Honeywell FENZY OPTI-PRO Notice D'utilisation page 41

Plaatsing van het masker op het gezicht (Afbeelding 2)
A- Masker met elastomeren teugelset of netje
•
Druk de kin stevig in de onderkant van de mantel van het masker.
•
Breng het harnas over het hoofd.
•
Plaats het midden van de teugelset of van het netje zo ver mogelijk op de achterkant van het hoofd en span deze beetje bij beetje aan,
door te beginnen bij de binnenste riemen en daarna de buitenste riemen. Trek de riemen niet te strak aan.
•
Houd uw hand over het aansluitpunt van het masker, adem in en houd uw adem in. Het masker moet nu tegen uw gezicht 'aanplakken'
en zo blijven zitten totdat u uitademt. Hiermee kunt u controleren of het masker goed afgedicht is. Indien het masker opnieuw de positie
van voor het uitademen aanneemt, stel dan de teugelsets of het net opnieuw af en herhaal de test.
•
Let op: het masker moet vóór elke interventie correct geteugeld worden.
B- Masker met KS-bandenkit (snelkoppeling)
•
Zet het F1-masker op het hoofd
•
Druk de kin stevig in de onderkant van de mantel van het masker.
•
Plaats de haken van de KS-teugels in de daarvoor bestemde openingen van de F1 helm
•
Trek de teugels van de KS-set geleidelijk aan
•
Houd uw hand over het aansluitpunt van het masker, adem in en houd uw adem in. Het masker moet nu tegen uw gezicht 'aanplakken'
en zo blijven zitten totdat u uitademt. Hiermee kunt u controleren of het masker goed afgedicht is. Indien het masker opnieuw de positie
van voor het uitademen aanneemt, stel dan de teugelsets en/of de helm opnieuw af. Herhaal de test.
•
Let op: Het masker moet correct geteugeld zijn vóór iedere interventie.
•
Als het masker niet volledig lekdicht is, mag u het niet gebruiken. Zie de onderhoudsinstructies.
•
Controleer of er geen haren tussen het masker en uw gezicht zitten. De lekdichtheid van het masker wordt ook
beïnvloed door een baard, bakkebaarden of brillenpootjes.
•
Controleer altijd of de ademhalingsbeschermingsapparatuur die gebruikt wordt in combinatie met het half-masker,
geschikt is voor het werk waarbij het wordt gebruikt.
•
Bij normaal gebruik haalt u langzaam en regelmatig adem.
•
Mochten het masker of de aangesloten ademhalingsuitrusting defect raken, verlaat dan onmiddellijk het besmette
gebied.
•
Zet het masker niet af voordat u het besmette gebied verlaten heeft.
•
Zorg ervoor dat wanneer u het masker afzet, u geen stof of vervuilde deeltjes inademt die zich op de buitenkant
van het masker kunnen hebben afgezet.
•
De controles van het masker moeten worden verricht door personeel dat bevoegd is voor het uitvoeren van
onderhoud en hierbij zullen versleten onderdelen vervangen worden.
•
Ieder OPTI-PRO-masker dat blootgesteld werd aan een sterke stralingswarmte moet verplicht gecontroleerd
worden. Controleer alle gevoelige onderdelen zoals het vizier, de mantel, de teugels of de beteugelingssystemen
alsook hun bevestigingspunten, de wachtriem, enz. De riemenparen van de KS-sets dienen verplicht vervangen te
worden.
•
Ieder OPTI-PRO-masker dat werd blootgesteld aan een brand moet verplicht vervangen worden.
Het masker afzetten.
•
Druk met uw duimen de gespen van het vizier naar voren, zodat de elastomeren teugels, het netje of de teugels van de KS-kit
loskomen.
•
Trek het masker voorzichtig naar boven en over uw hoofd.
Reinigingsinstructies
•
Maak de ademhalingsbeschermingsapparatuur los van de aansluiting op het masker.
•
Was het masker met lauw zeephoudend water of in een ultrasoonbak met het product EPI-US - Ref.: 1779065 in een waterige 3%
oplossing (raadpleeg de onderhoudshandleiding voor details). Gebruik geen organische oplos of schuurmiddelen om het masker te
reinigen.
•
Spoel het masker langdurig onder schoon stromend water.
•
Droog het masker af met een schone, niet-pluizende doek en hang het aan de halsband te drogen in een geventileerde ruimte zonder
direct zonlicht.
•
Als het masker droog is kan het vizier met een zachte katoenen doek en ALTUSIL worden opgeglansd.
ONDERHOUD
Controleer het masker maandelijks op beschadigingen, gescheurde teugels en maskerdelen, of gebarsten verbindingen en ventielkleppen.
Gebruik het masker niet zolang de versleten of beschadigde onderdelen niet vervangen zijn.
Gebruik van het masker:
Controle en onderhoud van het masker
Onderhoudsplanning maskers
Handeling
Reinigen, ontsmetten
Dichtheidsproef op testbank
Ventielle, seals vervangen
Masker in gebruik Opgeslagen masker
Na ieder gebruik Niet van toepassing
Iedere 12 maand Iedere 2 jaar
Iedere 2 jaar Iedere 6 jaar
NL-2