Montage Van De Unit - Daikin FWN04AATN6V3 Manuel D'installation Et D'utilisation

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 12
a
fmetingen
n Aanzuigmodule met plat filter klasse EU 2 (Zie afbeelding 2)
n Standaardunit (Zie afbeelding 5)
De afmetingen aan de linkerkant zijn voor hydraulische aansluitingen aan de
linkerkant; de afmetingen aan de rechterkant zijn voor hydraulische
aansluitingen aan de rechterkant.
1
6 gleuven met snelkoppeling
2
Condensaatafvoer - horizontale installatie
3
Condensaatafvoer - verticale installatie
4
Hydraulische aansluitingen
4 = standaardwarmtewisselaar
4 DF = extra warmtewisselaar
5
Luchtaanvoer
6
Luchtaanzuiging
6A = leveringsvoorwaarden
6B = kan worden gewijzigd bij de installatie
7
Rond op voorhand nagesneden element (Ø100 mm) voor verseluchtaanzui-
ging
m
ontage
De airconditioning- en warmeluchtverwarmingsunits van de FWN-
reeks kunnen horizontaal of verticaal worden geïnstalleerd. Controleer
of de gewenste installatie overeenstemt met één van de afbeeldingen
in afbeelding 3, waarin beide mogelijke configuraties (AA of AB) ge-
schikt zijn voor verwarmen en koelen.
Horizontale of verticale installatie
(Zie afbeelding 3)
aa
Inlaat en uitlaat van lucht liggen in een rechte lijn
aB
Inlaat van lucht ligt niet in een rechte lijn met de uitlaat van lucht
Configuratie van de unit
De units worden altijd in de AA-configuratie geleverd, maar de luchtinlaatpositie
kan bij de installatie worden gewijzigd.
Beschrijving van de set (Zie afbeelding 6)
1
Bovenste afdekpaneel
2
Onderste afdekpaneel
3
Op voorhand nagesneden element voor externe luchtinlaat
4
Centrifugale ventilatoren
5
Standaardwarmtewisselaar
6
Extra warmtewisselaar (DF)
7
Condensaattank voor muurmontage (buis Ø3/8")
8
Condensaattank voor plafondmontage (buis Ø3/8")
9
Hydraulische aansluitingen warmtewisselaar
10
Aansluitingen condensaatafvoer
11
Klemmenstrook
12
Dragende structuur
Installeer best eventuele accessoires op de standaarduitrusting vóór de installatie,
en gebruik hiervoor de technische fiches.
De inlaat- en aanvoerleidingen zijn rechthoekig en voorzien van gaten voor de
beschikbare accessoires. Aan beide zijpanelen van de unit is een op voorhand
nagesneden element (Ø100 mm) voorzien voor de rechtstreekse aanzuiging van
verse lucht.
FWN
Ventilator - convectoren met kanaalaansluiting
4PW17549-2N
Als de installatie verschilt van de leveringsvoorwaarden, moet de layout worden
veranderd door de unit te demonteren zoals getoond in afbeelding 6.
De aansluitingen van de warmtewisselaar kunnen als volgt naar de andere kant
worden gedraaid:
1
verwijder de bovenste en onderste afdekpanelen (1+2),
2
verwijder de condensaattank voor de horizontale installatie (8),
3
draai de 4 bevestigingsschroeven van de motorsteun los, maar zonder de
schroeven er helemaal uit te draaien (7),
4
verwijder de warmtewisselaar (5) door de 4 bevestigings schroeven los te
draaien, trek hem naar buiten en draai hem; verwijder de op voorhand
nagesneden elementen in het paneel aan de andere kant, en plaats de
warmtewisselaar terug en schroef de schroeven vast,
5
monteer de eerder vermelde componenten weer,
6
sluit de uitlaatopeningen van de eerder gebruikte verdeel stukken met
anticondenserend isolatiemateriaal.

Montage van de unit

Bevestig de standaardunit tegen het plafond of de muur met minstens 4 van de 6
gleuven;
n Voor horizontale installatie (plafondmontage) gebruikt u best M8-
schroefstangen, schroefankers die het gewicht van de unit kunnen dragen;
voorzie in de positionering van de unit met 2 M8-bouten en een ring met een
diameter die past voor de gleuf en dan voor het bevestigen van de unit.
Voor u de contramoer vastdraait moet u de hoofdmoer zodanig vastdraaien
dat de unit goed hangt, d.w.z. zodanig dat het condensaat goed kan worden
afgevoerd (zie afbeelding 4).
De juiste helling wordt bereikt door de inlaat naar beneden te laten aflopen
t.o.v. de uitlaat tot een hoogteverschil van ongeveer 10 mm tussen de twee
uiteinden. Voer de hydraulische aansluitingen met de warmtewisselaar uit
en, voor koeltoepassingen, met de condensaatafvoer. Gebruik één van de 2
afvoeren van de hulptank die zichtbaar zijn aan de buitenkant van de
zijpanelen van de unit (zie afbeelding 5): horizontale (tank) en verticale
condensaatafvoer.
n Voor verticale installaties (muurmontage) bevestigt u de unit zodanig dat
water via de condensaatafvoer wordt afgevoerd. Een helling die overeenstemt
met een niveauverschil van 5 mm tussen de twee zijpanelen volstaat.
De twee condensaatafvoerpijpen van de hoofdtank zitten in de zijpanelen en
zijn bereikbaar via een doorgang van het membraantype die moet worden
geperforeerd om er de afvoerpijp doorheen te steken.
Verwijder deze doorgang van het membraantype niet omdat hij voorkomt dat
de scherpe rand van het gat in het zijpaneel na verloop van tijd de
condensaatafvoerpijp zou beschadigen.
n Om de unit aan te sluiten op de condensaatafvoerleiding, gebruikt u een
rubberslang die u met een metalen klem op de geselecteerde afvoerpijp (Ø3/8")
bevestigt (gebruik de afvoer aan de kant van de hydraulische aansluitingen).
Om de condensaat beter af te voeren, laat u de afvoerpijp minstens 30 mm/m
aflopen en zorgt u ervoor dat ze over de volledige lengte vrij is van bochten of
verstoppingen.
n Installatie van het luchtfilter. Voor de inlaat kan de filtermodule in dezelfde lijn
als de uitlaat worden geïnstalleerd (AA-configuratie) of in een hoek van 90°
t.o.v. de unit (AB-configuratie). In het laatste geval moet het onderste
afdekpaneel vooraan worden verplaatst door de 6 schroeven los te draaien.
Het paneel wordt dan aan de onderkant van de unit geïnstalleerd.
Aan weerszijden van de filtermodule zijn gaten geboord die overeenstemmen
met de gaten in de aanzuiginlaat van de unit.
Op deze manier kan de module aan de unit worden gekoppeld en stemmen
de gaten overeen met die in de aanzuiginlaat van de luchtbehandelingsunit.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
2

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières