Télécharger Imprimer la page

Aritech ACL599 Manuel De Programmation page 8

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 6
NL
NL
NL
NL
NL
P P P P P
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN V V V V V AN
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN
P P P P P
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
1. 1. 1. 1. 1. Voer de Installateurscode in.
Druk dan op de "#" toets.
2. 2. 2. 2. 2. Toets "0" in.
3. 3. 3. 3. 3. Voer een gebruikersnummer
in, dat een tweecijferig getal
moet zijn tussen 01 en 99
(zo is gebruikerscode 2
bijvoorbeeld, "02").
Voer dan de PIN-code in, die
1 tot 8 cijfers lang moet zijn,
bijvoorbeeld: PIN-code 9874.
4. 4. 4. 4. 4. Druk op de " " -toets.
5. 5. 5. 5. 5. Herhaal de stappen 2 tot en
met 4 voor het
programmeren van de PIN-
code.
6. 6. 6. 6. 6. Voor het beëindigen van het
programma drukt u op de
"#"-toets.
Voorbeeld van het programmeren van een gebruikerscode
Voorbeeld
Voorbeeld
Voorbeeld
Voorbeeld
in geheugenpositie 01 en gebruikerscode 9874:
Toets in: "Installateurscode" # 0 01 9874
P P P P P
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN V V V V V AN
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN
AN EEN
AN
AN
AN
P P P P P
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
ROGRAMMEERMODE
1. 1. 1. 1. 1. Voer de Installateurscode in.
Druk dan op de "#" toets.
3. 3. 3. 3. 3. Toets "0" in.
4. 4. 4. 4. 4. Voer een gebruikersnummer
in, dat een tweecijferig getal
moet zijn tussen 01 en 99
(bijvoorbeeld,
gebruikerscode 2 is "02").
5. 5. 5. 5. 5. Houd een ACT700- kaart of
een ACT730-proxsleutel
voor de ACL700 lezer.
6. 6. 6. 6. 6. Herhaal de stappen 2 tot en
met 4 voor het
programmeren van de
volgende kaart of
proxsleutel.
7. 7. 7. 7. 7. Voor het beëindigen van het
programma drukt u op de "#"
-toets.
Voorbeeld
Voorbeeld van het programmeren van een kaart of proxsleutel
Voorbeeld
Voorbeeld
Voorbeeld
in geheugenpositie 01:
Toets in: "Installateurscode" # 0 01 houd de proxsleutel voor
lezer #
8
PIN-
PIN-
PIN-
PIN-
PIN-
AN
AN EEN
AN
EEN
EEN
EEN
CODE
CODE
CODE
AN
EEN
CODE
CODE
De gele LED licht op en een lange
pieptoon weerklinkt.
Er klinkt een korte pieptoon.
Er klinkt een korte pieptoon na elke
toetsaanslag.
Er klinken twee korte pieptonen om
de acceptatie van de gebruikerscode
te bevestigen.
Er klinkt een korte pieptoon en de
gele LED gaat uit.
#
EEN KAART
EEN
EEN
EEN
KAART
KAART
KAART
KAART OF
OF
OF
OF
OF PROX
PROX SLEUTEL
PROX
PROX
PROX
SLEUTEL
SLEUTEL
SLEUTEL
SLEUTEL
De gele LED licht op en een lange
pieptoon weerklinkt.
Er klinkt een korte pieptoon.
Er klinkt een korte pieptoon na elke
toetsaanslag.
Er klinken twee korte pieptonen op
het bediendeel en op de lezer. De
kaart of proxsleutel wordt
geaccepteerd.
Er klinkt een korte pieptoon en de
gele LED gaat uit.
Attentie:
Attentie:
Attentie:
Attentie:
Attentie: Een aantal opeenvolgende pieptonen geven aan dat u onjuiste
toetsaanslagen of ander onjuiste handelingen hebt verricht.
P P P P P
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN V V V V V AN
ROGRAMMEREN
ROGRAMMEREN
Beide relais kunnen worden geprogrammeerd in de pulsmode of in de
Aan/Uitmode (de mode hangt af van de relais en niet van de gebruiker.)
Aan elke gebruikerscode, kaart of proxsleutel kunnen één of twee
relais.
T T T T T
OEKENNEN
OEKENNEN V V V V V AN
OEKENNEN
AN
AN
ÉÉN
ÉÉN
OF
OF
TWEE
TWEE
OEKENNEN
OEKENNEN
AN
AN ÉÉN
ÉÉN OF
ÉÉN
OF
OF TWEE
TWEE
TWEE RELAIS
1. 1. 1. 1. 1. Voer de Installateurscode in.
Druk dan op de "#" toets.
2. 2. 2. 2. 2. Toets "3" in.
3. 3. 3. 3. 3. Voer een gebruikersnummer
in, dat een tweecijferig getal
moet zijn tussen 01 en 99
(bijvoorbeeld,
gebruikerscode 2 is "02").
4. 4. 4. 4. 4. Ken één of twee relais toe
aan de gebruikerscode of
kaart.
Toets "1" in als relais-
output 1 actief moet zijn.
Toets "2" in als relais-
output 2 actief moet zijn.
Toets "12" in als zowel
relais-outputs 1 and 2
actief moeten zijn.
5. 5. 5. 5. 5. Druk op de " " -toets.
6. 6. 6. 6. 6. Ga verder met het
programmeren van de
relaismode, of verlaat het
programma door op de "#" -
toets te drukken.
Voorbeeld: Geheugenpositie 01 moet toegekend worden
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Voorbeeld:
aan relais 2.
Toets in: "Installateurscode" # 3 01 2
R R R R R
ELAISMODE
ELAISMODE
ELAISMODE
ELAISMODE
ELAISMODE
7. 7. 7. 7. 7. Voordat u een relaismode
gaat programmeren, moet u
de bovenstaande procedure
hebben uitgevoerd, door de
functie Puls of Continu toe te
kennen aan Relais 1 en/of
Relais 2.
Druk op"1" voor relais-
output 1.
Druk op"2" voor relais-
output 2.
Druk op"00" voor
continufunctie ((Aan/Uit).
Toets een getal tussen
01 en 99 in voor een
pulsfunctie (bijv. 05 komt
overeen met een puls
van 5 seconden).
8. 8. 8. 8. 8. Druk op de " " -toets.
9. 9. 9. 9. 9. Verlaat het programma door
op de "#" -toets te drukken.
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Voorbeeld:
Voorbeeld: Relais 2 met een pulsfunctie van 5 seconden.
Toets in: "Installateurscode" # 2 05
- - - - -
AN RELAIS
AN
AN
RELAIS
RELAIS
RELAIS
ACTIES
ACTIES
ACTIES
AN
RELAIS
ACTIES
ACTIES
/ / / / /
( ( ( ( (
) ) ) ) )
RELAIS
RELAIS
GEBRUIKER
GEBRUIKER
S S S S S
RELAIS
RELAIS
GEBRUIKER
GEBRUIKER
GEBRUIKER
De gele LED licht op en een lange
pieptoon weerklinkt.
Er klinkt een korte pieptoon.
Er klinkt een korte pieptoon na elke
toetsaanslag.
Bij elke toetsaanslag klinkt er een
korte pieptoon.
Er klinken twee korte pieptonen.
Er klinkt een korte pieptoon en de
gele LED gaat uit.
#
Bij elke toetsaanslag klinkt een korte
pieptoon.
Er klinken twee korte pieptonen.
Er klinkt een korte pieptoon en de
gele LED gaat uit.
#

Publicité

loading