nl Storingen verhelpen
Storing
Er klinkt een waar-
schuwingssignaal, de
ingestelde tempera-
tuur (koelvak) en
"alarm off" knipperen.
Er klinkt een waar-
schuwingssignaal, de
ingestelde tempera-
tuur (vriesvak) en
"alarm off" knipperen.
Temperatuur wijkt erg
af van de instelling.
Bodem van het koel-
vak is nat.
Het apparaat bromt,
borrelt, zoemt, gorgelt,
klikt, of maakt knakge-
luiden.
92
Oorzaak en probleemoplossing
Deur van het koelvak is open.
Sluit de deur van het koelvak.
Verschillende oorzaken zijn mogelijk.
Druk op alarm off.
Schakel het alarm uit.
Vriesvakdeur is open.
Sluit de vriesvakdeur.
Externe ventilatieopeningen zijn afgedekt.
Verwijder hindernissen vóór de externe ventilatieope-
ningen.
Er zijn grotere hoeveelheden verse levensmiddelen in-
geruimd.
Overschrijd het vriesvermogen niet.
"Invriescapaciteit", Pagina 87
Verschillende oorzaken zijn mogelijk.
Schakel het apparaat uit.
1.
Schakel het apparaat na ca. 5 minuten opnieuw in.
2.
Pagina 83
Als de temperatuur te hoog is, controleer dan de
temperatuur na een paar uur opnieuw.
Als de temperatuur te laag is, controleer de tem-
peratuur dan de volgende dag opnieuw.
De dooiwatergoot of het afvoergat is verstopt.
De dooiwatergoot en het afvoergat reinigen.
Pagina 89
Geen storing. Een motor draait, bijv. koelaggregaat,
ventilator. Er stroomt koudemiddel door de buizen. Mo-
tor, schakelaars of magneetventielen schakelen in- of
uit. Het automatische ontdooisysteem treedt in werking.
Geen handeling vereist.Geen handeling vereist.
Pagina 84