Keuze Luchtuitlaten - Mitsubishi Electric City Multi PFFY-P VKM-E Seire Manuel D'installation

8. Proefdraaien

9. Keuze luchtuitlaten

SW5
220V 240V
SW1
ON
OFF
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
SW11
SW12
(10ths DIGIT) (1s DIGIT)
Fig. 9-1
Opmerking:
Note:
Let erop dat de netspanning uit staat als u omschakelt.
Be sure to operate with the main power turned off.
Beschrijving van de werking
Description of operation
Bedrijf
Operation
Luchtstroom Air flow
Bovenste en onderste luchtstroom Upper and lower air flow
De temperatuur van de
Room temperature and
ruimte en de ingestelde
Omstandigheden
Conditions set temperature are dif-
temperatuur verschillen
ferent.
van elkaar.
Zorg ervoor dat het gedeelte rond de instelklep van de onderste luchtuitlaat vrij van voorwerpen is.
• Be sure to keep the area around the damper of the lower air outlet free of any objects.
CN43
SWC
CN82
SW14
SWC
. /
.
(BRANCH No.)
SWC
SWC
KOELEN
COOL
Alleen bovenste luchtstroom
Bovenste luchtstroom Upper air flow Upper air flow only
Kamertemperatuur
Room temperature is
is dicht bij ingestelde
close to set temperature
temperatuur of
or thermo-off.
thermostaat uit.
Display
Werkelijk
Actual
• De luchtrichting voor de demper van de onderste luchtuitlaat is niet in te
stellen. Deze luchtrichting wordt per computer automatisch geregeld.
Met deze functie kunt u de lucht tegelijkertijd uit de bovenste en onderste
luchtuitlaat laten komen zodat de ruimte effectief gekoeld of verwarmd wordt. U
stelt de functie in met de schakelaar SWC op de adressenplaat.
Instelling om de lucht zowel uit de bovenste als de onderste
luchtuitlaten te blazen:
Zet schakelaar SWC in de benedenstand (" "). (fabrieksinstelling)
►
De lucht blaast automatisch uit de bovenste en onderste luchtuitlaten, zoals
getoond in de onderstaande tabel.
Instelling om alleen lucht uit de bovenste luchtuitlaat te laten
stromen:
Zet schakelaar SWC in de bovenstand ("
►
DROGEN VERWARMEN
DRY
Bovenste en onderste luchtstroom Upper and lower air flow
(Normale situatie (bij
(Normal condition (in
—
verwarmen))
heating))
1 2 3 4
( H r o z i ) .
1 2 3 4
(Horiz.)
").
VENTILEREN
H E A T
Bovenste luchtstroom Upper air flow Bovenste en onderste luchtstroom
Upper and lower air flow
Tijdens ontdooien,
During defrosting op-
opstarten of
eration, start of opera-
thermostaat uit.
tion, thermo-off
S w n i g
Swing
F A N
—
33