Télécharger Imprimer la page

Sunrise Medical Quickie Q300 M Mini Manuel D'utilisation page 114

Masquer les pouces Voir aussi pour Quickie Q300 M Mini:

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

5.7 Obstakels en stoepranden:
GEVAAR!
• Ga nooit achterwaarts van een stoep af.
• Rijd nooit een (rol)trap op- of. Dit is niet veilig en kan leiden tot
persoonlijk letsel en beschadiging van de rolstoel. Deze rolstoel
is ontworpen om slechts één enkele tree of stoeprand op-of af te
rijden.
• We adviseren dat gebruikers met een verminderde rompbalans
veiligheidsgordels dragen om het lichaam rechtop te houden bij
het op- of afgaan van hellingen, stoepranden of andere obstakels.
Stoepenklimmer:
Benader de stoep altijd in een hoek van 90° (Fig. 5.1).
• Benader de stoeprand of trede altijd in een hoek van 90°
• terwijl u rustig en langzaam rijdt.
• Stop de stoel zodra de zwenkwielen de stoep bereiken.
• Geef de motoren voldoende kracht om de voorzijde van de stoel
op de stoeprand te tillen. Vervolgens geeft u nog wat meer kracht
en snelheid, zodat de aandrijfwielen van de rolstoel rustig en
zonder aarzelen ook tegen de stoeprand of trede op rijden.
• Houd, voor zover mogelijk, de joystick recht naar voren.
De maximale obstakel- of stoeprandhoogte is:
• Q300 M Mini:
70 mm.
De nadersnelheid en de procedure kan, afhankelijk van uw
rolstoeltype en keuze van zwenkwielen, variëren.
Van de stoep af rijden.
GEVAAR!
Beweeg de stoel langzaam en voorzichtig in voorwaartse richting
totdat beide wielen tegen de stoeprand aanstaan, ongeveer in een
hoek van 90° ten opzichte van de stoep.
Rij zo langzaam mogelijk met de aandrijfwielen van de stoep af.
Breng de stoel niet tot stilstand terwijl u bezig bent van een stoep
af te rijden. U voelt zich veiliger als u naar achteren kunt leunen,
maar als dit voor u niet mogelijk is, hoeft u zich geen zorgen te
maken: de stoel is stabiel. Zolang u zich houdt aan de limieten,
bent u veilig.
Alle elektrische verstellingen moeten in de uitgangspositie staan.
Uw elektrisch verstelbare beensteunen moeten misschien worden
aangepast, zodat u voldoende ruimte heeft om de stoep op of af te
gaan.
Voor een veiliger gevoel adviseert Sunrise Medical de heupgordel
te gebruiken tijdens het afrijden van een stoep. Sunrise Medical
adviseert iedere stoel met beensteunen uit te rusten voor extra
veiligheid.
114
5.8 Duwen van de rolstoel
De rolstoel kan verplaatst worden door deze te duwen. Hiertoe
moeten de motoren via een vrijloophendel ontkoppeld
zijn. Deze functie is ontwikkeld voor begeleiders van
rolstoelgebruikers en functioneert tevens als vrijloop in geval
van nood.
De vrijloophendel kent 2 posities:
1. Om met de rolstoel te rijden.
Positie 'Rijden': Draai de hendel zodanig dat deze aan de kant
van het aandrijfwiel wordt gepositioneerd zoals hieronder
wordt getoond (fig. 5.2 - fig. 5.3 of fig. 5.6).
2. Om de motoren te ontkoppelen.
Positie 'Duwen': Draai de hendel zodanig dat deze aan de kant
van het aandrijfwiel wordt gepositioneerd zoals hieronder
wordt getoond (fig. 5.4 - fig. 5.5 of fig. 5.7 - fig. 5.8).
GEVAAR!
• De vrijloophendel mag uitsluitend door de begeleider
worden bediend en nooit door de gebruiker.
• Een gebruiker mag nooit zonder toezicht worden
achtergelaten als de rolstoel in de stand 'Duwen' staat (Fig.
5.4 - Fig. 5.5).
• Zet de hendel nooit op een helling in de positie 'Duwen'.
Als de vrijloophendel is ingesteld op 'Duwen', is de
automatische parkeerrem gedeactiveerd. Hierdoor kan de
rolstoel van een helling afrijden (Fig. 5.4 - Fig. 5.5).
• De automatische parkeerrem functioneert alleen als de
hendel in de positie 'Rijden' staat.
• Wanneer de rolstoel niet meer wordt geduwd, moet de
vrijloophendel direct in de positie 'Rijden' worden gezet.
• Om het systeem handmatig voort te duwen, moeten de
motorremmen worden ontkoppeld.
• De motorremmen mogen uitsluitend worden geactiveerd
of gedeactiveerd als de stroom naar het systeem is
uitgeschakeld.
• Verzeker u ervan dat u het systeem volledig onder controle
hebt wanneer u de motorremmen ontkoppelt. Nadat u de
motorremmen hebt ontkoppeld, heeft het systeem geen
remmen.
• Verzeker u ervan dat de rolstoel op een vlakke ondergrond
staat voordat u de motorremmen ontkoppelt.
• Duw de rolstoel uitsluitend voorwaarts door middel van
de duwhandvatten. Ze bieden u veilige punten om de
achterkant van de rolstoel vast te houden en een val of
achterwaartse kanteling te voorkomen.
• Controleer of de grepen van de duwhandvatten niet draaien
of van de buizen afglijden.
Fig. 5.1
Q300 M Mini Rev.F

Publicité

loading