Bosch GSA 16-32 Professional Notice Originale page 41

OBJ_BUCH-2842-001.book Page 41 Wednesday, April 5, 2017 5:39 PM
Zaagblad kiezen
Gebruik alleen zaagbladen die voor het te bewerken materiaal
geschikt zijn.
Een overzicht van geadviseerde zaagbladen vindt u aan het
begin van deze gebruiksaanwijzing. Gebruik alleen zaagbla-
den met ½" universele schacht. Het zaagblad mag niet langer
zijn dan nodig is voor de gewenste zaagsnede.
Gebruik voor het zagen van nauwe bochten een smal zaagblad.
Zaagblad inzetten (zie afbeelding A)
Draai de hendel voor de zaagbladontgrendeling 4 ca. 60° in
pijlrichting en houd deze vast. Schuif het zaagblad 1 in de
zaagbladopname 16. Laat de hendel voor de zaagbladont-
grendeling 4 weer los.
 Controleer of het zaagblad stevig vastzit. Een los zaag-
blad kan uit de zaaghouder vallen en kan u verwonden.
Voor bepaalde werkzaamheden kan het zaagblad 1 ook 180°
worden gedraaid (tanden wijzen omhoog) en weer worden in-
gezet.
Zaagblad verwijderen (zie afbeelding A)
Draai de hendel voor de zaagbladontgrendeling 4 ca. 60° in
pijlrichting en houd deze vast. Trek het zaagblad 1 uit de zaag-
bladopname 16. Laat de hendel voor de zaagbladontgrende-
ling 4 weer los.
Afzuiging van stof en spanen
 Stof van materialen zoals loodhoudende verf, enkele hout-
soorten, mineralen en metaal kunnen schadelijk voor de
gezondheid zijn. Aanraking of inademing van stof kan lei-
den tot allergische reacties en/of ziekten van de ademwe-
gen van de gebruiker of personen die zich in de omgeving
bevinden.
Bepaalde soorten stof, bijvoorbeeld van eiken- en beuken-
hout, gelden als kankerverwekkend, in het bijzonder in
combinatie met toevoegingsstoffen voor houtbehandeling
(chromaat en houtbeschermingsmiddelen). Asbesthou-
dend materiaal mag alleen door bepaalde vakmensen wor-
den bewerkt.
– Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek.
– Er wordt geadviseerd om een ademmasker met filter-
klasse P2 te dragen.
Neem de in uw land geldende voorschriften voor de te be-
werken materialen in acht.
 Voorkom ophoping van stof op de werkplek. Stof kan
gemakkelijk ontbranden.
Gebruik
Ingebruikneming
 Let op de netspanning! De spanning van de stroombron
moet overeenkomen met de gegevens op het type-
plaatje van het elektrische gereedschap. Met 230 V
aangeduide elektrische gereedschappen kunnen ook
met 220 V worden gebruikt.
Bij gebruik van het elektrische gereedschap met mobiele
stroomaggregaten (generatoren) die niet over voldoende ver-
mogensreserves of niet over een geschikte spanningsregeling
Bosch Power Tools
(met aanloopstroomversterking) beschikken, kan vermo-
gensverlies of atypisch gedrag bij het inschakelen optreden.
Let erop dat het door u gebruikte stroomaggregaat geschikt
is, vooral met betrekking tot netspanning en -frequentie.
Aantal zaagbewegingen regelen of vooraf instellen
Bij harde materialen (bijv. staal) maakt de zachte aanloop het
mogelijk om nauwkeurig met zagen te beginnen.
Door toe- of afnemende druk op de aan/uit-schakelaar 11
kunt u het aantal zaagbewegingen van het ingeschakelde elek-
trische gereedschap traploos regelen.
Lichte druk op de aan/uit-schakelaar 11 heeft een klein aantal
zaagbewegingen tot gevolg. Met toenemende druk wordt het
aantal zaagbewegingen groter.
Met het stelwiel vooraf instelbaar aantal zaagbewegingen 9
kunt u het aantal zaagbewegingen vooraf instellen en tijdens
het gebruik veranderen.
1: klein aantal zaagbewegingen
6: groot aantal zaagbewegingen
De constant-electronic houdt het aantal slagen bij onbelast en
belast lopen vrijwel constant en waarborgt een gelijkmatige
arbeidscapaciteit.
Het vereiste aantal zaagbewegingen is afhankelijk van het ma-
teriaal en de werkomstandigheden en kan proefsgewijs wor-
den vastgesteld.
Geadviseerd wordt om het aantal zaagbewegingen te vermin-
deren als het zaagblad op het werkstuk wordt geplaatst en bij
het zagen van kunststof en aluminium.
Pendelbeweging instellen
Dankzij de instelbare pendelbeweging kunnen zaagsnelheid,
zaagcapaciteit en zaagbeeld optimaal worden aangepast aan
het te bewerken materiaal.
Met de draaischakelaar 6 kunt u de pendelbeweging ook ter-
wijl het elektrische gereedschap loopt instellen.
Pendelbeweging uitgeschakeld (stand 0):
Voor de bewerking van dunne en harde materialen, zoals me-
taalplaat en staal.
Voor het zagen van zuivere randen.
Pendelbeweging stand 1:
Voor de bewerking van non-ferrometaal, hardhout, kunststof
en andere materialen van gemiddelde sterkte.
Pendelbeweging stand 2:
Voor de bewerking van non-ferrometaal, hardhout, kunststof
en andere materialen van gemiddelde sterkte.
Voor de bewerking van zachte materialen zoals bouwblokken,
isolatiemateriaal, zachthout en boomhout.
Draaibare en uittrekbare voetplaat (zie afbeelding B)
De voetplaat 2 is beweegbaar en past zich daardoor aan de
vereiste hoek van het oppervlak aan.
De voetplaat 2 kan afhankelijk van het gebruikte zaagblad en
de toepassing in drie standen in de lengterichting worden ver-
schoven. Druk op de ontgrendelingsknop 13 en duw de voet-
plaat 2 in de gewenste stand. Laat de ontgrendelingsknop 13
los en controleer of de voetplaat 2 stevig is vastgeklikt. Duw
de voetplaat 2 indien nodig zo ver tot deze stevig is vastge-
klikt.
Nederlands | 41
1 609 92A 2L1 | (5.4.17)