B) Sensordirecte besturing :
Bij de „Sensordirecte besturing" wordt de
besproeiing uitsluitend naargelang bodemvoch
tigheid tussen 20 en 6 uur uitgevoerd, wanneer
de sensor droog (dry) meldt. Daarbij kunnen
1 of 2 bodemvochtigheidssensors worden aan
gesloten.
C) Manuele besproeiing:
Bij de "Manuele besproeiing" begint de
besproeiing direct na het indrukken van
Man. + OK ongeacht de sensorstand.
Besproeiingsprogramma invoeren:
A) Tijdgestuurde besproeiing:
1. Programma voor ventiel 1 ( ï V1) of ventiel 2
(V2 ð ) met de ▼▲toetsen (V1 / V2) selecte
ren (niet mogelijk wanneer tevoren de actuele tijd
en de weekdag werden ingevoerd).
2. [ Afb. P5 ]: Menutoets 2 maal indrukken
[Level 3] (niet nodig als tevoren de actuele tijd
en de weekdag ingegeven zijn).
Start Prog en de urenweergave knipperen op
het display.
3. [ Afb. P6 ]: Besproeiingsstarttijduren met de
▼▲toetsen instellen (bijv.
toets bevestigen.
Start Prog en de minutenweergave knipperen
op het display.
4. [ Afb. P7 ]: Besproeiingsstarttijdminuten met
de ▼▲toetsen instellen (bijv.
met de OKtoets bevestigen.
Run Time en de uren van de besproeiingsduur
knipperen in het display.
5. [ Afb. P8 ]: Uren van de besproeiingsduur met
de ▼▲toetsen instellen (bijv.
OKtoets bevestigen.
Run Time en de minuten van de besproeiings-
duur knipperen in het display.
6. [ Afb. P9 ]: Minuten van de besproeiingsduur
met de ▼▲toetsen instellen (bijv.
en met de OKtoets bevestigen.
Besproeiingscyclus knippert in het display.
De besproeiingsfrequentie kan geselecteerd
worden via:
• de (7.) besproeiingscyclus (rechter kolom op
de display)
– of –
• de (8.) besproeiingsdagen (linker kolom op de
display).
7. [ Afb. P10 ]: Besproeiingscyclus via de
▼▲toetsen kiezen (bijv. 2nd ) en met de
OKtoets bevestigen.
8. [ Afb. P11 ]: Besproeiingsdagen telkens
Wanneer de volgende dag geen besproei
ingsdag is, wordt maar tot 0 uur besproeid.
(b. v. besproeiingsdagen = maandag, dinsdag,
vrijdag; starttijd = 23 uur; besproeiingsduur = 2 h.
Op maandag wordt van 23 uur tot dinsdag
1 uur besproeid. Op dinsdag en vrijdag wordt
van 23 uur tot 0 uur besproeid.)
Besproeiingsprogramma activeren /
deactiveren [ afb. P12 ]:
Om ervoor te zorgen dat het besproeiings
uur) en met de OK
programma uitgevoerd wordt, moet voor de
6 6
activering Prog
Bij Prog
gedeactiveerd. Prog
afzonderlijk worden geselecteerd.
Ook bij Prog
minuten) en
20 20
1. Ventiel 1 ( ï V1) of ventiel 2 (V2 ð ) met
uur) en met de
0 0
2. Menutoets 5 keer indrukken [Level 6]
minuten)
10 10
3. Prog
Prog
besturing is nu voltooid, d. w. z. het ingebouwde
ventiel opent / sluit volautomatisch en besproeit dus
op het geprogrammeerde tijdstip.
B) Sensordirecte besturing :
Vereiste : minstens één GARDENA bodemvoch
tigheidssensor is aangesloten (zie 3. INGEBRUIK
NAME). Besproeiing 's nachts (20 – 6 uur), wan
8h / 12h / 24h: Besproeiing om de 8 / 12 / 24 uur
2nd / 3rd / 7th: Besproeiing elke 2e / 3e / 7e dag)
De display springt naar het weergave-level om
het besproeiingsprogramma te activeren.
– of –
via de ▼▲toetsen kiezen (bijv. Mo, Fr
maandag en vrijdag) en met de OKtoets
bevestigen. Menutoets indrukken.
De display springt naar de weergave
"Besproeiingsprogramma activeren /
deactiveren" [Level 6].
geselecteerd zijn.
ON ON
wordt de automatische besproeiing
OFF
OFF
/
ON ON
OFF
OFF
kan manueel worden besproeid.
OFF
OFF
de ▼▲toetsen (V1 / V2) selecteren (wanneer
tevoren een programma werd ingesteld, kan
het ventiel niet geselecteerd worden, daar het
programma automatisch het betreffende ventiel
selecteert).
(niet nodig wanneer tevoren een programma
werd ingevoerd).
of Prog
met de ▼▲toetsen
ON ON
OFF
OFF
selecteren en met de OKtoets bevestigen.
Nu wordt 2 sec. Prog
weergegeven, daarna
OK OK
springt de display naar de normale weergave
[Level 1].
: De programmering van de besproeiings
ON ON
kan voor elk ventiel
35