NEDERLANDS
SPECIFICATIES
• Ingangsspanning AC 100-240V, 50-60 Hz, max. 1.8A
• Uitgangsvermogen (max): 100 W
• Efficiëntie: meer dan 89
• USB-C uitgangsspanning: DC 5V / 9V / 12V / 15V / 20V
• USB-C uitgangsstroom: max. 5 A
• Beveiliging tegen: stroomoverbelasting, overspanning, kortsluiting en oververhitting.
• Bedrijfswaarden: 0°C - 30°C
• Relatieve vochtigheid: 5% - 90%
• Afmetingen product: 162 x 45 x 30 mm
• Gewicht product: 310g
DE NETADAPTER GEBRUIKEN
De universele adapter aansluiten op het apparaat:
1. Sluit de adapter aan op het lichtnet van 110/230V met behulp van de meegeleverde kabel.
2. Sluit de USB-C kabel aan op de USB-C poort van het product dat je wilt opladen.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN HET HUB LADER
• Algemene veiligheidsinstructies
1. Volg deze veiligheidsrichtlijnen om mogelijke schade aan uw computer te voorko-
men en uw eigen veiligheid te garanderen. Tenzij anders vermeld, gaan alle pro-
cedures in dit document ervan uit dat u de veiligheidsinformatie bij de computer
hebt gelezen. Plaats het apparaat op een harde, vlakke ondergrond. Laat ongeveer
10 cm ruimte vrij aan alle geventileerde zijden, zodat de lucht kan stromen voor
een goede ventilatie. Beperking van de luchtstroom kan het apparaat beschadigen
of brand veroorzaken.
2. Stapel de apparaten niet op elkaar en plaats ze niet zo dicht bij elkaar dat ze worden
blootgesteld aan recirculatie of voorverwarmde lucht.
3. Controleer of er niets op de kabels ligt en of de kabels zo zijn geplaatst dat er niet
over gestruikeld of getrapt kan worden.
4. Zorg ervoor dat alle kabels op de juiste connectors zijn aangesloten. Sommige
aansluitingen lijken op elkaar en kunnen gemakkelijk worden verward (sluit bijvoor-
beeld de telefoonkabel niet aan op de voedingsaansluiting).
5. Plaats het apparaat niet in een gesloten wandkast of op een zachte stoffen onder-
grond zoals een bed, bank of tapijt.
6. Houd de apparatuur uit de buurt van warmtebronnen.
7. Houd het apparaat uit de buurt van extreem hoge of lage temperaturen, zodat het
binnen zijn werkbereik kan werken.
8. Steek geen voorwerpen in de ventilatieopeningen van het apparaat. Doet u dit niet,
52
Quick Start