Eurochron EC-4406126 Notice D'emploi page 58

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Als de ledindicator (J) niet brandt of continu brandt, controleer dan of de batterijen met de juiste polariteit
zijn geplaatst. Het plaatsen van de batterijen met de verkeerde polariteit kan de buitensensor permanent
beschadigen.
Het is mogelijk om het weerstation en/of de buitensensor te gebruiken met oplaadbare batterijen. Door de
lagere spanning (batterij = 1,5 V, oplaadbare batterij = 1,2 V) zal de bedrijfstijd en het weergavecontrast
echter aanzienlijk afnemen. Bovendien zijn oplaadbare batterijen zeer temperatuurgevoelig, wat de wer-
kingstijd van de buitensensor bij lage omgevingstemperaturen nog verder verkort. Wij raden daarom aan
alleen hoogwaardige alkalinebatterijen te gebruiken voor zowel het weerstation als de buitensensor en
geen oplaadbare batterijen.
Bij gebruik van de buitensensor in een kouder klimaat moeten niet-oplaadbare lithiumbatterijen worden
gebruikt, omdat deze minder gevoelig zijn voor koude. Onder normale klimatologische omstandigheden
zijn alkalinebatterijen echter voldoende.
De batterij in het weerstation plaatsen
2
• Open het batterijvakdeksel (23) aan de achterkant van het weerstation.
• Plaats een CR2032-batterij (meegeleverd) in het batterijvak en let op de juiste polariteit (plus/+ en min/-).
Het gebruik van de back-upbatterij zorgt ervoor dat er een back-up kan worden gemaakt van de gegevens,
zelfs als er geen stroomvoorziening is van de netvoedingsadapter. De batterij van het weerstation wordt
gebruikt om verschillende functies te voeden wanneer de netvoedingsadapter niet is aangesloten. Zo wor-
den bijvoorbeeld de tijd en datum, de maximale en minimale temperatuurwaarden en de weergegevens
van een of meer sensorkanalen van de afgelopen 24 uur in het interne geheugen opgeslagen. Alarmin-
stellingen, offsets van weerdata en kanaalinformatie van de sensors worden ook door de batterijvoeding in
stand gehouden. Routerinformatie en weerserverinstellingen worden opgeslagen in het geheugen van het
apparaat.
58
• Open het batterijvakdeksel (L) aan de bovenzijde van de buishouder
(H) van de buitensensor. Draai hiervoor de enkele schroef van
het batterijvakdeksel los en draai de schroef met een geschikte
schroevendraaier los.
• Plaats drie AA/mignon-batterijen (batterijen zijn niet bij de levering
inbegrepen) met de juiste polariteit in het batterijvakje (let op plus/+
en min/-).
• Na het plaatsen van de batterijen zal de ledindicator (J) beginnen
te knipperen. De ledindicator knippert daarna om de 12 seconden.
Het draadloze signaal voor de windgegevens wordt om de 12
seconden uitgezonden. De overdracht van nieuwe temperatuur-,
vochtigheids- en neerslagdata gebeurt na elke 24 seconden.
• Als de ledindicator (J) niet oplicht, controleer dan of de batterijen
functioneren en correct zijn geplaatst.
• Sluit het batterijvakdeksel weer. Zorg ervoor dat de afdichtring correct
is geplaatst. Dit is nodig om het batterijcompartiment waterdicht te
maken, anders kan er vocht in de sensor komen.
• Schroef het batterijcompartiment weer dicht.

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières