Terumo Pinnacle Destination Mode D'emploi page 37

• Vooraleer de interventionele / diagnostische hulpmiddelen te
verwijderen of terug in te brengen, aspireer eerst het bloed uit
de driewegkraan om eventueel de in of op de tip van de schacht
aanwezige fibrine-afzettingen te verwijderen.
• Wees bij punctie, hechting of incisie van het weefsel in de
nabijheid van de schacht voorzichtig om de schacht niet te
beschadigen. Zet geen klem op de schacht en bind deze niet
met een draad af.
• Wanneer een ballon opgeblazen wordt aan of dichtbij de tip
van de schacht, zorg er dan voor dat deze niet in het distale
einde van de schacht wordt opgeblazen (afb. 6). De radio-opake
merker bevindt zich proximaal op ongeveer 5 mm van de tip
(afb. 1) en duidt daardoor niet de werkelijke distale tip van de
schacht aan.
8. De zijslang kan ook gebruikt worden als continu infuuspunt door
een infuusleiding aan de driewegkraan aan te sluiten.
9. Zorg er voor de schacht altijd op zijn plaats te houden als een
interventioneel / diagnostisch hulpmiddel via de schacht wordt
ingebracht, gemanipuleerd of teruggetrokken.
Afb. 6
OPGELET
• Plaats geen hechting op de schachtslang, dit kan de toegang
tot of de stroming door de schacht belemmeren.
• Gebruik geen injectiesysteem onder druk door de zijslang en de
driewegkraan. Overmatige lekkage kan optreden via de CCV-klep
met hoge/snelle stroominjecties zoals een contrastinjectie om
een volledig beeld van de aortaboog te krijgen.
10. Verwijder alle instrumenten na het afronden van de bedoelde
procedure.
BEWARING
Vermijd extreme temperaturen en luchtvochtigheid tijdens het
bewaren. Vermijd direct zonlicht.
Goed
Fout
37