Ontluchten - Abicor Binzel CR1000 Mode D'emploi

6 Inbedrijfstelling
5 Schakel het koelapparaat in.
6 Vul het koelapparaat bij de vulopening (3) van het koelmiddelreservoir (4) met het koelmiddel uit de BTC-reeks van
ABICOR BINZEL tot het maximumniveau dat op het reservoir is aangegeven.
7 Herhaal deze procedure 2-3 keer totdat de koelvloeistof over het gehele koelmiddelcircuit is verdeeld en het maximale
vulpeil is bereikt.
8 Sluit de vulopening (3) met de schoefdop (2) af.
VOORZICHTIG
Beschadigingen die ontstaan door ongeschikte en geleidende koelvloeistoffen, vallen niet onder de
garantie.
• Voordat het koelsysteem opnieuw met het koelmiddel uit de BTC-reeks wordt gevuld, moet u ervoor zorgen dat het
systeem eerst met schoon water wordt doorgespoeld om eventuele afzettingen te verwijderen.
• Wanneer andere koelvloeistoffen worden gebruikt, mogen deze geen agressieve, schurende of verharsende
bestanddelen bevatten.
• Als het koelmiddel uit de BTC-reeks van ABICOR BINZEL niet beschikbaar is, kunt u ook degemineraliseerd water
(toegestane bedrijfstemperatuur +5 °C tot +40 °C) of na reiniging van het apparaat een mengsel van 25 % mono-
ethyleenglycol en 75 % gedemineraliseerd water (toegestane bedrijfstemperatuur −10°C tot +40 °C) gebruiken.
LET OP
• Let erop dat de koelmiddeltoevoer en -afvoer op de juiste wijze geplaatst zijn.
Koelmiddeltoevoer = blauw, koelmiddelafvoer = rood
• Voor vloeistofgekoelde lastoortsen raden we aan ABICOR BINZEL-koelmiddel uit de BTC-reeks te gebruiken.
• Controleer regelmatig de toestand van het koelmiddel om zeker te zijn van maximale koelprestaties.
LET OP
• Verontreinigingen in het koelmiddel kunnen tot schade aan het koelapparaat leiden.
• Gebruik het koelmiddelfilter (in de leveringsomvang) om schade aan het koelapparaat te voorkomen.
• ABICOR BINZEL is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat doordat het koelapparaat zonder koelmiddelfilter
wordt gebruikt.

6.3.1 Ontluchten

Een optimale koelprestatie is pas gewaarborgd als het gehele koelsysteem ontlucht is. Ontlucht bij elke eerste inbedrijfstelling
en na elke vervanging van het slangenpakket als volgt het gehele koelsysteem:
1 Sluit de koelmiddelslangen van het tussenslangpakket aan op het koelapparaat en zorg ervoor dat het koelmiddelcircuit
volledig gesloten is.
2 Schakel het koelapparaat aan de voorzijde van het apparaat in.
3 Maak de koelmiddelafvoerslang aan het koelapparaat los en houd deze boven een opvangbak.
4 Sluit de opening van de koelmiddelafvoerslang en maak deze door herhaald abrupt openen weer vrij.
LET OP
• Herhaal deze procedure totdat het koelmiddel zonder onderbreking en zonder luchtbellen stroomt.
• Controleer het minimum vloeistofniveau van de koelunit.
• Controleer de koppelingen en bussen op lekken om koelmiddellekkage te vermijden.
5 Sluit de koelmiddelafvoerslang weer aan.
6 Controleer het koelmiddelpeil.
NL - 14
CR1000/CR1250
BAL.0462.0 • 2019-07-12