Elektrische Installatie; Aantekeningen Over De Veiligheid Voor De Elektrische Aansluitingen - Riello RL 70 Instructions Pour Installation, Utilisation Et Entretien

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

7

Elektrische installatie

7.1

Aantekeningen over de veiligheid voor de elektrische aansluitingen

 De elektrische aansluitingen moeten uitgevoerd worden als er geen elektrische voeding is.
 De elektrische aansluitingen moeten door gekwalificeerd personeel in overeenstemming met de normen die in het
land van bestemming van kracht zijn uitgevoerd worden. Raadpleeg de elektriciteitsschema's.
 De fabrikant acht zich niet verantwoordelijk voor wijzigingen of aansluitingen die verschillen van de aanwijzingen
GEVAAR
van de elektrische bedradingsschema's.
 Wissel de nulfasedraad en de fase op de elektrische voedingslijn niet om. Het eventueel omkeren veroorzaakt
een volledige blokkering van het apparaat als gevolg van de uitgebleven ontsteking.
 Controleer of de elektrische voeding van de brander overeenstemt met de voeding die op het identificatieplaatje
en in deze handleiding beschreven is.
 De branders werden geijkt voor een intermitterende werking. Dat betekent dat ze minstens eenmaal per 24 uur
stilgelegd worden zodat de controledoos de efficiëntie tijdens de ontsteking kan controleren. Gewoonlijk wordt het
stilleggen van de brander verzekerd door de thermostaat/drukschakelaar van de ketel.
Mocht dat niet het geval zijn, installeer dan in een serieschakeling met IN een timer die er voor zorgt dat de bran-
der minstens eenmaal in 24 uur tot stilstand komt. Raadpleeg de elektriciteitsschema's.
 De elektrische veiligheid van het apparaat wordt enkel bereikt wanneer de brander zelf correct aangesloten is op
een doeltreffende aardinstallatie, die uitgevoerd werd volgens de van kracht zijnde normen. Deze fundamentele
veiligheidsvereiste moet noodzakelijk gecontroleerd worden. In geval van twijfels moet bevoegd personeel gecon-
tacteerd worden dat een zorgvuldige controle van de elektrische installatie moet uitvoeren.
 De elektrische installatie moet geschikt zijn voor het maximum vermogen dat door het apparaat opgenomen wordt
en dat op het plaatje en in de handleiding beschreven is, controleer vooral of de doorsnede van de kabels
geschikt is voor het vermogen dat door het apparaat opgenomen wordt.
 Voor de stroomtoevoer van het apparaat vanaf het elektriciteitsnet:
– gebruik geen adapters, meervoudige stopcontacten, verlengsnoeren;
– installeer in overeenstemming met de van kracht zijnde veiligheidsnormen een omnipolaire schakelaar.
 Raak het apparaat niet aan met natte of vochtige lichaamsdelen en/of wanneer u op blote voeten loopt.
 Trek niet aan de elektriciteitskabels.
Voordat u een onderhouds-, schoonmaak- of controlewerkzaam-
heid uitvoert:
onderbreek de stroomtoevoer naar de brander
met de hoofdschakelaar van de installatie;
GEVAAR
isoleer de brandstoftoevoer.
GEVAAR
Demonteer, indien mogelijk de ommanteling en voer de elektri-
sche aansluitingen uit in overeenstemming met de elektrische
bedradingsschema's.
20078627
Elektrische installatie
7.1.1
Elektrische aansluitingen
Gebruik flexibele kabels zoals voorgeschreven wordt door de
norm EN 60 335-1.
– met PVC-omhulsel, min. type H05 VV-F;
– met rubberen omhulsel, min type H05 RR-F.
De kabels die op het klemmenbord 8) van de brander (Afb. 18)
aangesloten worden, moeten door de bijgesloten kabelgeleider
geleid worden. De kabelgeleiders en de openingen kunnen op
verschillende manieren gebruikt worden.
Hieronder geven we een voorbeeld:
1
- Pg 13,5 driefasige voeding
2
- Pg 9
3
- Pg 11
4
- Pg 13,5 Bevestigingsopening kabelgeleider, indien vereist
18
NL
Bevestigingsopening kabelgeleider, indien vereist
Bevestigingsopening kabelgeleider, indien vereist
D3311
Afb. 18

Publicité

Chapitres

Table des Matières
loading

Table des Matières