Werkingsprincipe; Voorschriften Voor De Installateur; Het Ketelhuis; De Schoorten - FRANCO BELGE Combitherm BTX Notice De Référence

Stookketel mazout

1.4. Werkingsprincipe

De brander werkt in alles of niets op aanvraag van de
ketelthermostaat of van de sanitaire thermostaat die
voorrrang heeft.
De thermostaat voor maxi t° geregeld op 85°C,
begrenst de t° van de primaire omloop, wanneer de
ketel werkt op aanvraag van de sanitaire thermostaat
D e v e i l i g h e i d s t h e r m o s t a a t ,
herinschakelbaar, is geregeld op 110°C.

2. Voorschriften voor de installateur

Om voordeel te kunnen trekken van de waar-
borg FRANCO BELGE moet dit toestel door een
herkende vakman geïnstalleerd worden.

2.1. Het ketelhuis

Het ketelhuis zal aan de voorschriften die in voege zijn,
moeten beantwoorden.
Het volume van luchtverversing moet ten minste egaal
3
zijn aan (P(kW) x 2 ) m /h.
De ketel moet in een geschikt lokaal geplaatst
worden dat ook goed gevetileerd is.
Dit lokaal zal niet vochtig zijn ; de vochtigheid is
schadelijk voor elektrische onderdelen.
lokaal met vochtige vloer is het aangeraden een
voetstuk te voorzien van voldoende hoogte.
Opgepast : De waarborg op de warmtewisselaar
zou uitgesloten worden in geval van plaatsing van
het toestel in een chloor -of andere korosief
gazhoudende omgeving
enz...).
Eventueel, de ketel op trilvrije contactblokken
plaatsen of op ook welk ander materiaal dat
aangepast is om het geluidsniveau te beperken dat
te wijten is aan trillende verspreidingen.
Het toestel moet zodanig ingeplant worden dat de
toegankelijkheid van de verschillende onderdelen
mogelijk blijft, in het bijzonder van de roetdoos die
zich achteraan het toestel bevindt.

2.2. De schoorten

De schoorsteen moet overeenkomen met de normen
NBN D 51.003.
Hydraulische sektie mini van de schoorten in 2,5 dm
2
Ø 18 cm = 254 cm =
- Vermogen van de stookketel 23 op 40 kW
- Hoogte van de schoorsteen 5 op 15 meter
Nota : voor het vermogen van 23 kW, een verbuizing
van de schoorsteen voorzien.
Notice de référence / Gebruiksaanwijzing
Combitherm BTX - Réf. 972.40.04
me t d e
In een
(kapsallon, wasserij,
16x16 cm
Document n° 713-3 ~ 18/09/1996
Wanneer de ketel werkt op aanvraag van de sanitaire
t h e r m o s t a a t , z i j n d e k e t e l t h e r m o s ta a t e n d e
circulatiepomp verwarming uitgeschakeld.
Op stand "geen verwarming" van de bedieningsknop,
werkt de brander enkel op aanvraag van de sanitaire
thermostaat (zomer dienst).
Op stand "geen sanitair" van de bedieningsknop, heeft
de sanitaire thermostaat geen voorrang meer; in dit
h a n d geval zal de t van de boiler voor warm water afhankelijk
zijn van de t van de verwarmingsomloop.
De afvoerleiding moet de juiste afmetingen hebben.
De schoorsteen moet waterdicht zijn, ze zal een
voldoende thermische isolatie hebben, ten einde
kondensatie problemen te vermijden; zo niet moet de
verbuizing van de schoorsteen gedaan worden en
een systeem geplaats worden voor de rekuperatie
van het kondens.

2.3. Schoorsteenaansluiting

De schoorsteenaansluiting moet overeenkomen met de
normen NBN D 30.003.
De afvoerbuis achter het toestel zal op dichte wijze op
de schoorsteen verbonden worden en, eventueel
uitgerust worden met een trekregelaar in geval van een
schoorsteendepressie van meer dan 30 Pa (3 mmWK).
De roetdoos is ombouwbaar en kan naar keuze links of
rechts gemonteerd worden (met 4 bouten) aansluitend
op de as van de rookuitlaat.
In funktie van de omstandigheden, de inplanting van de
turbulatoren kontroleren en aanpassen aan de
rookuitlaat in funktie van het vermogen (zie fig. 4, 5, 6)
De aanvoerleiding mag geen kleinere diameter
hebben dan de uitvoerbuis van het toestel, en moet
demonteerbaar zijn.

2.4. Hydraulische aansluiting

Het toestel zal op de installatie aangesloten worden
door middel van Union-verbindingen om zijn
demontage te vergemakkelliken.
Eventueel, de ketel met behulp van flexibels van
0,5 m van de hydraulishe kringomloop isoleren om
het de geluidsniveau te verminderen dat te wijten is
aan trillende verspreidingen.
2
2.4.1. Aansluiting van de stookketel op de
radiatorenomloop (fig. 12, bl. 7)
• De circulatiepomp verwarming op de leiding vertrek of
retour plaatsen.
• Een aangepast expansievat op de installatie
plaatsen.
Chaudière fioul
17