Ranger 247 Manuel D'utilisation page 79

Nederlands
Ranger-Verwarmingssysteem voor Irrigatievloeistoffen
Veiligheidsfuncties voor Model 247
Het volgende diagram beschrijft de alarmfuncties van de Ranger-verwarmingsunit voor irrigatievloeistoffen.
TyPE ALARM
Primair alarmsysteem voor te
hoge temperatuur
Onafhankelijk backup-
systeem voor te hoge
temperatuur (afslaan).
Alarm voor te lage
temperatuur
:
Het verschil in uitschakelwaarden van het alarmsysteem voor te hoge temperatuur duidt niet op een
nb
verschil in veiligheid, maar is het gevolg van striktere controllertolerantie.
Het Ranger-verwarmingssysteem voor irrigatievloeistoffen is ontworpen met zeer strikte controles om de
temperatuur op de instelwaarde van 41 °C af te regelen. De microprocessor-controller meet vier keer per seconde
de temperatuur van de vloeistofleiding in de verwarmingsplaten, waardoor hij snel kan reageren op veranderingen
in de stroomsnelheid.
0
INSTELWAARDE AANDUIDING
48 °C De LED geeft
afwisselend "HI"
en de temperatuur
weer, het akoestisch
alarmsignaal
klinkt en het
aarschuwingslampje
knippert.
50 °C LED geeft de
temperatuur weer
of wordt donker,
alarmsignaal klinkt.
33 °C De LED geeft "LO"
en de temperatuur
weer, het alarmsignaal
klinkt en het
waarschuwingslampje
knippert.
BESCHRIJVING
Primaire Alarmen: Alarm klinkt, regelaar
schakelt stroom naar verwarmingselementen
uit totdat de temperatuur onder 48 °C
valt. Wanneer de temperatuur van de
verwarmingselementen onder 48 °C komt,
stoppen de hoorbare en zichtbare alarmen.
Primaire Storing. De temperatuur stijgt
binnen enkele seconden tot 50 °C. Het
veiligheidsbackup-systeem wordt bij 50 °C
geactiveerd en de spanningstoevoer naar
de verwarmingsplaten wordt onmiddellijk
afgesloten.
Verwarmingstemperatuur is gedaald tot
33 °C. De alarmen stoppen wanneer de
temperatuur boven 33 °C stijgt. U kunt de
unit blijven gebruiken.