Beschrijving Van De Onderdelen; Beperkingen En Gebruiks- Vereisten Van Het Artikel En De Autozitting; Beginuitvoering Van De Schouderbanden - Chicco Auto-Fix FAST Mode D'emploi

Masquer les pouces Voir aussi pour Auto-Fix FAST:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 20
1.3 BESCHRIJVING VAN DE
ONDERDELEN
Fig. 1 (3/4)
A. Handgreep
B. Zonnekap
C. Stoffen bekleding
D. Verkleinkussen (*)
E. Basis (**)
Fig. 2 (Voorkant)
F. Openingen waar de gordels doorheen
gehaald worden
G. Gordels van het autostoeltje
H. Schouderbanden (*)
I. Verstelknop van de gordels (onder het
stoffen paneel)
J. Verstelband van de gordels
Fig. 3 (Zijaanzicht)
K. Geleiding van de autobuikgordel op het
autostoeltje
L. Geleiding van de autobuikgordel op de
basis
M. Knoppen om de handgreep te draaien
N. Klikklakpinnen (voor bevestiging aan de
wandelwagen)
Fig. 4 (Achterkant)
O. Geleiding van de diagonale autogordel
P. Loskoppelhandgreep (van de basis en van
de wandelwagen)
Q. Openingen waar de gordels doorheen
gehaald worden
R. Geleidingselement van de gordels van
het autostoeltje
S. Stabiliserend blokkeersysteem
(*) De vorm en het model kunnen afhanke-
lijk van de uitvoeringen van het autostoeltje
verschillen.
(**) Optie
1.4 PLAATSEN VAN DE HANDGREEP
De handgreep van het autostoeltje kan op
4 standen worden versteld (Fig. 5).
A. Stand voor vervoer in de auto (LET OP: dit
is de enige stand, die tijdens het vervoer
in de auto toegestaan is).
B. Stand voor vervoer met de hand.
C. Stand voor gebruik als schommelend
ligstoeltje of om aan de Chicco wan-
delwagen te bevestigen, die hiervoor
gemaakt is.
D. Stand voor gebruik als vast ligstoeltje.
Om de handgreep te verstellen, drukt u de
knoppen (M) op de handgreep tegelijk in
en draait u hem op de gekozen stand tot
u een klik hoort.
1.5 BEPERKINGEN EN GEBRUIKS-
VEREISTEN VAN HET ARTIKEL EN
DE AUTOZITTING
LET OP! Neem de volgende beperkingen en
gebruiksvereisten betreffende het artikel en
de autozitting nauwgezet in acht: anders is
de veiligheid niet verzekerd.
• Het autostoeltje kan voorin op de pas-
sagierszitting worden aangebracht, of op
één van de achterzittingen. De autozitting
moet in elk geval met de rijrichting mee
worden geplaatst. Gebruik dit autostoeltje
nooit op zittingen die zijdelings gekeerd of
tegen de rijrichting in staan (Fig. 6).
• De autozitting dient uitgerust te zijn met
een vaste of oprolbare driepuntsgordel, die
goedgekeurd is volgens de Voorschriften
UNI/ECE N°16 of andere gelijkwaardige
standaarden (Fig. 7).
• LET OP! Installeer het autostoeltje nooit
met de tweepuntsgordel van de auto
(Fig. 8).
• Gebruik het verkleinkussen nooit als het
kind meer dan 6 kg weegt.
• Verzeker u ervan dat de gesp van de drie-
puntsgordel van de auto niet te hoog zit
(fi g. 13-19). Indien dit toch het geval is,
installeer het autostoeltje dan op een
andere zitting van de auto.
2. HET AUTOSTOELTJE IN DE AUTO
INSTALLEREN
Het autostoeltje kan zowel met basis (optie)
als zonder worden geïnstalleerd. Bij beide
uitvoeringen mag het alleen tegen de rij-
richting in worden geïnstalleerd.
2.1 BEGINUITVOERING VAN DE
SCHOUDERBANDEN
Het autostoeltje is afhankelijk van de uit-
voeringen uitgerust met 2 verschillende
soorten schouderbanden (A en B). Voordat
u het autostoeltje gebruikt, handelt u als
volgt om de schouderbanden te monteren:
• Schouderbanden uitvoering A (Fig. 9A, 9B
en 9C): laat de schouderbanden door de
openingen in de stoffen bekleding (niet door
het eronder liggende frame) lopen, zodat
de gordels erop blijven liggen. Steek het
tussenbeenstuk door de gesp van de gordels.
46

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières