Bosch GDB 2200 WE Instructions D'emploi page 36

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 14
Watertoevoer/-afzuiging
Boor niet zonder waterkoeling. Wanneer de wa-
tertoevoer lange tijd wordt onderbroken, kan de
boorkroon beschadigd worden of in het boorgat
geblokkeerd raken.
Watertoevoer
Draai de waterafsluitkraan 18 dicht. Sluit de wateraan-
voerleiding op het kraanaansluitstuk 2 aan. Watertoe-
voer is mogelijk uit een mobiele waterdrukcontainer
(toebehoren) of een stationaire wateraansluiting.
Waterafzuiging
Gebruik een watervangring (toebehoren) en een all-
roundzuiger om het uit het boorgat komende water op
te vangen.
Plaats de watervangring 11 met de vasthoudvoorzie-
ning 9 in de steunhaak 7 van de boorstandaard. Draai
de ringschroeven 8 zo ver vast totdat de watervang-
ring dicht op de muur zit. Sluit de slang van de all-
roundzuiger aan op de afzuigadapter 12 van de water-
vangring.
Bij een verandering van de boorhoek of bij het boren
met een kleinere diameter moet een nieuwe afdich-
tingsdeksel 13 in de watervangring worden geplaatst.
De watervangring 11 kan in de houder worden ge-
draaid om de afzuigadapter 12 optimaal te positione-
ren. Draai daarvoor de spanhendel 10 los, draai de
watervangring in de spanband in de gewenste stand
en sluit de spanhendel 10 weer.
Ingebruikneming
Let op de netspanning.
De spanning van de stroombron moet overeenkomen
met de gegevens op het typeplaatje. Met 230 V aan-
geduide machines kunnen ook worden gebruikt met
een spanning van 220 V.
Gebruik een geschikt detectieapparaat om
s
verborgen stroom-, gas- of waterleidingen op
te sporen of raadpleeg het plaatselijke ener-
gie- of waterleidingbedrijf. Contact met elektri-
sche leidingen kan tot brand of een elektrische
schok leiden. Beschadiging van een gasleiding kan
tot een explosie leiden. Breuk van een waterleiding
veroorzaakt materiële schade en kan een elektri-
sche schok veroorzaken.
1 609 929 C90 • (02.07) T
Raadpleeg voor het begin van de werkzaam-
s
heden de verantwoordelijke bouwkundige,
architect of met de leiding belaste bouwop-
zichter over de voorgenomen boringen. Door-
boor wapening alleen met goedkeuring van
een bouwkundige.
Controleer bij boorgaten waarbij wanden of
s
vloeren worden doorboord altijd de desbe-
treffende ruimten op obstakels en sluit de
werkomgeving af. Voorkom het vallen van de
boorkern door middel van bekisting.
Functietest veiligheidsschakelaar
Controleer voor het begin van de werkzaamheden de
juiste werking van de FI-veiligheidsschakelaar 3 .
Druk de „RESET"-toets op de veiligheidsschake-
laar in.
Het in werking zijn van de veiligheidsschakelaar
wordt gesignaleerd door een rode controle-indi-
catie.
Druk de „TEST"-toets in.
De indicatie boven de „RESET"-knop wordt zwart.
In- en uitschakelen
Inschakelen:
Druk de „RESET"-toets op de veiligheidsschakelaar 3
in.
Stel de waterafsluitkraan 18 op doorstroming in. Con-
troleer de doorstroming met de doorstromingsindica-
tie 17 .
Aanboren met half toerental:
Draai de aan/uit-schakelaar 20 in stand 1/2 . De
schakelaar kan in deze stand niet worden vastge-
zet.
Boren:
Draai de aan/uit-schakelaar 20 in stand I .
Uitschakelen:
Laat de aan/uit-schakelaar 20 los of draai deze in
stand 0 . Draai de waterafsluitkraan 18 dicht.
Maak na het einde van de werkzaamheden het kraan-
aansluitstuk 2 los van de waterleiding en laat het rest-
water weglopen door de waterafsluitkraan 18 te ope-
nen.
Toerental instellen
Met de snelhedenschakelaar 4 kunnen twee toerental-
bereiken vooraf worden ingesteld.
82–212 mm
Nederlands–3
Boordiameter
32–132 mm

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières