IKRA GBFI 125 Manuel D'utilisation page 77

BRANDSTOF
Gebruik voor een optimaal resultaat loodvrije brandstof,
vermengd met speciale 2-takt-motorolie (40:1). Houdt u
aan het mengvoorschrift.
OPGELET: Gebruik nooit onvermengde brandstof
zonder olie. De motor wordt daardoor beschadigd en u
verliest uw recht op garantie voor dit product. Gebruik geen
brandstofmengsel dat langer dan 90 dagen bewaard is.
OPGELET: Gebruik alleen een hoogwaardige 2-takt-
mengolie voor luchtgekoelde motoren, mengverhouding
40:1.
BRANDSTOFMENGING
Meng de brandstof met 2-takt-olie in een goedgekeurde
tank. Leid uit de mengtabel af, wat de mengverhouding
van brandstof en olie is. Schud de tank om alles goed
te mengen.
Tabel voor brandstofmenging
Benzine
1 liter
5 liter
OPGELET: Bij een verkeerde mengverhouding
verliest u uw recht op garantie.
LET OP: De tank steeds goed afsluiten.
LET OP: Direct alle eventueel op de machine of
op de bodem gemorste mengselresten verwijderen
en de motor zo lang niet starten, tot alle benzine-
dampen verdampt zijn.
STARTPROCES
Koude start (afb. 7 en 8)
LET OP: De motor mag pas gestart worden,
wanneer deze minstens 3 m van de brandstofvulplek
verwijderd is.
Voor het starten van de motor:
- de machine stabiel op de bodem zetten.
- De mesbescherming verwijderen (indien gemonteerd).
- Ervoor zorgen, dat het mes (indien aanwezig) de bo-
dem of andere voorwerpen niet raakt.
1. Zet de contactschakelaar in positie "START".
2. Schuif de startkleppen naar positie "OFF"
3. Druk 4 keer op de brandstofpomp (6).
4. Druk de gashandelblokkade (3) en de gashendel (2).
Druk de gashandel (2) in en op halfgas blokkeren
door de blokkeerknop (7) te bedienen. Gashandel
loslaten.
5. Houd het apparaat stevig bij de greep vast. Trek 2-3
keer aan de startkabel (afb. 8) om de motor te starten
- een gelijkmatige, snelle ruk geeft het beste resultaat.
6. Schuif de startkleppen naar positie "ON"
nogmaals aan de startkabel tot de motor start.
2-taktolie
25 ml
125 ml
.
en trek
7. Kort gas geven om de gashandel (2) uit de halfgas
stand te halen en de motor stationair laten draaien.
8. Laat de motor zo'n 10 seconden vrij warmlopen.
9. Mocht de motor niet starten, herhaal dan de stappen
1 t/m 8.
TIP: Start de motor na herhaalde pogingen niet, handel dan
op de wijze zoals dat in het hoofdstuk „fouten verhelpen"
beschreven staat.
TIP: Trek de startkabel er altijd recht uit. Wanneer u de
startkabel er schuin uit trekt, schuurt de kabel langs het
oog. Deze wrijving veroorzaakt splijting van het draad en
daardoor meer slijtage. Houd de starthandgreep altijd vast,
wanneer de kabel teruggetrokken wordt. Let er goed op
dat de kabel niet terugschiet wanneer hij uitgetrokken is,
dan zou de kabel kunnen vasthaken en/of zou dit schade
aan de starterbehuizing kunnen veroorzaken.
STARTEN BIJ WARME MOTOR
CHOKE NIET GEBRUIKEN!
Als de brandstoftank leeg was, herhaalt u na het bijtanken
de stappen 1, 5 t/m 7 onder Starten by koude motor.
MOTORGEBRUIK (afb. 7)
Het toerental van de snij-inrichting wordt door de gas-
hendel (2) op de rechter greep(4a) van de dubbele greep
gestuurd.
Het bedienen ervan is alleen mogelijk, wanneer de Ver-
grendelingshendel (3) tegelijkertijd bediend wordt.
De beweging wordt door de motor op de aandrijfas
overgebracht, en wel via een stroomkrachtkoppeling,
waarmee de beweging van de as voorkomen wordt,
zolang de motor stationair loopt.
LET OP: Gebruik de machine niet, wanneer de
snij-inrichting stationair loopt; in dat geval moet de
dealer geraadpleegd worden.
De correct werksnelheid wordt bereijkt, wanneer de gas-
hendel (2) tot de aanslag gedraaid wordt.
BELANGRIJK: Gedurende de eerste 6-8 uur gebruik
van de machine, de motor niet met het hoogste toerental
gebruiken.
MOTOR UITZETTEN (afb. 7)
Laat de gashendel los en laat de motor vrij draaien. Zet de
contactschakelaar in de positie "Stop". De motor slaat af.
Noodprocedure: Mocht het nodig zijn het apparaat
onmiddellijk te stoppen, zet de schakelaar dan op STOP.
BEDIENINGSAANWIJZINGEN
GEBRUIK VAN DE DRAAGRIEM (afb. 9)
LET OP: Bij gebruik van de machine moeten
de correct aangebrachte draagriemen er altijd inge-
hangen worden. De werking van het snelstarten voor
het snel scheiden van de machine van de riemen bij
gevaar moet regelmatig gecontroleerd worden.
De draagriem moet aangelegd worden, voordat de ma-
chine aan de betreffende haak gehangen wordt en de
NL-9