Télécharger Imprimer la page

Xylem FLOJET Triplex R3521 Serie Mode D'emploi page 12

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 5
Installatie
INSTALLATIE- & ONDERHOUDSINFORMATIE
De industriële pompen van FLOJET zijn ontworpen voor een uitgebreide reeks toepassingen en zijn gemaakt van een selec-
tie materialen die geschikt zijn voor de behandeling van een uitgebreide reeks chemische stoffen. De gepompte vloeistof-
fen moeten compatibel zijn met de materialen van de constructie. Neem contact op met de fabriek of raadpleeg de website
voor de Gids over Chemische Compatibiliteit. De membraanpompen zijn zelfaanzuigend en kunnen perfect droog draaien
zonder schade op te lopen. Ze zijn bedoeld voor cycli met tussenpozen, maar kunnen gedurende korte periodes ook continu
draaien. Hoe langer de cyclus, hoe korter de verwachte levensduur van de pomp. Typische toepassingen van de pomp zijn
de vloeistoffen overdragen, spuiten, koelen, circuleren, filtreren en doseren.
Temperatuurbereik voor de vloeistoffen: min. 4 °C (40 °F) en max. 60 °C (140 °F)
LEIDINGEN
Gebruik flexibele slangen met de correcte drukrating die compatibel is met de te pompen vloeistof. De buizen moeten een
diameter van minstens 13,0 mm (1/2") hebben en minstens 508 mm (20 inch) lang zijn om een overmatige belasting van
de poorten van de pomp te vermijden. Plooi of knik de buizen niet.
WERKING
Om de pomp te starten en te laten aanzuigen, moet de overdruklijn zijn geopend zodat ingesloten lucht kan ontsnappen en
de kans op een luchtinsluiting wordt vermeden. De drukschakelaar zal de pomp automatisch uitschakelen wanneer de over-
drukklep is gesloten en de druk tot de ingestelde uitschakelwaarde is gestegen. De drukschakelaar zal de pomp opnieuw
starten wanneer een klep is geopend en de lijndruk opnieuw naar de ingestelde inschakelwaarde van de drukschakelaar
is gedaald. Modellen die met een extern bypasssysteem zijn uitgerust, zijn ontworpen om bij een hoge druk met lage of
hoge debieten te pompen. Modellen die alleen met een bypass zijn uitgerust, moeten handmatig of met een onafhankelijk
regelapparaat worden in-/uitgeschakeld. Modellen die alleen met een bypass zijn uitgerust, zullen blijven draaien tot ze
worden uitgeschakeld.
WERKING OP VRAAG (WERKING MET TUSSENPOZEN)
De werking op vraag wordt beschouwd als een "toepassing met tussenpozen". De maximale cyclus met tussenpozen is die
waarbij de motor zijn maximale thermische limieten bereikt. Van zodra de maximale thermische limiet is bereikt, moet de
motor de tijd krijgen om af te koelen, ideaal is de omgevingstemperatuur, alvorens de werking te hervatten. Als de pomp
gedurende langere tijd op of in de buurt van de maximale thermische limiet wordt gebruikt, zal de levensduur van de pomp
worden verkort en kan dit de onmiddellijke uitval van de pomp tot gevolg hebben.
OPSTELLING
Pompen van de Quad-/Triplex-/Duplex-reeks van FLOJET zijn zelfaanzuigend. De verticale aanzuiging kan verschillen af-
hankelijk van de viscositeit van de vloeistof, de grootte van de aanzuigbuis, de voetklep en de configuratie van de pomp.
De pomp moet in een droge en goed geventileerde ruimte worden opgesteld. Bij de opstelling in een omkasting kunnen
voorzieningen om de motor te koelen noodzakelijk zijn. Flojet-poorten moeten worden ingedrukt en worden door een "C"-
clip op hun plaats gehouden. Om de poorten te installeren, moeten de "C"-clips naar de achterkant van de pomp worden
geduwd. Duw de poort tot hij goed vastzit. Schuif de "C"-clip naar voren naar de voorkant van de pomp. Installeer de pomp
niet op een manier waarbij de leidingen een van de poorten overmatig belasten. Het gebruik van terugslagkleppen in het
leidingsysteem kan de aanzuigcapaciteit van de pomp verstoren. Als een terugslagklep in de leidingen wordt geïnstalleerd,
moet die een barstdruk van maximum 0,14 bar (2 PSI) hebben. Het gebruik van een zeef of filter met minstens 40 mazen
in de inlaatleiding van de pomp zal voorkomen dat externe vuildeeltjes in het systeem terechtkomen. Storingen als gevolg
van externe vuildeeltjes in de pomp zullen niet door de beperkte garantie worden gedekt.
Opmerking: de inlaatdruk mag maximaal 2,1 bar (30 PSI) bedragen.
ELEKTRICITEIT
De pomp moet worden aangesloten op een afzonderlijk (toegewijd) circuit dat wordt geregeld met een UL/C-UL-gecertifi-
ceerde dubbele schakelaar met een nominale stroomsterkte die gelijk is aan of hoger is dan de stroomsterkte die op het
label van de pompmotor wordt aangegeven. Bij pompen van 120 V AC is de zwarte draad de stroomgeleider, is de witte
draad de nulgeleider en is de groen/gele draad de aarding. Bij pompen van 240 V AC is de bruine draad de stroomgeleider,
is de blauwe draad de nulgeleider en is de groen/gele draad de aarding. Bij pompen van 12 en 24 V DC is de rode draad
positief en moet die op de plusterminal van de batterij worden aangesloten. De zwarte draad is de aarding en moet op de
minterminal van de batterij worden aangesloten. Een onjuiste cyclus en/of snelle start-stopsituaties als gevolg van te kleine
sproeikoppen zullen de interne thermische onderbreker (indien aanwezig) triggeren of kunnen een vroegtijdige motorstor-
ing als gevolg van overmatige hitte veroorzaken.
TIPS VOOR PREVENTIEF ONDERHOUD
Bij het pompen van een andere vloeistof dan water moet de pomp na elk gebruik met water worden gespoeld. Ga niet
zomaar uit van een chemische compatibiliteit. Als de vloeistof niet compatibel is met de elastomeren van de pomp, is het
mogelijk dat de pomp niet aanzuigt, een lage druk heeft of dat de drukschakelaar niet uitschakelt.

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

Flojet triplex 03521 serie