3.
Het apparaat detecteert het voltage van gelijkstroom, afwisselend voltage of
weerstand automatisch. Wisselstroom wordt gedetecteerd via de Tang.
4.
Als het ingangssignaal is >=0,5 V, de spanning wordt weergegeven. (V=) Een
ingangssignaal van <0,5 V geeft aan de weerstand. (Ω)
5.
Als de weergegeven waarde stabiliseert, leest u het display af.
6.
Bij omgekeerde polariteit wordt er op het display een minteken (-) voor de
waarde getoond.
Weerstandsmeting
1.
Sluit de bananenstekker van de zwarte testkabel aan op de COM-bus en de
bananenstekker van de rode testkabel op de Algemene aansluiting (V, Ω).
2.
Raak de meetpunten met de toppen van de sonde.
3.
Als de weergegeven waarde stabiliseert, leest u het display af.
9. Onderhoud
Reparaties aan dit toestel mogen uitsluitend door gekwalificeerde vakmensen
worden uitgevoerd.
De batterij(en) vervangen
Zodra het batterijsymbool of BATT op het display verschijnt, vervangt u de
batterij.
1.
Open de batterij of fuse compartiment met een passende schroevendraaier.
2.
Steek de batterij in de houder en let hierbij op de juiste polariteit.
3.
Sluit het batterijvak weer.
4.
Breng lege batterijen op de juiste plaats binnen.
Als u het toestel langere tijd niet gebruikt, verwijder dan de batterij.
53
Nederlands