Wilo Control MS-L 1x4kW Notice De Montage Et De Mise En Service page 110

Nederlands
• Stroom en spanning van de netaansluiting
moeten overeenkomen met de gegevens op het
typeplaatje.
• Meerpolig scheidende vermogensbescher-
mingsschakelaars met K-karakteristiek moeten
ingebouwd worden!
• Max. netzijdige zekering: 16 A
• Bij schakelkasten zonder lastscheider (uitvoering
"O": zonder hoofdschakelaar of stekker) moet
deze door de klant geplaatst worden.
• De inbouw van een lekstroomveiligheidsscha-
kelaar (RCD, type A, sinusvormige stroom) wordt
aanbevolen. Neem hiervoor ook de plaatselijke
voorschriften en normen in acht!
• Spanningskabel volgens de geldende normen/
voorschriften leggen en volgens het schakelsche-
ma aansluiten.
• Installatie (schakelkast en alle elektrische verbrui-
kers) volgens de voorschriften aarden.
Afb. 2: Overzicht van de verschillende componenten
A Schakelkast met hoofdschakelaar
B Schakelkast met stekker
C Schakelkast zonder hoofdschakelaar en stekker
1 Hoofdschakelaar
2 Motorrelais
3 Klemmenstrook
4 Aardingsklemmen
5.4.1. Netaansluiting schakelkast: met hoofdschake-
laar
De kabeleinden van de door de klant geplaatste
spanningskabel door de kabelschroefverbindin-
gen inbrengen en bevestigen.
Aders als volgt aan de hoofdschakelaar aanslui-
ten:
• Netaansluiting 1~230 V:
• Kabel: 3-aderig
• Klemmen: 4/T2 (L), N (N)
• De aardleiding (PE) wordt aan de aardingsklem
(;) aangesloten.
• Positie DIP-schakelaar "8": OFF (positie onder-
aan)
AANWIJZING
Voor een correcte functie moeten 2 bruggen
(meegeleverd) aan de netklemmenstrook inge-
bouwd worden:
• Klem 1 en 2
• Klem 3 en 4
• Netaansluiting 3~400 V:
• Kabel: 5-aderig
• Klemmen: 2/T1 (L1), 4/T2 (L2), 6/T3 (L3), N (N)
• De aardleiding (PE) wordt aan de aardingsklem
(;) aangesloten.
• Positie DIP-schakelaar "8": ON (positie boven)
• Er moet een rechtsdraaiend draaiveld zijn!
110
5 DIP-schakelaar
Potentiometer voor
6
nalooptijd
7 Insteekplaats voor accu
8 Netklemmenstrook
5.4.2. Netaansluiting schakelkast: met stekker (uit-
voering "S")
Steek de stekker in het stopcontact:
• Netaansluiting 1~230 V: Geaard stopcontact
• Netaansluiting 3~400 V: CEE-contactdoos (er
moet een rechtsdraaiend draaiveld voorhanden
zijn!)
5.4.3. Netaansluiting schakelkast: zonder hoofdscha-
kelaar en stekker (uitvoering "O")
De kabeleinden van de door de klant geplaatste
spanningskabel door de kabelschroefverbindin-
gen inbrengen en bevestigen.
Aders als volt aan de netklemmenstrook aanslui-
ten:
• Netaansluiting 1~230 V:
• Kabel: 3-aderig
• Klemmen: L1 (L), N (N)
• De aardleiding (PE) wordt aan de aardings-
klem (;) aangesloten.
• Positie DIP-schakelaar "8": OFF (positie onder-
aan)
AANWIJZING
Voor een correcte functie moeten 2 bruggen
(meegeleverd) aan de netklemmenstrook inge-
bouwd worden:
• Klem 1 en 2
• Klem 3 en 4
• Netaansluiting 3~400 V:
• Kabel: 5-aderig
• Klemmen: L1 (L1), L2 (L2), L3 (L3), N (N)
• De aardleiding (PE) wordt aan de aardings-
klem (;) aangesloten.
• Positie DIP-schakelaar "8": ON (positie boven)
• Er moet een rechtsdraaiend draaiveld zijn!
5.4.4. Netaansluiting pomp
De kabeleinden van de door de klant geplaatste
spanningskabel van de pomp door de kabel-
schroefverbindingen inbrengen en bevestigen.
Aders als volgt aan het motorrelais aansluiten:
• Pompaansluiting 1~230 V, kabel 3-aderig:
• Klemmen: 4/T2 (L), 6/T3 (N)
• De aardleiding (PE) wordt aan de aardingsklem
(;) aangesloten.
AANWIJZING
Bij de uitvoering "S" gebeurt de pompaanslui-
ting aan de klemmen 2/T1 (L), 4/T2 (N)!
• Pompaansluiting 3~400 V:
• Klemmen: 2/T1 (U), 4/T2 (V), 6/T3 (W)
• De aardleiding (PE) wordt aan de aardingsklem
(;) aangesloten.
• Er moet een rechtsdraaiend draaiveld zijn!
Nadat de pomp correct aangesloten werd, moet
de motorbeveiliging ingesteld worden.
Motorbeveiliging instellen
De elektronische motorbeveiliging bewaakt de
nominale stroom van de aangesloten pomp tij-
OPSTELLING
WILO SE 02/2018 V05 DIN A4