Haberkorn Uni 5; Haberkorn Uni 6; Aanpassing En Afstelling Van Haberkorn Positioneringsgordels, Vanggordels En Zitgordels - A.HABERKORN UNI-5 Mode D'emploi Et Manuel D'essai

Harnais antichute
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Bij een werkduur van meer dan 4 uur moet naast de vanggordel een werkzitje met lendensteun en een mogelijkheid voor de
ontlasting van de benen gebruikt worden.

6.2 Haberkorn UNI 5:

Vanggordel met een positioneringsgordel volgens EN358 en een geïntegreerde zitgordel volgens EN813, een bevestigingsring op
de rug en op de borst, twee bevestigingsringen aan de heupgordel (rechts en links) en een bevestigingsring midden achter aan de
heupgordel.
Altijd beide lussen aan het voorste bevestigingspunt van textiel op de borst bevestigen.
Ook altijd beide lussen aan de voorste, middelste en bevestigingsringen van textiel aan de heupgordel
bevestigen.
Ter oriëntering de vanggordel met de bevestigingsring aan de rug optillen. Voor gemakkelijker aantrekken van de vanggordel de
borstsluiting, de sluiting van de heupgordel en de beensluitingen openen. (zie ook punt 6.4)
De vanggordel als een jas aantrekken.
De borstsluiting sluiten. De sluiting van de heupgordel sluiten. De beensluitingen sluiten.
Met de afstelmogelijkheid aan de sluitingen de vanggordel afstellen op de lichaamsgrootte. (zie ook punt 6.4)

6.3 Haberkorn UNI 6:

Vanggordel met een positioneringsgordel volgens EN358 en een geïntegreerde zitgordel volgens EN813, een bevestigingsring op
de rug en op de borst, twee bevestigingsringen aan de heupgordel (rechts en links) en een bevestigingsring midden achter aan de
heupgordel.
Altijd beide lussen aan het voorste bevestigingspunt van textiel op de borst bevestigen.
Ook altijd beide lussen aan de voorste, middelste en bevestigingsringen van textiel aan de heupgordel
bevestigen.
Ter oriëntering de vanggordel met de bevestigingsring aan de rug optillen. Voor gemakkelijker aantrekken van de vanggordel de
borstsluiting, de sluiting van de heupgordel en de beensluitingen openen. (zie ook punt 6.4)
De vanggordel als een jas aantrekken.
De borstsluiting sluiten. De sluiting van de heupgordel sluiten. De beensluitingen sluiten.
Met de afstelmogelijkheid aan de sluitingen de vanggordel afstellen op de lichaamsgrootte. (zie ook punt 6.4)
6.4 Aanpassing en afstelling van Haberkorn positioneringsgordels, vanggordels en
zitgordels
Voor het eerste gebruik moet het draagcomfort en de afstelling worden uitgevoerd in een veilig gebied op een veilige plek. Hierbij
moet men ervoor zorgen dat de opvang-, positionerings- en zitgordel de juiste grootte en voldoende afstelmogelijkheden heeft en
voldoende comfort biedt voor de geplande werkzaamheden.
Het is van wezenlijk belang voor de veiligheid van de gebruiker dat de bevestigingsgordel, vanggordel en de zitgordel correct zijn
afgesteld op de grootte van de gebruiker. Een bevestigingsgordel, vanggordel of zitgordel moet strak tegen het lichaam aan liggen,
maar mag de bewegingsvrijheid niet beperken en mag geen druk uitoefenen op lichaamsdelen. Een vanggordel zonder zitgordel
moet anders worden afgesteld dan een vanggordel in een systeem voor toegang met behulp van touwen, Bij vanggordels in
valstopsystemen is een strakkere aanpassing aan het lichaam nodig omdat bij een val de vanggordel verschuift op het lichaam. Bij
vanggordels in een systeem voor door touw ondersteunde toegang dient men meer op comfort te letten omdat de gebruiker hierbij
in het systeem leunt of zit.
Een vanggordel met een bevestigingspunt achter op de rug moet zo worden ingesteld dat het bevestigingspunt ter hoogte van de
schouderbladen ligt. Een vanggordel met aan extra bevestigingspunt op de borst moet zo worden afgesteld dat het achterste
bevestigingspunt tussen de schouderbladen ligt en het voorste bevestigingspunt aan de onderkant van het borstbeen. Men moet er
ook op letten dat een volledig aangetrokken vanggordel symmetrisch tegen het lichaam aan zit, alle losse gordelbanden worden
aangetrokken en er geen gordelbanden en/of onderdelen gedraaid zitten.
Doorvoergesp:
Door aan de losse gordelband te trekken wordt de afstelafstand ingekort.
Door het optillen van de onderste doorvoergesp en het gelijktijdig trekken kan de afstelafstand worden vergroot.
Snelsluitgesp:
Door het indrukken van de drukknop kan de snelsluitgesp geopend worden.
Door aan de losse gordelband te trekken wordt de afstelafstand ingekort.
Door de gesp op te tillen en tegelijkertijd naar binnen te draaien en te trekken wordt de verstelafstand vergroot.
Voor eenvoudige en gemakkelijke handhaving van de afstelmogelijkheden aan de snelsluitgesp wordt geadviseerd om:
1.
de snelsluitgesp te openen
2.
de gewenste grootte instellen
3.
de snelsluitgesp weer sluiten en de pasvorm controleren
4.
eventueel opnieuw afstellen.
23

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Uni-6

Table des Matières