinfectie moet eventueel handmatig worden be-
waakt. Handleiding van de warmteproducent.
– Wanneer de bewaking van de thermische desinfectie aan de
warmteproducent niet mogelijk is, geen boiler direct op de warm-
teproducent aansluiten.
2.2
Functiebeschrijving/regelstrategieën
2.2.1
Seriële standaard cascade
De aangesloten warmteproducenten/modules worden conform de be-
drading in- of uitgeschakeld.
Bijvoorbeeld de warmteproducent op aansluitklem BUS1 wordt als eer-
ste, de warmteproducent op aansluitklem BUS2 als tweede enzovoort
bijgeschakeld.
Wanneer de warmteproducenten worden uitgeschakeld, is de volgorde
omgekeerd. De warmteproducent, die als laatste werd ingeschakeld,
wordt als eerste weer uitgeschakeld.
De regeling houdt er daarbij rekening mee, dat het vermogen bij het in-
of uitschakelen van een warmteproducent sprongsgewijs toe- of af-
neemt.
2.2.2
Seriële geoptimaliseerde cascade
Doel van deze regelstrategie is de warmteproducenten met zo gelijk mo-
gelijke branderlooptijden te gebruiken.
De aangesloten warmteproducenten/modules worden conform de bran-
derlooptijd in- of uitgeschakeld. De branderlooptijden worden elke
24 uur vergeleken en de volgorde wordt dan opnieuw bepaald.
De warmteproducent met de kortste branderlooptijd wordt als eerste,
die met de langste branderlooptijd als laatste, ingeschakeld.
Wanneer de warmteproducenten worden uitgeschakeld, is de volgorde
omgekeerd. De warmteproducent, die als laatste werd ingeschakeld,
wordt als eerste weer uitgeschakeld.
De regeling houdt er daarbij rekening mee, dat het vermogen bij het in-
of uitschakelen van een warmteproducent sprongsgewijs toe- of af-
neemt.
2.2.3
Seriële cascade met pieklastafdekking
Deze regelstrategie is zinvol, wanneer de warmtevraag over langere ter-
mijn gelijkmatig is (basisbelasting) maar kortstondig hoger is (piekbelas-
ting).
De warmteproducenten op de aansluitklemmen BUS1 en BUS2 dekken
daarbij de basisbelasting af. De warmteproducenten op de aansluit-
klemmen BUS3 en BUS4 worden bijgeschakeld, om de energiebehoefte
bij piekbelasting af te dekken.
De warmteproducenten op de aansluitklemmen BUS3 en BUS4 worden
bijgeschakeld, wanneer de gevraagde aanvoertemperatuur tot boven
een instelbare grenswaarde toeneemt of wanneer de buitentemperatuur
een instelbare grenswaarde onderschrijdt.
Wanneer de warmteproducenten worden uitgeschakeld, is de volgorde
omgekeerd. De warmteproducent, die als laatste werd ingeschakeld,
wordt als eerste weer uitgeschakeld.
De regeling houdt er daarbij rekening mee, dat het vermogen bij het in-
of uitschakelen van een warmteproducent sprongsgewijs toe- of af-
neemt.
MC 400

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Ems plusEmsMc 400

Table des Matières