Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
9
Selecteer dit apparaat op het BLUETOOTH-
toestel om de BLUETOOTH-verbinding te
activeren.
of
licht op wanneer de verbinding tot
stand is gebracht.
Opmerkingen
• Het apparaat kan slechts met één BLUETOOTH-apparaat
tegelijk verbonden worden.
• Om de BLUETOOTH-verbinding te verbreken, schakelt u de
verbinding van het apparaat of het BLUETOOTH-apparaat
uit.
Verbinding maken met een gekoppeld
BLUETOOTH-toestel
Om een gekoppeld toestel te kunnen gebruiken,
moet het verbonden zijn met dit apparaat.
Sommige gekoppelde toestellen worden
automatisch verbonden.
1
Druk op HOME en raak vervolgens
[Instellingen] aan.
2
Raak
aan.
3
Raak [Bluetooth-verbinding] en vervolgens
[AAN] aan.
Controleer of
oplicht op de statusbalk van het
apparaat.
4
Activeer de BLUETOOTH-functie op het
BLUETOOTH-toestel.
5
Bedien het BLUETOOTH-toestel om
verbinding te maken met dit apparaat.
of
licht op op de statusbalk.
Verbinding maken met het laatste verbonden
toestel vanaf dit apparaat
Wanneer het contact wordt ingeschakeld terwijl het
BLUETOOTH-signaal geactiveerd is, zoekt dit
apparaat naar het BLUETOOTH-toestel waarmee als
laatste verbinding werd gemaakt, en wordt de
verbinding automatisch tot stand gebracht.
Opmerking
Tijdens het streamen van BLUETOOTH-audio is het niet
mogelijk om vanaf dit apparaat een verbinding tot stand
brengen met een mobiele telefoon. Maak in plaats daarvan
verbinding met dit apparaat vanaf de mobiele telefoon.
Microfoon installeren
Zie "De microfoon installeren" (pagina 27) voor
meer informatie.
8
NL
Een achteruitrijcamera
aansluiten
Door de optionele achteruitrijcamera aan te sluiten
op de CAMERA IN-aansluiting, kunt u het beeld van
de achteruitrijcamera weergeven. Zie "Aansluiting/
installatie" (pagina 24) voor meer informatie.
Publicité
