Storingen, Oorzaken En Oplossing - Wilo -Jet-WJ Notice De Montage Et De Mise En Service

8. Storingen, oorzaken en oplossing

Storingen
Pomp start niet
Motor oververhit
Thermische beveiligings- schakelaar is
geactiveerd
Pomp draait, maar verpompt weinig of
niets
Pomp trilt
Een verstopping van de pomp kan in de meeste
gevallen worden verholpen door eerst de zuigs-
lang te verwijderen en dan de pomp via de ande-
re zijde te spoelen. Tijdens het doorspoelen van
de pomp enige malen 2 seconden inschakelen.
Indien een storing niet kan worden opgelost,
dient u zich te wenden tot uw installateur,
servicedienst van Wilo of vertegenwoordiging.
WILO SE 09/2009
Oorzaken
Onderbreking in de stroomtoevoer,
kortsluiting, isolatiefout in de motorwik-
keling
Pomp is door externe invloeden geblok-
keerd (1)
De motorbeveiligingsschakelaar heeft de
pomp uitgeschakeld (1 ~ -Motor)
Te lage bedrijfsspanning
Pomp is door externe invloeden geblok-
keerd
Omgevingstemperatuur hoger dan
+40 °C
Opstellingsplaats gelijk of hoger dan
> 1000 m boven zeeniveau
Thermische beveiligingsschakelaar is
verkeerd ingesteld. (3 ~ -Motor)
Spanning is te laag
Een fase onderbroken
Thermische beveiligingsschakelaar
defect
Motor defect
Pomp is door externe invloeden geblok-
keerd
Pomp is leeggelopen
Lucht in de zuigleiding
Zuigleiding verstopt
Verkeerde draairichting (3 ~ -Motor)
Bevestigingsschroeven zitten los
Pomp is door externe invloeden geblok-
keerd
Elektrische aansluiting niet goed
Oplossing
Netspanning controleren, kabel en motor
door de vakman laten controleren
– installatie spanningsvrij schakelen en
tegen onbevoegd inschakelen beveiligen
– Afsluiter achter de pomp sluiten
– Verontreinigingen uit de pomp verwij-
deren
Pomp/motor laten afkoelen
Spanning op de aansluitklemmen con-
troleren.Moet binnen ± 6 % (50/60 Hz),
van de Nom. spanning liggen
(zie 1)
De motor is uitgelegd voor een max. toe-
laatbare omgevingstemperatuur van
+40 °C. Installatieruimte beter ventileren
De motor is voor een bedrijfsniveau van
max. ≤ 1000 m boven zeeniveau uitgelegd.
op de Nom. stroomwaarde (I-Nom.)
instellen.
Controleren of de kabel\draaddoorsnede
toereikend is
Fasen controleren en indien noodzakelijk-
kabel vervangen
vervangen
vervangen
(zie 1)
Pomp vullen
De gehele toeloopleiding tot aan de
pomp op dichtheid controleren en dicht
maken
Zuigleiding schoonmaken
2 fasen van de netaansluiting wisselen
Alle bevestigingsschroeven controleren
en vastdraaien
(zie 1)
Elektrische aansluiting controleren
Nederlands
19