3.1 Voorbereidingen vóór gebruik
1.1.1 Laden van het magazijn
WAARSCHUWING! Laad geen bevestigingselementen wanneer
de knijpgreep of veiligheidsbevestiging zijn ingedrukt.
1
Sluit de luchtslang aan op de persluchtaansluiting. (Afbeelding 2)
2
Trek de feeder terug naar de achterste, laagste stand. (Afbeelding 3)
3
Plaats een spijkerstrip in het magazijn.
LET OP! Controleer of de punten naar beneden zijn gericht.
4
Schuif de spijkerstrip naar voren in het magazijn. (Afbeelding 4)
5
Trek de feeder (A) langzaam naar achteren en maak het
vergrendelmechanisme (B) vrij.
(Afbeelding 5)
6
Trek de feeder naar de voorste stand (C).
6.1.1 Afstelling van de uitblaasdeflector
● Draai de uitblaasdeflector (A) zo dat de uitgeblazen lucht van de
gebruiker af is gericht. (Afbeelding 6)
3.2 Gebruik van het product
WAARSCHUWING! Controleer of de knijpgreep niet is ingedrukt
wanneer het product niet wordt gebruikt. Indien de
veiligheidsbevestiging onbedoeld wordt geactiveerd, vuurt het product
een bevestigingselement af.
WAARSCHUWING! Richt het product niet op uw lichaam of op
andere personen.
WAARSCHUWING! Drijf geen bevestigingselementen in materiaal
dat te hard is, in een te grote hoek of in de buurt van de zijkant van het
werkstuk. Bevestigingselementen kunnen afketsen en letsel
veroorzaken.
Er zijn twee manieren om het indrijfmechanisme te activeren. Kies een van
de onderstaande opties.
● Plaats de aandrijfregeling tegen het werkstuk aan. Druk het product
tegen het oppervlak van het werkstuk, zodat de veiligheidsbevestiging
wordt ingedrukt, en druk de knijpgreep in.
BELANGRIJK! Door de terugslag kan de veiligheidsbevestiging
opnieuw worden ingedrukt. Dit zorgt dat een tweede
bevestigingselement wordt afgevuurd. Houd het product stevig vast
tijdens het gebruik.
● Druk de knijpgreep in. Druk het product tegen het oppervlak van het
werkstuk, zodat de veiligheidsbevestiging wordt ingedrukt.
3.3 Instelling van de indrijfdiepte
De maximale indrijfdiepte is in de fabriek ingesteld.
1
Koppel de luchtslang los.
2
Draai de schroef (A) los. (Afbeelding 7)
26
3
Beweeg de regelaar voor het instellen van de indrijfdiepte (B) naar
boven voor een grotere diepte of naar beneden voor een kleinere
diepte.
4
Draai de bout vast.
5
Vuur een bevestigingselement af en controleer de indrijfdiepte.
6
Herhaal het afstellen totdat de gewenste indrijfdiepte is bereikt.
BELANGRIJK! De indrijfdiepte bepaalt hoe hoog de luchtdruk
moet zijn. Een hogere luchtdruk zorgt ervoor dat het product sneller
verslijt. Gebruik geen grotere indrijfdiepte dan nodig.
4 Onderhoud
4.1 Onderhoud van het product
WAARSCHUWING! Koppel de luchtslang los vóór elk onderhoud.
● Controleer de knijpgreep vóór elk gebruik. Controleer op functionaliteit
en schade.
● Controleer de veiligheidsbevestiging vóór elk gebruik. Controleer op
functionaliteit en schade.
● Controleer alle schroefverbindingen van het product. Controleer of deze
correct zijn vastgedraaid.
● Giet 5–6 druppels persluchtolie in de luchtinlaat vóór elk gebruik.
4.2 Reiniging van het product
WAARSCHUWING! Koppel de luchtslang los vóór elke reiniging.
BELANGRIJK! Dompel het product niet onder in water of andere
vloeistof. Dat kan de inwendige onderdelen beschadigen.
● Reinig de buitenkant van het product met een niet-ontvlambaar
reinigingsmiddel.
2022_001