Husqvarna 436 Li Manuel D'utilisation page 97

1
2
1
Boom kappen
Om een boom te vellen, brengt u drie zaagsneden aan:
de twee richtingssneden (bovenste en onderste snede)
en de velsnede. Als u deze sneden correct aanbrengt,
kunt u de valrichting erg nauwkeurig sturen.
WAARSCHUWING: Kap geen bomen
waarvan de diameter groter is dan de
zaagbladlengte van uw product, tenzij u een
speciale opleiding hebt gevolgd. Anders is
het risico veel groter dat de terugslagzone
van de geleider de boom raakt.
Richtingssneden aanbrengen
1. Breng de richtingssneden aan. De richtingssneden
moeten tot op 1/4 van de diameter van de boom
lopen. De bovenste en onderste snede moeten in
een hoek van 45° van elkaar worden aangebracht.
a) Zaag eerst de bovenste snede. Lijn de markering
voor de valrichting (A) op het product uit met de
valrichting van de boom (B). Blijf achter het
product en sta links van de boom. Zaag met een
korte trekslag.
b) Breng de onderste snede aan. Zorg dat het
uiteinde van de onderste snede op hetzelfde
punt uitkomt als van de bovenste snede.
A
B
421 - 001 - 10.01.2018
3
1
2
2. Zorg dat de richtingssnede horizontaal is en de juiste
hoek heeft (90°) ten opzichte van de valrichting. De
lijn van de richtingssnede loopt door het punt waar
de twee richtingssneden samenkomen.
De velsnede aanbrengen
Let op: De velsnede wordt aan de andere kant van de
boom vanaf de richtingssneden aangebracht.
1. Breng de velsnede ongeveer 3-5 cm (1,5-2 inch)
boven de onderste richtingssnede aan. De snede
moet volledig horizontaal zijn.
2. Als u een schorssteun gebruikt, plaats deze dan
achter het velscharnier.
3. Zaag met een trekslag, gebruik het volle vermogen
en beweeg de zaagketting/geleider langzaam door
de boom. Zorg dat de boom niet in een ongewenste
richting valt.
4. Plaats een wig of breekijzer in de snede als de
snede de juiste diepte heeft.
97