Télécharger Imprimer la page

EINHELL EGS 1800 Instructions De Service page 11

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 8
Deze uitgangen zijn beveiligd door een 2 ampère
fijnzekering. Deze zekering bevindt zich aan de voorkant
van het toestel naast de IN/UIT-schakelaar. Bij een
eventuele vernieling van de zekering moet ze door een
zekering van dezelfde amperewaarde vervangen worden.
Verbind het 3 V, 6 V of 9 V uitgangscontact aan de
voorkant van het toestel via een gepaste aansluitkabel
met het met spanning te voorzien toestel.
Let op de spannings- en stroomwaarden van de te
voorziene toestellen teneinde het energiestation niet te
overbelasten.
Een overbelasting kan eventueel tot vernieling van het
toestel leiden.
6. Hulp bij het starten van een motorrijtuig
De laadkabels met de poltangen bevinden zich aan de
achterkant van het toestel.
Als U de laadkabels niet nodig heeft neem de laadkabels
dan niet uit het toestel.
Opgelet! Gevaar van kortsluiting als de poltangen elkaar
raken.
Het energiestation kan enkel als starthulp gebruikt
worden als de batterij van het motorrijtuig gedeeltelijk
ontladen is. Dat betekent dat U enkel een beperkte
capaciteit in de batterij van het motorrijtuig kunt
inbrengen.
De starthulpinrichting van het energiestation is van groot nut
in geval van startproblemen als gevolg van een onvoldoende
capaciteit in de batterij van het voertuig.
Wij wijzen erop dat de voertuigen in standaarduitrusting
reeds voorzien zijn van talrijke elektronische componenten
(zoals ABS, ASR, injectiepomp, boordcomputer en
mobilofoon). De verhoogde startspanning en optredende
spanningspieken kunnen bij het starten eventueel tot
defecten in de elektronische componenten leiden.
Uit de starthulp voortvloeiende schade kan niet door de
produktaansprakelijkheid gedekt worden.
Gelieve de voorschriften in de gebruiksaanwijzing van
de auto, het radiotoestel, de mobilofoon enz. in acht te
nemen.
Opgelet! Enkel als het energiestation vol geladen is en
zijn volle capaciteit heeft kunt U een stroom van 180A 5
seconden lang afnemen.
Gebruik van het energiestation als starthulp:
Het toestel kan slechts bij gedeeltelijk ontladen batterij
als starthulp gebruikt worden.
Het is niet geschikt voor het starten bij volledig ontladen
batterij.
Bij de starthulp gaat U als volgt te werk:
1. De IN/UIT-schakelaar kan in geval van hulp bij het starten
op "OFF" geplaatst worden.
2. Verbind de rode leidingsdraad van het energiestation met
de PLUS-pool (+) van de autobatterij.
3. Verbind de zwarte leidingsdraad van het energiestation
met de MIN-pool (-) van de autobatterij.
4. U kunt nu proberen de motor bij aangesloten
energiestation te starten. Let er op dat de startpoging niet
langer dan 20 seconden duurt omdat bij het starten een
zeer hoge stroom vloeit.
5. Na deze startpoging moet het energiestation opnieuw
opgeladen worden.
7. Bedieningsonderdelen
1. Steekzekering (15 A)
2. Fijnzekering (2 A)
3. IN/UIT-schakelaar
4. Batterijtoestandscontrole
5. Uitgangscontacten 3 V, 6 V en 9 V
6. Uitgangscontacten 12 V via sigareaanstekerstopcontact
7. Laadcontact
8. Minpool voor starthulp (zwarte leiding)
9. Pluspool voor starthulp (rode leiding)
8. Batterijtoestandscontrole
De lichtdioden LED 1 en LED 2 tonen het laden van de accu
aan : LED 2 licht op als het netgedeelte aan het toestel
aangesloten wordt en LED 1 licht bijkomend op, als de
batterij vol geladen is.
De lichtdioden LED 3 en LED4 tonen de laadtoestand van
de accu-batterij aan : LED 4 licht op als de accu van het
energiestation vol geladen is en LED 3 licht enkel op als de
accu van het energiestation leeg is. Als LED 3 oplicht, moet
het energiestation opnieuw geladen worden.
9. Onderhoud
Bij alle reinigings- en onderhoudswerkzaamheden moet
altijd het energiestation uitgeschakeld worden en alle
aansluitingen moeten van het toestel verwijdert worden.
Gebruik voor het reinigen van de oppervlakte zo mogelijk
altijd een zacht, droog doek en geen bijtende oplos-
middelen. Zo absoluut nodig kunt U het vuil met behulp
van een doek verwijderen, die enkel licht bevocht is.
10. Bestellen van onderdelen
1. Indien U eventueel onderdelen nodig hebt, moet in de
bestelling het volgende aangeduid worden:
2. Type van het toestel
3. Artikelnummer van het toestel
4. Identnummer van het toestel
5. Onderdeelnummer van het gewenste onderdeel
NL
(Zie blz. 3)
11

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

10.911.2010.911.21