Een apparaat met beschadigd koelcircuit
■
mag niet in bedrijf worden gesteld.
Let er bij ingebouwde toestand op dat
■
de
ventileeropeningen
afvoer) niet zijn afgedekt of gesloten.
Om het ontdooien te versnellen mag u
■
geen andere mechanische of andere
kunstmatige hulpmiddelen gebruiken,
anders dan de aanbevolen hulpmiddelen.
Bij gebruik voor andere doeleinden, ver-
■
keerde bediening of onvakkundige repa-
ratie bestaat er geen aansprakelijkheid
voor eventuele schade. In dit geval komt
de garantie of verdere aansprakelijkheid
te vervallen.
Als de aansluitkabel van het apparaat is
■
beschadigd, moet deze door de fabri-
kant, diens klantenservice of een soort-
gelijk gekwalificeerde vakman worden
vervangen om risico's te vermijden.
Waarschuwing: Gebruik geen elektrische
■
apparatuur in een opslagruimte voor
levensmiddelen.
Bedienings- en controle-elementen
Kinderbeveiliging:
De toetsen moeten minstens 3 seconden
lang ingedrukt worden.
Bevestigen van alarmmeldingen:
U kunt elke toets gebruiken om een alarm-
melding te bevestigen.
Hoofddruktoetsschakelaar AAN / UIT:
1
Vakantieschakeling:
2
Het koelgedeelte wordt uitgeschakeld,
het vriesgedeelte blijft werken.
Zet bij langere afwezigheid de deur van
het koelgedeelte open om geurvorming te
voorkomen. Bij de temperatuurindicatie:
Het koelvak (5) wordt als OF geïndi-
ceerd.
(toevoer
én
0
9
8
7
!
6
5
4
3
2
1
43