Beurer BG 20 Mode D'emploi page 28

Geachte klant,
Het verheugt ons dat u hebt gekozen voor een product uit ons gamma. Onze naam staat voor hoogwaardige
en grondig gecontroleerde kwaliteitsproducten die te maken hebben met warmte, zachte therapie, bloed-
druk/diagnose, gewicht, massage en lucht. Neem deze gebruikshandleiding aandachtig door, en neem alle
aanwijzingen in acht.
Met vriendelijke groeten,
Uw Beurer-team
Wetenswaardigheden
Het meetprincipe van de lichaamsvocht-/lichaamsvetweegschaal
De lichaamsvocht-/lichaamsvetweegschaal bepaalt het lichaamsvocht en lichaamsvet door
middel van het principe van de BIA, of bioelektrische impedantieanalyse. Daarbij wordt binnen
enkele seconden door een onmerkbare, verwaarloosbaar kleine en ongevaarlijke stroomp een
bepaling van lichaamsweefseldelen uitgevoerd. Met deze meting van de elektrische weerstand
(impedantie) is het mogelijk om het lichaamsvetgehalte en ook het lichaamsvochtgehalte te
bepalen. Spierweefsel en water bezitten een goede elektrische geleiding en dus een geringe
weerstand. Vetweefsel daarentegen bezit een slechte geleiding aangezien de vetcellen vanwe-
ge hun zeer hoge weerstand amper stroom doorlaten.
Correct wegen
Indien mogelijk, dient u zichzelf op dezelfde tijd elke dag te wegen (het beste `s morgens) nadat
u naar het toilet geweest ben, nuchter en zonder kleding om vergelijkbare resultaten te krijgen.
Slechts de langdurige trend telt. Kortstondige gewichtsschommelingen binnen een paar dagen
worden slechts veroorzaakt door vochtverlies. Lichaamsvocht vervult een belangrijke rol voor
hoe goed men zich voelt.
De interpretatie van de uitkomsten wordt gebaseerd op de veranderingen van het
1. Totaalgewicht
2. Procentuele vetgehalte
3. Procentuele vochtgehalte
en op de tijdsduur waarbinnen zich de veranderingen voordoen. Snelle veranderingen binnen
een tijdsbestek van enige dagen dienen te worden onderscheiden van veranderingen op de mid-
dellange termijn (binnen een aantal weken) en van veranderingen op de lange termijn (maan-
den).
Als grondregel kan gelden dat KORTSTONDIGE veranderingen in het gewicht wel haast uitslui-
tend te maken hebben met veranderingen van het vochtgehalte terwijl veranderingen op de
middellange en lange termijn OOK met het vetgehalte te maken kunnen hebben.
• Als het gewicht op de korte termijn daalt, en het lichaamsvetgehalte stijgt, of gelijk blijft, dan
heeft u slechts vocht verloren – bijv. na een training, in de sauna, of door een dieet dat slechts
gericht is op snel gewichtsverlies.
• Als het gewicht in de middellange termijn stijgt en het lichaamsvetgehalte daalt of gelijk blijft,
dan kunt u daarentegen spiermassa hebben opgebouwd of er kan sprake zijn van een toena-
me van lichaamsvocht (bijv. ten gevolge van het innemen van medicijnen of een zwakker wor-
dende hartfunctie bij ouderen).
• Indien het gewicht en het lichaamsvetgehalte gelijktijdig afnemen functioneert het dieet: u
verliest vetmassa.
Veranderingen op de middellange termijn van het lichaamsvochtgehalte kan ook veroorzaakt
worden door veranderingen van de spiermassa.
NETHERLANDS
28