Opstellen en aansluiten
Houd u aan het speciale installatievoorschrift.
Het toestel is aansluitklaar en mag alleen worden aangesloten
op een volgens de voorschriften geïnstalleerd geaard
stopcontact. De beveiliging dient 16 ampère (L of Bautomaat)
te bedragen. De netspanning dient overeen te komen met de
spanning die op het typeplaatje is aangegeven.
Uw nieuwe apparaat
Hier leert u uw nieuwe apparaat kennen. We leggen u de
werking van het bedieningspaneel en de afzonderlijke
bedieningselementen uit. U krijgt informatie over de
binnenruimte en de toebehoren.
Toetsen
Met de toetsen stelt u de verschillende functies in. Op het
display kunt u de ingestelde waarden aflezen.
Symbool
Functie van de toets
90
Magnetronvermogen 90 watt kiezen
180
Magnetronvermogen 180 watt kiezen
360
Magnetronvermogen 360 watt kiezen
600
Magnetronvermogen 600 watt kiezen
900
Magnetronvermogen 900 watt kiezen
Snelvoorverwarming kiezen
c
Gewicht kiezen
f
Menu Tijdfuncties openen en sluiten
0
Kinderslot kiezen
@
Instelwaarden verlagen
Min
A
Instelwaarden verhogen
@
Plus
kort indrukken: werking starten/onderbreken
n
lang indrukken: werking afbreken
Functiekeuzeknop
Met de functiekeuzeknop stelt u de verwarmingsmethode in.
Stand
Nulstand
0
Magnetron
ß
Hete lucht
3
Circulatiegrill
4
32
Gebruik
De oven is uitgeschakeld.
Magnetronfunctie kiezen.
Voor het bakken van cakes in vor-
men, biscuit en kwarktaart en
cake, pizza en klein gebak op de
bakplaat.
Gevogelte wordt knapperig bruin.
Ovenschotels en gegrilde gerech-
ten lukken u hiermee het best.
Het stopcontact mag alleen worden aangelegd en de
aansluitleiding alleen worden vervangen door een
elektrotechnicus. Wanneer de stekker na het inbouwen niet
meer toegankelijk is, moet een schakelaar met een
contactafstand van minstens 3 mm worden geïnstalleerd.
U mag geen multistekkers, stopcontactdozen en verlengkabels
gebruiken. Bij overbelasting bestaat het risico van brand.
Bedieningspaneel
Stand
Pizzastand
0
Grill
(
Programma's
X
Aanwijzingen
Wanneer u instelt, brandt het indicatielampje boven de
■
functiekeuzeknop.
Na het indrukken van de toets
■
binnenruimte aan.
Temperatuurkeuzeknop
Met de temperatuurkeuzeknop stelt u de temperatuur of de
grillstand in.
Stand
Nulstand
Ú
50, 100-230
Temperatuurbereik
1, 2, 3
Grillstanden
Gebruik
Voor kant-en-klare diepvriesproduc-
ten en voor gerechten die veel
warmte van onderen nodig hebben.
Kies tussen de standen sterk,
gemiddeld of zwak. U kunt meer-
dere steaks, worstjes, vissen of
sneetjes brood grillen.
4 ontdooiprogramma's
11 bereidingsprogramma's
Verwarmingsmethode en tijdsduur
zijn afhankelijk van het gewicht
vastgelegd.
n
gaat de ovenlamp in de
Gebruik
Oven warmt niet op.
Temperatuur in°C
1 = zwak
2 = gemiddeld
3 = sterk