Montage van het apparaat
•
Maak voor het eerste gebruik de afneembare delen van het apparaat schoon (zie
punt 6.2 "Reiniging").
•
Zet het motorhuis (8) op een vlakke, stabiele oppervlakte. Plaats het opzetstuk
aandrijving (6) zodanig op het motorhuis (8), dat het goed is bevestigd op de
aandrijfas (10).
•
Bevestig het opzetstuk afgifte (5) op het opzetstuk aandrijving (6).
•
Plaats de bevestigingsschijf (4) en de messenschijf (3).
AANWIJZING!
De messenschijf kan op verschillende manieren worden bevestigd: voor raspen
en voor schijfjes snijden.
•
Zet het deksel (2) op het opzetstuk afgifte (5) en bevestig het met behulp van de
beide veiligheidshendels (7), door deze naar boven te draaien totdat zij vastklikken
in het dekselmechanisme. Als de veiligheidshendels op de juiste manier zijn
gesloten, wordt de veiligheidsschakelaar op het motorhuis geactiveerd. Zodra de
veiligheidshendels worden losgemaakt, is de schakelaar niet meer actief en werkt
de motor niet.
OPGELET!
Het apparaat is uitgerust met uit de veiligheidsschakelaar. Het kan alleen worden
ingeschakeld als de veiligheidshendels zich in de juiste positie bevinden (ze zijn
op de juiste wijze vastgeklikt).
•
Plaats een opvangbak voor het gesneden product onder de afgifteopening van het
opzetstuk afgifte (5) en het deksel (2).
Bediening
•
Zorg ervoor dat de set hulpstukken voor het snijden van groenten volledig en juist is
gemonteerd.
•
Was de groenten of vruchten en snijd ze in stukken die passen in de vulschacht van
de set hulpstukken voor het snijden van groenten.
•
Sluit het apparaat aan op een passend, enkelvoudig stopcontact.
•
Kies met behulp van de tuimelschakelaar (9) de gewenste snelheid:
bovenste positie van de schakelaar "1" - hoge snelheid,
onderste positie van de schakelaar "2" - lage snelheid.
De positie "
" dient voor het uitschakelen van het apparaat.
- 47 -