Elektrische Aansluiting; Montage Van Het Pompstation; Buisaansluitingen; Toevoerbuizen - SFA SANICUBIC 1 Notice De Service

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 3
NL
• Het alarmsignaal is altijd zichtbaar voor de gebruiker (indien nodig kan er
een externe alarmschakelaar gebruikt worden).
• Afsluitkleppen (niet geleverd) moeten worden geïnstalleerd op de toevoer
van afvalwater en op de afvoerbuis, zo dicht mogelijk bij het pompstation.
• De afvoerbuis moet zijn ontworpen om enige terugstroom van rioolwater
te voorkomen. Door een terugslagventiel te installeren boven het
terugstroomniveau wordt terugstroom voorkomen.
Opmerking: Tenzij elders anders aangegeven is het terugstroomniveau het
straatniveau (straat, wegdek, etc.) Verleng deze buis na het terugslagventiel
met een buis met een grotere diameter.
• Leg een reservoir aan om de kamer droog te leggen.
• De installatie van een reservepomp voor het eventuele leegpompen van de
machineruimte is aanbevolen (in geval van overstroming).
• Het pompstation moet worden geventileerd boven het dak.
• De gepompte vloeistof moet geschikt zijn en zijn goedgekeurd in deze
documentatie. (sectie 3.9, pagina 5)
• In geval van afvoer van vet afvalwater is het gebruik van een vet afschei-
dende tank essentieel.
Afvalwater anders dan hierboven genoemd, zoals van artisanale of indus-
triële oorsprong mag niet worden afgevoerd door de buizen zonder van
tevoren te zijn verwerkt.

4 .2 Elektrische aansluiting

Elektrische aansluiting uitgevoerd door een ongekwalificeerd
individu. Kans op overlijden door een elektrische schok!
w De elektrische aansluiting moet worden uitgevoerd door een
gekwalificeerde en bevoegde elektricien.
w De elektrische installatie moet voldoen aan de normen van
toepassing in desbetreffende land
Onjuiste voltage Schade aan het pompstation!
w De toevoerspanning mag niet meer dan 6% afwijken van het
voltage aangegeven op het typeplaatje.
De spanningsvoorziening moet van klasse 1 zijn. Het apparaat moet worden
aangesloten op een geaarde kabeldoos. De elektrische stroomvoorziening
dient beschermd te worden door een ultragevoelige aardlekschakelaar van
30 mA gekalibreerd op 10 Amp Min. voor SANICUBIC 1/ SANICUBIC 1 WP en
20 Amp Min. voor SANICUBIC 2 Classic / SANICUBIC 2 Pro / een-fasige SANI-
CUBIC 2XL en op 25 Amp voor drie-fasige SANICUBIC 2XL. Deze aansluiting
moet uitsluitend gebruikt worden voor de SANICUBIC® spanningsvoorzie-
ning. Als de kabel van het apparaat is beschadigd moet deze worden ver-
vangen door de fabrikant of door de klantenservice om gevaarlijke situaties
voor de gebruikers te voorkomen.

4 .3 Montage van het pompstation

Installeer het pompstation op de lege vloer en zet deze waterpas met behulp
van een waterpas.
Maak het apparaat vast aan de grond met behulp van de meegeleverde mon-
tagekit om te voorkomen dat het pompstation gaat drijven.
LET OP
Pompstations mogen niet dichtbij slaapkamers en woonkamers
worden geïnstalleerd (wegens het geluid van het pompstation).
(csectie 3.10, pagina 5)
Het installeren van het pompstation op niet-trillende voeten
zorgt voldoende voor isolatie tegen geluidsoverdracht.
Installeer het pompstation niet in direct contact met de muren
om te voorkomen dat de trillingen van het pompstation over-
gedragen worden.

4 .4 Buisaansluitingen

4 .4 .1 . Toevoerbuizen

w Het pompstation mag niet worden gebruikt als controlepunt
voor buizen.
w Ondersteun de buizen stroomopwaarts vanaf het pomp-
station. Maak aansluitingen zonder blokkades.
w Gebruik geschikte middelen om de thermische uitzetting
van de buizen te compenseren.
LET OP
Het is aanbevolen om terugslag- en afsluitventielen te monteren
op de toevoerbuizen. Deze moeten zo gemonteerd worden dat ze
het demonteren van het pompstation niet hinderen.
✓ Het buizensysteem is ondersteund.
1. Kies de te gebruiken aansluitingsopeningen.
2. Zaag het topje van het kopstuk met behulp van een zaag.
LET OP
Alle buisaansluitingen dienen de overdracht van geluid te
voorkomen en flexibel te zijn.

4 .4 .2 Afvoerbuizen

Onjuiste montage van de afvoerbuis. Lekken en onder water
lopen van de installatieruime!
w L eg de afvoerbuis boven het terugstroomniveau alvorens
deze aan te sluiten op de riolering.
w H et pompstation mag niet worden gebruikt als controlepunt
voor buizen.
wSluit geen andere afvoerbuizen aan op de afvoerbuis.
wMonteer isolatieventielen op de toevoer- en afvoerbuizen.

LET OP
Installeer om het risico van terugstroom van water van de
riolering te voorkomen de afvoerbuis in een bocht zodat
de basis zich op het hoogste punt boven het terugstroom-
niveau bevindt .
Monteer een afsluitventiel achter het terugslagventiel .
De terugslagventielen zijn voorzien van een hendel om de
afvoerbuis te legen in de tank .

4 .4 .3 Ventilatiebuis

Onvoldoende ventilatie . Risico op niet –functioneren van
het pompstation!
w De ventilatie moet vrij blijven
w Blokkeer de ventilatieopening niet
w Installeer geen luchtinlaatklep (diafragmaklep) .
Overeenkomstig de aanbevelingen van EN 12050-1 moet deze zijn voorzien
van een ventilatieopening boven het dak. Het pompstation dient altijd
geventileerd te worden zodat de tank altijd op atmosferische druk is. De
ventilatie moet geheel vrij zijn en de lucht moet in beide richtingen kunnen
stromen (er dient geen diafragmaklep geïnstalleerd te zijn).
De ventilatiebuis dient niet te worden aangesloten op de ventilatiepijp van
een vetafscheider.
Sluit de ND 50 of ND 70 ventilatiebuis (afhankelijk van het model) verticaal
op de ventilatieopening met de flexibele koppelstukken. De verbinding
dient reukvrij te zijn.
4 .5 Het drogen van de kelder
Automatisch drogen:
Voor het automatisch draineren van de installatieruimte (in het geval dat
een tank is geïnstalleerd bijvoorbeeld) voornamelijk in het geval van kans
op doorsijpeling van water of overstroming, dient een onderdompelbare
pomp voor vuil water te worden geïnstalleerd.
66

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières