Table des Matières
Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
4.2
Batterij opladen
Sluit de batterij (13) aan op de oplader (16) (Afb. 1) en steek de stekker van de oplader in het stopcontact (Afb. 2); vermijd het gebruik
van elektrische verlengsnoeren aangezien dit een potentiële bron van elektrische risico's vormt.
De LED-indicatielampjes (18) van de oplader zijn tijdens het opladen rood verlicht; terwijl wanneer de batterij volledig is opgeladen, de
LED (18) groen wordt.
Elke oplaadstekker (17) heeft een bijbehorend lampje op de oplader.
De batterijen worden achter elkaar opgeladen, niet tegelijkertijd
Opladen met drie batterijen: Afb. 1 = Bezig met opladen
Afb. 2 = Opladen voltooid
Afb. 2
Opmerking: Wanneer twee of drie batterijen zijn aangesloten, worden ze achter elkaar opgeladen te beginnen bij de eerste,
vervolgens de tweede en tenslotte de derde. Het lampje is rood tijdens het opladen en wordt groen wanneer voltooid.
Op het moment dat de eerste batterij is opgeladen (groene LED (18)) wordt de tweede opgeladen en vervolgens de derde, indien ze
aangesloten zijn.
LET OP!
Wanneer het gereedschap lange tijd niet wordt gebruikt, wordt geadviseerd de batterijen om de 3 maanden op te laden,
teneinde de levensduur van de batterijen niet te ondermijnen.
LET OP!
Gebruik alleen de oplader (16) die bij het gereedschap is geleverd. Het gebruik van een apparaat met andere specificaties
kan brand veroorzaken.
4.2.1
Waarschuwingen tijdens en na het opladen
•
Tijdens de oplaadfase is het normaal dat de oplader (16) en de batterij (13) warm worden.
•
Een nieuwe batterij of een batterij die lange tijd niet is gebruikt moet ongeveer 5 keer opgeladen en ontladen worden alvorens zijn
maximum capaciteit te bereiken.
•
Laad de batterij niet op bij een omgevingstemperatuur lager dan 0 °C (32 °F) of hoger dan 45 °C (113 °F).
•
Als de batterij eerder is opgeladen, mag hij niet weer na een paar minuten van gebruik worden opgeladen om de efficiëntie ervan
niet te verminderen.
•
Geen beschadigde batterij gebruiken.
•
De batterij of de oplader niet demonteren.
•
Wanneer de batterij niet op het gereedschap is aangebracht, houd deze dan uit de buurt van geleidende metalen voorwerpen om
elektrische risico's als gevolg van kortsluiting te vermijden.
•
De batterij niet kortsluiten.
•
De batterij niet bewaren in de buurt van warmtebronnen, in afgesloten ruimtes of in een potentieel explosieve atmosfeer. De
batterij kan ontploffen of brand veroorzaken.
•
De batterij niet opladen in vochtige omgevingen of in de buitenlucht.
•
De batterij niet gebruiken of opladen in de buurt van warmtebronnen of direct zonlicht.
Pag. 144
Afb. 1
Handleiding voor Gebruik en Onderhoud - Instructies
Originelen Herz.: 01, Datum 25/01/2022
Publicité
Chapitres
Table des Matières
