4 Bediening
OPGELET: Draai de timer altijd
terug naar de nulpositie wanneer
u de etenswaren uit de magnetron
verwijdert voor het einde van de
A
ingestelde bereidingstijd of wanneer
de magnetron niet wordt gebruikt.
Om de magnetron te stoppen tijdens
de bereiding drukt u op de ontgren-
delingstoets van de deur of opent u
de deur bij het handvat.
5 Reinigen en onderhoud
5.1 Reiniging
WAARSCHUWING: Gebruik nooit
A
benzine, oplosmiddelen of schuur-
middelen, metalen voorwerpen of
harde borstels om het apparaat
schoon te maken.
B
WAARSCHUWING: Dompel het ap-
paraat nooit in water of een andere
vloeistof.
1. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact.
2. Laat het apparaat volledig afkoelen.
3. Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg
gespat voedsel of gemorste vloeistof die aan de
wanden van de oven plakken af met een vochti-
ge doek. Als de oven erg vuil wordt, kunt u een
mild schoonmaakmiddel gebruiken. Voorkom
het gebruik van sprays en andere bijtende
schoonmaakmiddelen. Deze kunnen vlekken,
sporen en matheid op het deuroppervlak ver-
oorzaken.
4. De buitenkant van de oven moet worden gerei-
nigd met een vochtige doek. Laat geen water in
de ventilatieopeningen lopen om te voorkomen
dat de werkende delen van de oven beschadigd
raken.
Magnetronoven / Gebruikershandleiding
5. Veeg beide zijden van de deur en het glas, deur-
rubbers en delen dichtbij de rubbers regelma-
tig met een vochtige doek om de gemorste en
gespatte vlekken te verwijderen. Gebruik geen
schurende schoonmaakmiddelen.
6. Er wordt geen stoomreiniger gebruikt.
7. Laat het bedieningspaneel niet nat worden.
Reinig met een vochtige, zachte doek. Laat de
deur van de oven open om te voorkomen dat de
oven per ongeluk in werking treedt tijdens het
schoonmaken van het bedieningspaneel.
8. Veeg eventueel ontstane stoom in en om de
ovendeur af met een zachte doek. Dit kan voor-
komen als de magnetron wordt gebruikt onder
omstandigheden met een hoge luchtvochtig-
heid. Dit is normaal.
9. In sommige gevallen moet u de glazen schaal
verwijderen om deze te reinigen. Was de schaal
met warm sop of in de vaatwasmachine.
10. De rolring en bodem van de oven moeten
regelmatig worden gereinigd om overmatig
lawaai te voorkomen. Het is voldoende om de
bodem van de oven te reinigen met een mild
schoonmaakmiddel. De rolring kan worden
gewassen met sop of in de vaatwasmachine.
Als u de rolring uit de bodem van de oven
verwijderd om deze te reinigen, zorg er dan
voor dat u deze op de juiste positie terugplaatst.
167 / NL