Reparaties
6.
Reparaties
6.1
Veiligheidsinstructies voor het uitvoeren van
reparaties
D WAARSCHUWING!
Gevaar door negeren van de onderhoudsinstructies!
Dit hoofdstuk bevat belangrijke informatie voor een veilige
reparaties van het apparaat.
☞ Dit hoofdstuk vóór de onderhoudswerkzaamheden
zorgvuldig doorlezen.
☞ De veiligheidsinstructies opvolgen.
☞ De reparaties uitvoeren zoals het is beschreven.
y Reparatiewerkzaamheden alleen laten uitvoeren door
gekwalificeerd vakpersoneel.
D „1.2 Geautoriseerde doelgroepen" (pagina 100).
y Elektrotechnische werkzaamheden alleen laten uitvoeren
door gekwalificeerde elektromonteurs.
D „1.2 Geautoriseerde doelgroepen" (pagina 100).
y Reparaties alleen door geautoriseerde gebruikers.
D „1.2 Geautoriseerde doelgroepen" (pagina 100).
y Geen reparaties laten uitvoeren door kinderen onder
8 jaar en door personen, die gevaren bij de omgang
met het apparaat niet kunnen inschatten.
y Na het gebruik kunnen de kookplaat en andere
onderdelen die kunnen worden aangeraakt nog heet zijn.
Er bestaat verbrandingsgevaar.
y De ventilatorbehuizing mag nooit geopend worden.
6.2
Verhelpen van storingen
Mogelijke storingen worden hieronder als volgt beschreven:
Beschrijving van de storing.
y Mogelijke oorzaak.
☞ Oplossing.
Het bedieningspaneel reageert niet na herhaaldelijk aanraken.
y De kookplaat is vergrendeld.
☞ Ontgrendel de kookplaat.
D „4.4.4 Functie Vergrendeling" (pagina 114).
y Het bedieningspaneel is vuil.
☞ Reinig het bedieningspaneel.
D „5. Reiniging" (pagina 123).
y De software van het apparaat moet opnieuw gestart
worden.
☞ Onderbreek de stroomvoorziening ca. 10 seconden.
124
Apparaat werkt niet.
y Geen stroomtoevoer.
☞ Controleer of het apparaat is aangesloten op de
voedingsspanning.
☞ De voedingsspanning inschakelen.
y De zekering is geactiveerd of is defect.
☞ Controleer of de zekering is geactiveerd.
☞ Is er sprake van een automatische zekering, de
automatische zekering inschakelen.
☞ Bij andere zekeringstypen, contact opnemen met een
elektromonteur.
y Het apparaat is niet ingeschakeld.
☞ Controleer alle vermogensniveaus.
D „4.4 Bediening van de kookplaat" (pagina 112).
y Het apparaat is aangesloten op een
raamcontactschakelaar en het raam is gesloten.
☞ Open het raam.
Een kookzone of de gehele kookplaat schakelt uit.
y De veiligheidsuitschakeling is geactiveerd.
☞ Zorg dat alle kookzones zijn uitgeschakeld.
☞ Zorg dat geen leeg kookgerei wordt gebruikt.
☞ Zorg dat het apparaat voldoende kan afkoelen
(bijv. ventilatieopening in onderkast controleren).
Breuken, scheuren of barsten in het glas van de kookplaat.
y Vallen van harde of puntige voorwerpen.
☞ Het apparaat uitschakelen.
☞ Beveilig het apparaat tegen verder gebruik (bijv. door
het scheiden van de voedingsspanning).
☞ Neem contact op met uw dealer of de klantenservice.
Geurvorming tijdens het bedrijf.
y De filtervulling is opgebruikt.
☞ Vervang de filtervulling.
De handleiding voor de afzuigkap moet worden
opgevolgd.
Kookdampen zetten zich aan meubels, keukenkastjes of het
plafond af.
y Rookontwikkeling door het verhitten van oliën en vetten
met te hoge temperatuur.
☞ Let op het rookpunt van de gebruikt olie of vet.
Gegevens daartoe ontvangt u van de desbetreffende
fabrikant.
Slecht vermogen van het apparaat.
y Inlaatrooster of afscheidingsinzetstuk zijn verstopt.
☞ Reinig de apparaatonderdelen.
D „5.2 Reinigingsmaatregelen" (pagina 123).
y Het circulatiefilter is dichtgeslibd.
☞ Vervang de filtervulling van het circulatiefilter.
De handleiding voor de afzuigkap moet worden
opgevolgd.
y Het afzuigkanaal werd ondeskundig aangesloten of
verplaatst.
☞ Neem contact op met uw dealer of de klantenservice.
6006113_a – 01.06.2022