Table des Matières
Publicité
A
C
A
Pour la sonde externe, relier le câble de la sonde aux
bornes M6.3 et M6.4 comme illustré.
B
Pour le thermostat ambiant ou le cronothermostat
ambiant à batteries le paramètre 34 doit être réglé à 00
(voir chapitre "Champ paramètres").
C
Pour le programmateur horaire le paramètre 34 doit être
réglé à 01 (voir chapitre "Champ paramètres").
D
Pour le programmateur horaire et le thermostat ambiant le
paramètre 34 doit être réglé à 00 (voir chapitre "Champ
paramètres").
La tension de travail des contacts du thermostat d'ambiance
est de 24 V.a.c.
En cas d'alimentation phase-phase vérifier à l'aide d'un
!
testeur lequel des deux fils a un potentiel plus élevé par
rapport à la terre et le relier à L., de même relier le fil qui
reste à N.
Il est obligatoire:
!
-
l'emploi d'un interrupteur magnétothermique
omnipolaire, sectionneur de ligne, conforme aux
Normes CEI-EN (ouverture des contacts d'au moins
3 mm)
utiliser câbles de section ≥1,5 mm
-
connexion L (Phase) - N (Neutre)
-
réaliser une bonne connexion de terre
Il est interdit l'usage de tuyaux de gaz et d'eau pour la
mise à terre de l'appareil.
Le constructeur n'est pas responsable de dommages
!
éventuels causés par le manque de mise à terre ou par
la non-observation de ce qui a été reporté dans les
schémas électriques.
38
A
Buitensonde: sluit de kabel van de buitensonde aan op de
klemmen M6.3 en M6.4, zoals aangegeven.
B
Kamerthermostaat of Chronostaat met batterijvoeding:
de parameter 34 van het niveau PARAMETERS dient op 00
geregeld te worden.
C
Indien enkel een klok verbonden wordt, dient de parameter
34 van niveau "PARAMETERS" op 01 ingeregeld te worden.
D
Indien een thermostaat met klokfunctie op 230 V AC
geplaatst
niveau"PARAMETERS" op 00 ingeregeld te worden (De 230
V wordt betrokken vanop de klemme L en N op de
elektronische kaart).
De werkspanning van het thermostaatcontact bedraagt 24 V
AC !
Als de voeding bestaat uit 2 fases (fase – fase), bepaal
!
dan door middel van meetapparatuur welke draad het
hoogste potentiaalverschil heeft naar de massa toe, en
beschouw deze als fasedraad. De andere draad wordt dan
beschouwd als de nulleider.
Het is verplicht om:
!
- een eenpolige thermomagnetische onderbreker te
- kabels te gebruiken met een minimale sectie van ≥1,5
2
et respecter la
- een goede aarding aan te sluiten.
Het is verboden om gasleidingen als aardingsgeleider voor
het toestel te gebruiken!
De constructeur kan niet aansprakelijk gesteld worden voor
!
problemen en schade voortvloeiend uit een gebrekkige
aarding van het toestel of het niet naleven van zaken die in
de elektrische schema's zijn aangegeven.
B
D
wordt,
dient
gebruiken in de voeding naar het toestel, conform denormen
CEI-EN (opening tussen de contacten min 3 mm)
mm
2
en de L (fase) – N (nulleider) aansluitingen te
respecteren
de
parameter
34
van
Publicité
Table des Matières
