Bediening; Het Systeem Inschakelen; Directe Inschakelmodus; Vertraagde Inschakelmodus - Honeywell FRIEDLAND FGGA04 Série Manuel D'installation Et D'utilisation

6

Bediening

Deze paragraaf beschrijft uitsluitend de bediening van de sirene bij werking zonder bedieningspaneel (één zone).
6.1

Het systeem inschakelen

Schakel het systeem in als u het pand verlaat. Controleer of de sirene in de bedrijfsmodus staat. Controleer voordat u het
systeem inschakelt of alle deuren en ramen zijn gesloten en of de PIR-bewegingsdetectoren niet zijn geblokkeerd. Controleer of
dieren vastzitten in ruimten die niet door PIR-bewegingsdetectoren worden bewaakt.
6.1.1

Directe inschakelmodus

De directe inschakelmodus schakelt het systeem onmiddellijk in. Als het systeem is ingeschakeld, zal activering van een
beveiligingsdetector onmiddellijk een alarm genereren. Schakel als u het pand binnengaat het systeem uit voordat u een door
een deur/raamcontactdetector bewaakte deur of raam opent of een door een PIR-bewegingsdetector bewaakte ruimte
betreedt. Schakel in de directe inschakelmodus het systeem van buiten het pand met de afstandsbediening of het
toetsenpaneel op afstand in en uit.
1
Druk op de knop
De sirene geeft één pieptoon. De indicatoren in de lens aan de voorzijde en de inleerindicator knipperen eenmaal.
6.1.2

Vertraagde inschakelmodus

De vertraagde inschakelmodus schakelt het systeem met 15 seconden binnenkomst/uitgangsvertraging in. De sirene geeft één
pieptoon en nog een pieptoon nadat de vertraging van 15 seconden is verstreken, zodat u tijd heeft om het pand te verlaten
zonder dat het systeem volledig is ingeschakeld. Bij binnenkomst in het pand wordt het systeem bij het openen van een door
een deur/raamcontactdetector bewaakte deur/raam of bij het betreden van een door een PIR-bewegingsdetector bewaakte
ruimte geactiveerd. Het alarm zal echter pas na het verstrijken van de vertragingstijd van 15 seconden afgaan. Schakel het
systeem tijdens de vertraging van 15 seconden met de afstandsbediening of het toetsenpaneel op afstand uit. In geval van een
alarm klinkt de sirene continu tot de ingestelde tijdsduur voor het alarm is verstreken. Het alarm stopt en het systeem wordt
weer ingeschakeld. De alarmblokkeringsoptie voorkomt dat het systeem na drie keer herhaling van het proces opnieuw wordt
ingeschakeld.
1
Druk op de knop
De sirene geeft na het verstrijken van de 15 seconden vertraging één pieptoon. De indicatoren in de lens aan de
voorzijde en de inleerindicator knipperen eenmaal om aan te geven dat het systeem volledig is ingeschakeld.
6.2

Het systeem uitschakelen

1
Opmerking: Als het systeem bij het uitschakelen tien snelle pieptonen geeft, is een alarm gegenereerd terwijl het systeem
6.3

Persoonlijke aanvalfunctie

De gebruiker kan in geval van bedreiging of gevaar op ieder moment een alarm genereren door de persoonlijke aanvalfunctie te
activeren.
1
Druk de knop
Opmerking: Verschuif bij oudere afstandsbedieningen
de persoonlijke aanvalschakelaar.
Afstandsbediening
.
Afstandsbediening
.
Afstandsbediening
Druk op de knop .
De sirene geeft twee pieptonen.
Afstandsbediening
3 seconden in.
Het alarm wordt gegenereerd. De sirene gaat af.
Toetsenpaneel op afstand
Voer de viercijferige id-code in. Druk op de knop
Toetsenpaneel op afstand
Voer de viercijferige id-code in. Druk op de knop
of de knop
Toetsenpaneel op afstand
Voer de viercijferige id-code in. Druk op de knop
werd ingeschakeld.
Toetsenpaneel op afstand
Houd de knop
29
.
.
of de knop 3 seconden
ingedrukt.
.